Zilver met kind zeker zo mooi als goud zonder kind
Olympisch kampioen hoogspringen Tia Hellebaut maakt bij de EK atletiek haar rentree. Als moeder. Ze is benieuwd of ze na een zwangerschap ook over 2 meter kan springen....
Tia Hellebaut is een graag geziene gast op het terras van de tennisclub in Tessenderlo, Vlaanderen. Vooral bij meisjes met paardestaarten. Steeds komt er één schoorvoetend een handtekening vragen.
Hellebaut zet haar krabbel met montere welwillendheid. Ze accepteert dat ze publiek bezit is sinds ze bij de Olympische Spelen van Peking als eerste Belgische atlete een gouden medaille won. Roem hoort bij haar vak.
Niet dat het haar te doen is om aandacht. Sinds ze eerder dit jaar onverwacht haar rentree aankondigde, hoort ze landgenoten geregeld opperen dat ze de schijnwerpers miste. Dat, of geld, zou de reden van haar terugkeer zijn na de geboorte van haar dochter Lotte, ruim een jaar geleden.
Hellebaut en Wim Vandeven, haar trainer en levensgezel, moeten lachen om die verhalen. De Vlamingen hebben geen idee hoe vaak ze uitnodigingen van media, verenigingen en goede doelen afslaat.
‘Je moest eens weten hoeveel goede doelen er in België zijn’, zegt Vandeven op het terras, kort na een sprinttraining op de naastgelegen atletiekbaan. Allemaal lijken ze iets van Tia te willen. Ze zou moeite hebben haar rol als moeder adequaat te vervullen als ze erop in zou gaan, laat staan om die moedertaak te combineren met hoogspringen. Nee, om roem is het niet te doen.
Geld is evenmin een drijfveer. Nooit geweest ook. Na het olympisch goud van Peking stopte ze met atletiek, in plaats van de medaille te gelde te maken door in internationale wedstrijden het duel op te zoeken met haar extravagante aartsrivale Blanka Vlasic.
De rentree kost haar meer dan het oplevert, beweren Hellebaut en Vandeven. De spaarcenten worden aangesproken.
Kinderoppas
De voornaamste kostenpost is de dagelijkse hulp die ingehuurd moet worden voor Lotte, zodat Hellebaut kan trainen. De oppas gaat ook mee op trainingskampen of, zoals komende week, naar de EK atletiek in Barcelona, waar Hellebaut haar titel verdedigt. Daar zijn flinke bedragen mee gemoeid. Atletiek is geen tennis, waar topspeelsters miljoenen verdienen.
De ware reden van Hellebauts terugkeer is ambitie. Ze zag een puur sportieve uitdaging. Zou ze als 32-jarige moeder nog over 2 meter kunnen springen?
Andere moeders is dat wel gelukt. De Amerikaanse Chaunte Howard-Lowe, een van haar concurrenten, heeft 2.05 als beste prestatie. De Bulgaarse wereldrecordhoudster Stefka Kostadinova (2.09) was twintig jaar geleden ook als moeder op het hoogste niveau actief.
De ambitie van Hellebaut werd aangewakkerd door tennisster Kim Clijsters, haar landgenote die vorig jaar meteen na haar rentree als moeder de US Open won. ‘Het ging bij Kim allemaal zo snel’, zegt Hellebaut. ‘Ik vroeg me af of dat in de atletiek ook zou kunnen.’
Haar wens kwam als een volslagen verrassing voor haar partner. Vandeven herinnert zich het moment precies. Het was september vorig jaar en ze waren op vakantie. Ze hadden zojuist in een krant gelezen dat ook tennisster Justine Henin haar rentree zou maken. ‘Tia had nooit eerder laten blijken dat ze een terugkeer overwoog’, zegt Vandeven.
Al na een avond discussiëren, kwamen ze tot de slotsom dat een rentree het proberen waard was, ook al had het veel organisatorische voeten in aarde. Hellebaut moest haar baan als accountmanager bij sportmarketingbureau Golazo opzeggen. Vandeven moest zijn werkzaamheden als fysiotherapeut en trainer herschikken.
In het geheim
Ze besloten aanvankelijk in het geheim te trainen, om te zien wat het lichaam van Hellebaut zou aankunnen. Tijdens de zwangerschap was ze ruim twintig kilo aangekomen. De geboorte verliep via een keizersnede.
Toen Hellebaut zich vijf weken na de bevalling, al flink veel kilo’s lichter, voor de grap eens had gewaagd aan een stukje joggen en enkele sit-ups was ze geschokt. In haar herinnering had ze de conditie van een olympische atleet. Nu werd ze door ‘een vestje van een kilo of tien’ belemmerd.
