Beter LevenWerkdilemma
Doe jij mee met kantoorroddels?
Of je het al hebt gehoord over die ene collega? Die gaat er met andermans ideeën vandoor, heeft een affaire met de baas of heeft gewoon een irritant harde nies. Hoe erg is het om mee te doen met roddelen op het werk?
Aardig is het niet, maar ach, een beetje roddelen kan geen kwaad. Toch? Bijna iedereen waagt zich wel eens aan kantoorachterklap en in vrijwel elk bedrijf komen ‘rattenstreken’ voor. Door de pandemie en het veelvuldig thuiswerken roddelen werknemers iets minder, blijkt uit voorlopige resultaten van een onderzoek van hoogleraar organisatiegedrag Bianca Beersma van de Vrije Universiteit Amsterdam. Al wordt ook online kwaadgesproken over collega’s. Tijdens videovergaderingen en in chatprogramma’s bijvoorbeeld.
Hoe erg is het als je je laat verleiden tot smoezen over collega’s? En wat kun je doen als je denkt dat er vervelend over jou wordt gesproken?
Dit zeggen de experts
Roddelen kan soms ontzettend lekker zijn. Het lucht op en je stressniveau daalt als je je gal spuwt bij iemand die je vertrouwt, legt Roos Woltering, psycholoog en carrièrecoach uit. ‘We vinden het vaak lastig om mensen direct aan te spreken op dingen die ons dwarszitten. Omdat we de ander niet willen kwetsen bijvoorbeeld of de relatie goed willen houden’, zegt ze. ‘Maar we hebben wel last van zijn of haar gedrag, dus praten we er met anderen over. Onder het mom van ‘vind jij dat nou ook?’ zoeken we bovendien bevestiging van onze mening. Bijkomend voordeel is dat het de band verstevigt met de personen met wie je roddelt.’
Over anderen praten zonder dat die persoon daar weet van heeft, is niet altijd slecht. Promovendus Terence Dores Cruz van de Vrije Universiteit Amsterdam deed onderzoek naar de vraag: waarom roddelen we eigenlijk? Volgens hem is roddelen essentieel voor een goede samenwerking, door de waarschuwende functie. ‘Je kunt anderen beschermen door hun te vertellen dat een collega niet betrouwbaar is. Die persoon laat het bijvoorbeeld afweten in groepsprojecten en je wilt dat je collega’s dat beseffen. Zo verbetert de samenwerking op de werkvloer, doordat je weet wie je moet vermijden en wie wel fijn is om mee samen te werken.’
Dores Cruz legt uit dat we regelmatig roddelen over mensen die zich niet conform de sociale norm gedragen. Als de norm is om een praatje te maken bij het koffiezetapparaat en iemand doet dat niet, kan het zijn dat daarover gesproken wordt.
Ook zegt roddelen vaak iets over de persoon die de roddels verspreidt. Woltering: ‘Mensen die zich veel aantrekken van de mening van anderen, zijn vaak onzekerder. En als je je onzeker voelt over je positie in de groep kan de neiging ontstaan om iemand anders naar beneden te halen.’
Wat doe je in de praktijk?
Heb je de neiging te klagen over collega’s, vraag je dan eerst af wat je daar precies mee wilt bereiken. Als je een probleem hebt met die persoon – omdat-ie bijvoorbeeld altijd te laat z’n werk af heeft – kan het best fijn zijn dat eerst met een andere collega te bespreken, meent psycholoog Woltering. ‘Herkent die collega het probleem of ben jij de enige die er last van heeft? Je kunt best een kritisch gesprek hebben over een andere collega, zonder dat je meteen negatieve roddels aan het verspreiden bent. Zeker niet als het je de moed geeft om toch een gesprek aan te gaan met je collega.’
Als je de intentie hebt om de ander naar beneden te halen, houd dan je mond, vindt Woltering. Niemand wordt er beter van als jij rondbazuint dat een collega gisteren met een grote menstruatievlek op haar broek rondliep. Vraag je ook af of het echt waar is wat je wilt vertellen. En blijf niet hangen in de klaagmodus. ‘Mensen die veel klagen zijn over het algemeen gestrester dan mensen die dat niet doen. Klagen – over anderen in dit geval – kan wel even verlichting geven, maar uiteindelijk lost het niets op. Efficiënt is het dus niet’, zegt Woltering.
Een gesprek dat verstomt zodra je binnenkomt, een inside joke die iedereen begrijpt behalve jij; wat kun je doen als je vermoedt dat collega’s negatief over jóu roddelen? Terence Dores Cruz: ‘Stap één is proberen hun motieven te achterhalen. Misschien doe jij iets wat niet aan de groepsnormen voldoet. Dan moet je nagaan of er wellicht een kern van waarheid in zit en of je je gedrag moet aanpassen.’
Neem de roddelaar apart, tipt Roos Woltering, zeg dat je het idee hebt dat de ander dingen over jou vertelt en dat je je daar onprettig bij voelt. Het helpt om je emoties te delen. Die ander mag best weten dat jij de afgelopen week met een knoop in je buik naar het werk bent gegaan. ‘Vingerwijzen helpt niet en bovendien heb je zelf waarschijnlijk ook wel eens geroddeld. Zeg daarom dat je graag van hem of haar wil horen hoe het zit.’
Vraag ook door: wáárom stoorde die ander zich precies aan jouw gedrag of werkwijze? Dat kan confronterend zijn, maar ook waardevolle feedback opleveren. Wacht er niet te lang mee. Hoe langer je geen actie onderneemt, hoe groter het probleem wordt. Spannend is het wel voor veel mensen. Woltering: ‘Maar laat maar aan die ander zien dat jij de confrontatie wel aan durft te gaan. Iets wat de roddelaar niet durfde.’