'Planbureau manipuleert Nederlandse natuurstatistieken'
Het planbureau voor de leefomgeving (PBL) manipuleert natuurstatistieken zodat het lijkt alsof het natuurbeleid in Nederland aanslaat. Dat schrijft wetenschapsjournalist Rypke Zeilmaker donderdag in Elsevier. Het PBL is het nationale instituut voor strategische beleidsanalyses op het gebied van milieu, natuur en ruimte. Het is organisatorisch onderdeel van het ministerie van Infrastructuur en Milieu maar verricht volgens de eigen missie 'onafhankelijk en wetenschappelijk gefundeerd' onderzoek.
Zeilmaker richt zich op een biodiversiteitsmeter van het PBL die veel wordt aangehaald door beleidsmakers en natuurorganisaties. Volgens de gegevens van het PBL zou de afgelopen drie eeuwen in Nederland 85 procent van de biodiversiteit zijn verdwenen, om zich vanaf 1990 iets te herstellen.
Zeilmaker - die de onderliggende gegevens van het PBL verkreeg door aanspraak te doen op de Wet Openbaarheid Bestuur - concludeert onder meer dat stadsnatuur en waternatuur niet worden meegenomen in de statistieken van het PBL, waardoor een onvolledig beeld van de Nederlandse natuur ontstaat. Ook stelt hij dat het PBL een verkeerde historische voorstelling geeft van de ontwikkeling van het landbouwareaal in Nederland.
De Nederlandse roofvogeldeskundige Rob Bijlsma noemt de methode van het PBL in Elsevier 'wetenschappelijke fraude'.
Keimpe Wieringa, sectorhoofd Natuur en Landelijk Gebied bij het PBL, spreekt van 'onheuse aantijgingen'. Volgens Wieringa is de bekritiseerde grafiek slechts één indicator van de biodiversiteit in Nederland en claimt het PBL ook niet dat die de volledige stand van de biodiversiteit zou weergeven. 'Vergelijk het met de economie. Dan heb je indicatoren als werkgelegenheid, handelsbalans, noem maar op. Het klopt dat wij stadsnatuur en waternatuur in de bekritiseerde indicator niet meenemen, want daar hebben we andere indicatoren voor. Het beeld van een recent herstel van de biodiversiteit in Nederland wordt breed gedeeld, onder andere door het Centraal Bureau voor de Statistiek en het Europese Milieuagentschap.'
Ook de beschuldiging dat het PBL de historische landbouwgegevens van Nederland zou manipuleren, werpt Wieringa van zich af. 'Bij het maken van een indicator over de ontwikkeling van biodiversiteit moeten we natuurlijk allerlei aannames maken, bijvoorbeeld over hoe de natuur in Nederland er een paar eeuwen geleden voorstond. Daar kun je over discussiëren. We zijn hierin transparant en we gebruiken de best beschikbare data en methoden.'