HOE MOEILIJK KAN HET ZIJN?Jasper van Kuijk
Een Intercity Brussel die Breda overslaat, is best verdedigbaar, zolang je dat maar compenseert
Voortaan zouden internationale treinen ‘provinciestadjes als Breda, Noorderkempen en Berchem’ over moeten slaan, zo adviseerde Volkskrant-lezer Niek van Dijk uit Amsterdam de NS in een ingezonden brief in deze krant. Dan wordt de reistijd van Amsterdam naar Brussel en Berlijn namelijk per direct met een half uur verkort, en niet pas in 2024 zoals de NS onlangs aankondigde. Zijn advies leverde in elk geval een gekwetst Statenlid op Twitter op (‘Breda is een grote stad!’) en met haar ongetwijfeld een flink aantal geïrriteerde Bredanaren.
Nu verwoordt Niek van Dijk uit Amsterdam het vrij lomp, maar hij heeft wel een punt. Internationale spoorverbindingen kunnen niet de zo vurig gewenste concurrentie met het vliegtuig bieden als ze te veel tussenstops maken. De tussenstop van de Intercity Brussel op station Breda is nog eens extra problematisch, omdat de trein daarvoor het HSL-spoor af moet, Breda in moet rijden en dan weer terug. Dat kost niet de normale drie à vier minuten voor een stop, maar zo’n vijftien.
Na Breda doet de Intercity Brussel in België nog een hele sloot pas écht onduidelijke stations aan (Noorderkempen, Antwerpen-Berchem, iemand?). De trein naar Berlijn stopt alleen al in Nederland op zeven plekken, waaronder – en ik schrijf dit uiteraard met alle respect – de provinciestadjes Hilversum, Apeldoorn en Deventer.
Een van de succesfactoren van het Nederlandse spoornetwerk is de combinatie van vaak stoppende, langzamere sprinters met langere afstanden overbruggende, snellere intercity’s. Om vanuit Delft naar Utrecht te komen pak ik een sprinter naar Rotterdam om daar over te stappen op een intercity naar Utrecht. Niet rechtstreeks, maar prima te doen.
Het probleem is: dat fijnmazige netwerk gaat vanaf onze landsgrenzen alleen landínwaarts. Vanuit Breda gaan er rechtstreekse treinen naar Roosendaal, Dordrecht, Den Haag, Zwolle en Eindhoven, maar, behalve de Intercity Brussel, niets richting België. Vandaar dus dat ze in Breda en omgeving flink pissig worden als er gesuggereerd wordt dat station Breda best overgeslagen kan worden. In dat geval zouden Bredanaren en Breda-omgevenaren eerst 23 minuten terug naar Rotterdam moeten treinen om vervolgens langs hun eigen stad te zoeven. Een overstap is op zichzelf geen probleem, maar dan wel graag met de rijrichting mee, dat scheelt tijd en is ook psychologisch beter te verkopen.
Een Intercity Brussel die station Breda overslaat, is dus best verdedigbaar, zolang je dat maar compenseert met een intercity Eindhoven-Breda-Antwerpen, die via een overstap in Antwerpen aansluiting biedt richting Brussel. Die trein naar Berlijn? Stops in Amsterdam, Amersfoort en Hengelo, de rest regel je met (strak) aansluitende intercity’s en sprinters.
Als we internationaal spoorvervoer willen dat kan concurreren met het vliegtuig maar dat er ook is voor bewoners buiten de Randstad, dan moeten we ons niet alleen richten op de snelle verbindingen, maar ook op de kleinere aansluitende grensoverschrijdende lijnen. Net zoals we dat binnenslands doen.
Jasper van Kuijk op Twitter: @jaspervankuijk