Thuis etenweekendrecept
Een krankzinnig lekkere lentelasagne met zelfgeplukte brandneteltoppen en asperges
Kookboekenmaker Yvette van Boven maakt een seizoensrecept en geeft suggesties om iets met de restjes te doen. Deze week: lasagne met asperges, brandneteltoppen en geitenkaas.
Vanaf dat ik een klein meisje was verzamelden mijn zus en ik alles wat we op de lange wandelingen met onze ouders tegenkwamen: blaadjes, takjes, bloemen, mooie stenen, schelpen of zaden. Een fossiel vinden was het hoogst haalbare, maar heel mooie zaadjes, zaaddozen of bijzondere bloemen stonden ook vrij hoog op het lijstje.
Thuis stalden we ze uit, stenen en schelpen poetsten we met een drup olie en een zachte doek op tot kustschatten, zaaddozen droogden we in de vensterbank of in de hot press: de warme kast. Blaadjes en bloemen persten we tussen de bladzijden van de antieke encyclopedie die mijn vader – geloof ik – ooit had geërfd. De lederen ruggen van de enorme reeks zagen er spectaculair uit en de voor ons ongeveer onleesbare oud-Hollandse of oud-Duitse teksten boden een veilige bergplaats voor het museale gebladerte dat we er, keurig gevouwen tussen vellen grijs toiletpapier, liefdevol in schoven om te persen voor onze herbaria.
Mijn leven lang vouw ik elk mooi blaadje of bloemetje in een vel papier om mee te nemen naar huis. Sommige lijst ik in, sommige belanden nog steeds in een herbarium. Mijn herbaria zijn geen albums, maar stapels losse pagina’s, die ik maar blijf bijhouden. Soms van planten die ik graag opsla om nog eens aan te planten in mijn tuin, soms om een vindplaats en -tijd van eetbare planten te vereeuwigen. Die hebben immers een dubbele functie, want ook nog gratis en voor niks bijzonder eten vinden is natuurlijk het ultieme schatgraven. Ze belanden bij mij niet alleen in mijn steeds aangroeiende verzameling, als er buiten genoeg staat belanden ze uiteraard ook bij ons op tafel. Want ook die wildpluk kan in de keuken tussen bladen worden gelegd. Tussen lasagnebladen dan, want papier eet minder makkelijk.
Lentelasagne
U hóéft natuurlijk niet te wildplukken, alle ingrediënten – of een goede vervanging ervan – zijn ook gewoon te koop in de groentekraam of supermarkt. Plukt u wél brandnetels (Held! Zó lekker!): pluk dan alleen de toppen en doe dat met afwashandschoenen aan. Dit krankzinnig lekkere lentegerecht moet u in ieder geval zeker maken. Laatste aspergerecept hoor, volgende week maak ik iets heel anders.
350 gram (wilde, grote en/of kleine) groene asperges
350 gram witte asperges, schoon
2 sjalotten, gesnipperd
3 eetl. olijfolie
300 gram brandneteltoppen of spinazie, gewassen
60 gram roomboter
80 gram bloem
700 ml volle melk
75 gram fijngeraspte Parmezaanse kaas
125 gram verse geitenkaas, verbrokkeld
zout en versgemalen zwarte peper
1 ei
12 verse lasagnevellen (koelvak supermarkt)
Verwarm de oven voor op 180 graden. Blancheer de groene asperges in een pan gezouten water 3-4 minuten tot ze beetgaar zijn, schep ze eruit met een tang of schuimspaan en spoel onder koud water af. Kook de witte asperges beetgaar in dezelfde pan, ongeveer 12 minuten. Laat alles goed uitlekken.
Fruit de ui in de olie in een sauteerpan tot hij zacht is, voeg de brandnetel- of de spinazieblaadjes aan de pan toe en bak mee uit tot alles is geslonken. Haal van het vuur en zet opzij.
Maak de kaassaus: smelt de boter in een steelpan op middelhoog vuur. Roer de bloem erdoor en bak het een paar minuten uit tot hij gaart, maar nog niet kleurt. Roer dan de melk in scheuten erdoor met een garde en blijf roeren tot alle klontjes zijn verdwenen, de saus kookt en iets indikt. Laat de saus 3 minuten op laag vuur doorkoken. Roer tweederde van de Parmezaanse kaas erdoor en alle geitenkaas. Breng de saus verder op smaak met veel zwarte peper en misschien iets zout, maar proef even: misschien vindt u dat niet nodig. Roer van het vuur af een ei erdoor.
Schep een bodempje kaassaus in een ovenschaal. Dek af met een laag lasagnevellen, verdeel er vervolgens een paar groene asperges op en wat saus, dan weer een laag lasagnevellen, een dun laagje saus, de brandnetel of spinazie, laagje lasagnevellen, witte asperges... et cetera.
Eindig met een laag kaassaus, misschien nog wat asperges en bestrooi met de rest van de Parmezaanse kaas.
Bak de lasagne in ongeveer 35-45 minuten mooi goudbruin en borrelend. Laat hem 10 minuten staan voor u hem aansnijdt.
Opmaaktip:
Kaassaus die over is smeert u op toast, groente die over is kan erop. Bestrooid met wat extra kaas en daarna even onder de grill is dit een van de lekkerste lunches ooit.
Instagram: @yvettevanboven