WetenschapSubsidies onderzoekers
Jonge onderzoekers in de sociale- en geesteswetenschappen vallen buiten de boot: subsidies beperkt
Onder jonge ambitieuze onderzoekers in de sociale- en geesteswetenschappen is fikse onrust ontstaan omdat ze niet welkom blijken in de nieuwe zogeheten Open Competitie om onderzoeksgeld, van wetenschapsfinancier NWO (Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek). ‘Van een open concurrentie van de allerbeste voorstellen, ongeacht de indiener, is zo geen sprake meer’, zegt de Groningse taalwetenschapper dr. Martijn Wieling, vicevoorzitter van De Jonge Akademie van de KNAW. ‘Alleen al uit oogpunt van kwaliteit is dat merkwaardig.’
Sinds vorige week de open competitie voor de sociale en geesteswetenschappen voor het eerst werd opengesteld, regent het klachten en zorgen op sociale media. ‘We krijgen veel vragen en hebben eigenlijk niks te bieden’, meldt subsidiecoach Flora Vanlangendonck van de faculteit Geesteswetenschappen aan de Universiteit Utrecht.
De Young Academy van diezelfde universiteit sprak in een open brief al van een ernstige inperking van de groeimogelijkheden van jong talent. ‘Terwijl zij de drijvende krachten voor de universiteit zijn, zowel voor onderzoek als het onderwijs.’
In het kader van een grote herschikking veegde NWO vorig jaar een lappendeken van bestaande subsidie-instrumenten bij elkaar uit de sociale wetenschappen en de geesteswetenschappen, waarmee tot dan steeds tientallen onderzoekers per jaar aan de slag konden.
In juni werd de eerste ronde van de nieuwe open competitieregeling opengesteld, maar alleen voor onderzoekers die langer dan vijftien jaar geleden zijn gepromoveerd. Daarvóór, is de gedachte, zijn er immers de gangbare veni-, vidi en vici-beurzen in de zogeheten Vernieuwingsimpuls (VI) van NWO. Bovendien zijn er ook de Brusselse ERC-beurzen en programma’s van de nieuwe Nationale Wetenschapsagenda.
Maar de kans op zo’n VI-beurs, zegt Wieling in Groningen, is minimaal en daalt al jaren, zeker in de sociale en geesteswetenschappen: maar zo’n 10 procent wordt daar gehonoreerd omdat het budget beperkt is. ‘Jonge onderzoekers zonder het top-cv voor een VI-beurs maar met een gewaagd idee of plan kunnen nu echt helemaal geen kant meer op’, zegt Wieling. ‘Een enorme verspilling van talent.’
De beperking, zegt NWO, is echter nodig om te voorkomen dat veel onderzoekers tevergeefs tijd investeren in een voorstel voor de nieuwe open competitie. Jonge onderzoekers kunnen in principe vijftien jaar lang meedingen naar een VI-beurs. ‘Maar voor de meer ervaren onderzoeker bood NWO eigenlijk weinig mogelijkheden’, zegt NWO-bestuurder Wim van den Doel, die gaat over sociale en geesteswetenschappen. Bovendien kunnen jonge onderzoekers ook deelnemen aan voorstellen die senior onderzoekers indienen. ‘Maar de afspraak is ook dat we na deze eerste ronde evalueren en kijken of er aanpassingen nodig zijn’, aldus Van den Doel.
De Jonge Akademie van de KNAW verzamelt sinds vorige week ervaringen van jonge academici die door de nieuwe NWO-regels in de knel zeggen te komen. Om hoeveel mensen het gaat, kan DJA-lid Wieling nog niet zeggen.