Fundamenteel energie-onderzoek naar Eindhoven
Nederland krijgt een nieuw instituut voor fundamenteel energie-onderzoek, dat zal worden gevestigd bij de Universiteit Eindhoven. Dat heeft fysicafinancier FOM eerder deze week besloten.
Kiem voor het nieuwe instituut is het FOM-instituut Rijnhuizen in Nieuwegein, waar van oudsher het Nederlandse onderzoek naar kernfusie plaatsvindt. Dat verhuist goeddeels naar Eindhoven.
Op Rijnhuizen werken nu 150 mensen. Een groot deel van hen van Rijnhuizen vertrekt op termijn van vier of vijf jaar naar Brabant, waar het uiteindelijk tot een instituut van ronde tweehonderd onderzoekers moet uitgroeien. Het instituut zal daarbij nauw samenwerken met de universiteit in Eindhoven, waar op de campus een nieuw gebouw voor het FOM-instituut zal verrijzen.
Een kleiner deel van het huidige onderzoek en 20 stafleden van Rijnhuizen, rond de zogeheten vrije-elektronlaser, verhuizen al eerder naar de Radbout Universiteit in Nijmegen. Die bouwt momenteel zelf een vergelijkbaar apparaat, waarmee research aan moleculen wordt gedaan.
Volgens Rijnhuizen-woordvoerder Gieljan de Vries past de transfer van het Utrechtse instituut in de overtuiging van FOM dat er een apart instituut voor fundamenteel onderzoek rond energie moet komen.
Het besluit van FOM ligt in de lijn van voorstellen die de Amerikaanse energie-minister en Nobelprijswinnaar Steve Chu heeft gedaan. Energie, zei Chu ondermeer bij een bezoek aan de Nederlanse fysicagemeenschap in 2009, wordt het thema van deze eeuw en fysici moeten op dat terrein hun verantwoordelijkheid nemen.
Wat er met het landgoed Rijnhuizen en het kasteeltje in Nieuwegein gaat gebeuren, staat volgens De Vries nog niet vast. Wel lijkt er een voorkeur te zijn om de instituutsnaam Rijnhuizen ook in Eindhoven te handhaven.