Rechter voorkomt toch uitzetting asielzoeker
Een Liberiaanse asielzoeker die vandaag al vanuit Nederland op weg was naar het vliegveld in Brussel om van daaruit naar zijn geboorteland te worden uitgezet, mag toch in Nederland blijven. Een uitspraak van de rechtbank in Roermond voorkwam op het laatste moment de uitzetting van de 31-jarige man, zo liet zijn advocaat weten.
Eerder op de dag besloot het Europees Hof voor de Rechten van de Mens nog dat de Liberiaan kon worden uitgezet. Ook de rechtbank in Den Bosch oordeelde vorige week nog dat de vluchteling kon worden teruggestuurd, ondanks de ebola-epidemie die in het land heerst.
In Roermond had zijn advocaat nog een zaak aangespannen met nieuwe argumenten tegen de uitzetting.
De Liberiaan is weer teruggebracht naar het detentiecentrum voor vluchtelingen in Rotterdam. Zijn advocaat wil dat hij zo snel mogelijk op vrije voeten komt en gaat dat bepleiten bij de Immigratie en Nationalisatie Dienst (IND). Daarover komt morgen meer duidelijkheid.
'Het is een teleurstellende beslissing, waar nu bar weinig aan gedaan kan worden', reageerde de raadsman eerder op de dag op het besluit van het Europese Hof. Volgens de rechter in Den Bosch was er geen reëel risico op besmetting en kan de vluchteling voorzorgmaatregelen nemen.
Beroep
Bij het Hof had de asielzoeker een beroep gedaan op het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens (EVRM). Daarbij had zijn advocaat ook een aantal medische stukken overlegd. Maar 'kennelijk was het Hof niet van mening dat uitzetting in strijd was met het EVRM', zei de advocaat vandaag.
De rechtbank noch het Europees Hof lieten zich verder iets gelegen liggen aan het negatief reisadvies dat geldt voor Liberia en het feit dat de Belgische autoriteiten vanwege ebola vreemdelingen niet uitzetten naar Liberia.