Stevin
Voor veel wetenschappers is een drijfveer om aan wetenschap te doen de kans op lang durende, zo niet eeuwig durende roem....
De geschiedschrijving van natuurwetenschappen is meedogenloos. Het logische bouwwerk van die vakken is het gezamenlijke resultaat van inspanningen van heel veel wetenschappers, briljante en minder briljante. Maar het sprookje van de geniale eenling wordt nog altijd prachtig gevonden. Al is dat beeld altijd fout, het blijkt voortdurend te worden gereproduceerd.
De verering van Isaac Newton (1642-1727) is hier een mooi voorbeeld van. Tegen deze Engelsman kan niemand op. Met een batterij aan Angelsaksische biografen is Newton een icoon geworden. Bijdragen van anderen, voorgangers en tijdgenoten worden geminimaliseerd of genegeerd. Een realistische waardering van het werk van onze Christiaan Huygens (1629-1695) maakt daarom weinig kans.
Een andere geleerde uit de Nederlanden wiens werk wordt ondergewaardeerd, is de in Brugge geboren Simon Stevin (1548-1620). In 1581 ging hij naar Leiden, om er aan de -nog heel jonge -universiteit te studeren. Waarna hij voor altijd in de Noordelijke Nederlanden is gebleven.
Om voor een breed publiek uit te leggen wat voor groot geleerde Stevin was, hebben Jozef Devreese, theoretisch fysicus uit Antwerpen en Guido Vanden Berghe, wiskundige uit Gent, een mooi boek geschreven over zijn werk: Wonder en is gheen wonder, de geniale wereld van Simon Stevin (Davidsfonds, Leuven).
Stevin was zeer veelzijdig. Hij was onder meer wiskundige, natuurkundige, ingenieur en uitvinder (van bijvoorbeeld molens, sluizen en zeilwagen). Zoals vele natuurkundigen heeft ook hij zijn talenten in dienst gesteld van de machthebbers, om hen te helpen bij hun oorlogvoering. Stevin trad in dienst van Prins Maurits.
De Bruggeling voert een nieuwe manier van bewijsvoering van natuurkundige wetten in. Redeneringen die tot een perpetuum mobile ('eeuwich roersel') leiden, worden om die reden als foutief bestempeld.
Hij ontdekt een aantal principes van het in evenwicht zijn van vloeistofkolommen. Principes die tegenwoordig allemaal aan de later levende Pascal worden toegeschreven.
Ik heb zelf bijna 10 jaar gewerkt aan het departement natuurkunde van de universiteit Antwerpen, waar Jozef Devreese hoogleraar is. Ik weet daarom dat Jozef heel veel belang hecht aan taalzuiverheid. Hij ergert zich regelmatig publiekelijk aan de luiheid om Engelse woorden onvertaald over te nemen in het Nederlands.
Het verbaast me dan ook niet dat een heel hoofdstuk in het boek is gewijd aan de bijdragen van Stevin aan de Nederlandse taal ('Nederduytsch'). Stevin publiceerde zijn wetenschappelijke boeken niet in het Latijn, maar in het Nederlands. Hij was zeer goed in het vinden van nieuwe woorden voor bekende Latijnse wetenschappelijke uitdrukkingen. Enkele voorbeelden zijn meetconst voor geometrica en eenheyt voor unitas.
In deze donkere dagen is het slecht gesteld met de Verlichting. Astrologen mogen op de televisie uitleggen hoe de toekomst van Prinses Amalia eruit ziet. En de KRO probeert de kijkers het bestaan van wonderen aan te praten. Het is een hele verademing om te lezen dat Stevin vierhonderd jaar geleden al verklaarde dat wonderen niet bestaan.