Papyrusrollen Pompeï leesbaar met röntgenapparatuur
Italiaanse röntgenspecialisten zijn erin geslaagd om een paar tot dusver onleesbare woordjes te lezen uit de enige nog intacte bibliotheek uit de Klassieke Oudheid. Een prestatie van formaat: de bibliotheek bestaat uit vaak strak opgerolde papyrusrollen waarvan er veel verkoold raakten bij de uitbarsting van de Vesuvius in het jaar 79.
Veel bijzonders hebben de wetenschappers in de rollen overigens nog niet kunnen lezen: Vito Mocella en collega's uit Napels ontrafelden naast enkele losse letters slechts de woorden piptoie ('zou vallen') en eipoi ('zou zeggen'). Maar het is het principe dat telt: met sterkere röntgenapparatuur is het in theorie mogelijk om meer van de tot dusver voorgoed onleesbaar geachte teksten te ontrafelen, schrijven ze deze week in Nature Communications.
Villa van de papyrussen
De rollen werden in de 18de eeuw onder een metersdikke laag lava vandaan gehaald in Herculaneum, een kustplaatsje ten noordoosten van Pompeï. De geschriften lagen daar opgeslagen in een kamertje in een riante villa, de 'Villa van de papyrussen', waarvan onderzoekers vermoeden dat hij toebehoorde aan Lucius Calpurnius Piso, schoonvader van Julius Caesar. Onderzoekers proberen al eeuwen de rollen open te krijgen, wat af en toe redelijk lukte, maar vaak ook uitdraaide op vernietiging van de broze papyrussen. Uit de geschriftdelen die wel leesbaar zijn, weet men dat het gaat om een bibliotheek met overwegend Griekse teksten van de epicurische filosoof Philodemus van Gadara (110-30 v.Chr).
De röntgenonderzoekers lichtten twee verkoolde rollen door met fase-contrast röntgentomografie, een techniek die gebruikmaakt van het feit dat röntgenstraling die door inkt gaat iets anders afbuigt dan straling die alleen door papier gaat. Dat 'opent nieuwe mogelijkheden, voor niet alleen de vele nog ongeopende papyrussen, maar ook voor anderen die nog niet zijn ontdekt', aldus Mocella en collega's.
Archeologen hopen stilletjes dat er in een nog niet opgegraven, lager gedeelte van de villa nog een bibliotheek is met Latijnse papyrussen. Dat zou verklaren waarom zich tussen de al gevonden Griekse geschriften ook zo'n 60 Latijnse manuscripten bevonden.