‘Ik had geen buikspieren meer’, zegt ze. ‘Honderd meter hardlopen was al zwaar voor me. Dat viel me enorm tegen.’
De eerste maanden van haar rentree hanteerde Vandeven een uitdrukkelijk hoogspringverbod. Ze moest algemeen conditie opdoen door middel van kracht- en sprinttrainingen. Springen zou anders veel te belastend zijn voor haar spieren en pezen.
Pas na drie maanden kreeg ze de beloning voor haar harde werk. Ze mocht op oudejaarsdag 2009 voor het eerst in zestien maanden weer over de lat.
Dat gebeurde tijdens een trainingskamp van Vandeven met enkele Belgische atleten in Zuid-Afrika. Hellebaut was officieel alleen mee op vakantie. Ze gingen ’s ochtends in alle vroegte naar de baan om te voorkomen dat andere atleten vragen zouden stellen en het nieuws over de rentree zou uitlekken.
‘De anderen hadden me wel een beetje zien hardlopen, maar dat was niet verdacht. Als ze me hadden zien springen, was het niet meer uit te leggen’, zegt Hellebaut.
Vandeven prikkelde haar door te zeggen dat ze niet eens over 1.70 zou komen. Hij vergiste zich. Ze kwam hoger, al weet ze niet precies meer hoe hoog. Wat haar vooral bijstaat, is het gevoel van die dag. Ze zweefde weer. Het was als vanouds. ‘Het was een heerlijk gevoel.’
Inmiddels heeft Hellebaut aan twee internationale wedstrijden meegedaan, in Madrid en in Heusden. Beide keren eindigde ze als tweede, met een hoogte van 1.95 meter. Dat is 10 centimeter onder haar persoonlijke record. Ze staat op de Europese seizoensranglijst tiende.
Het gat met de titelfavorietes van de EK in Barcelona, Blanka Vlasic en Ariane Friedrich, is flink. De Kroatische sprong al 2.03, de Duitse 2.02.
Hellebaut vindt de resultaten bemoedigend. Zij is een ander soort atlete dan Vlasic, die week na week hoogtes van 2 meter kan bedwingen, ook in onbetekenende wedstrijden. Zij werkt altijd toe naar een piek, die meestal bij titeltoernooien komt. Haar beste sprongen, 2.03 en 2.05, maakte ze bij de EK van 2006 en de Spelen van 2008. In wedstrijden springt ze soms wel 10 centimeter hoger dan in de training.
Of dat in Barcelona opnieuw zal lukken, durft Hellebaut niet te voorspellen. Ze verwacht haar topniveau pas volgend jaar, bij de WK in Zuid-Korea, te bereiken. Haar definitieve afscheid heeft ze gepland bij de Spelen van Londen, in 2012.
Topniveau
Ook Vandeven houdt zich op de vlakte. Hij maakt de vergelijking met tennis. In die sport is het volgens hem gemakkelijker terug te keren aan de wereldtop dan in de atletiek. ‘Als tennissters zo’n 10 procent verwijderd zijn van hun topniveau kunnen ze al aardig meespelen. Als je in atletiek 10 procent van je topniveau bent, doe je niet mee.’
Hellebaut is te spreken over haar fysieke en mentale gesteldheid. De combinatie van moederschap en atletiek is werkbaar, al zijn er verschillen met vroeger. Ze traint zelden tweemaal per dag. Ze heeft minder tijd voor herstelslaapjes tussen de middag. Daar staat tegenover dat ze haar trainingstijd beter benut.
Hellebaut is met enige moeite weer op het gewicht gekomen dat haar in Peking de titel opleverde. En ze is verlost van de hardnekkige achillespeesproblemen, die haar in het eerste deel van haar loopbaan vaak voor problemen stelden.
Volgens Vandeven zorgt hun dochter voor ontspanning bij Hellebaut. Als Lotte na afloop van een training over het gras van de atletiekbaan met open armen op haar moeder komt toegerend, zegt hij: ‘Kijk, dat is een groot voordeel. Een mindere training is meteen vergeten.’
Beiden zijn benieuwd of Hellebaut ook tijdens titeltoernooien baat kan hebben van dat relativeringsvermogen. Want hoe graag Tia ook de 2 meter wil bedwingen, het welzijn van haar dochter gaat voor het veroveren van gouden medailles.
Haar nieuwe motto is veelzeggend: ‘Een zilveren medaille met een kind is minstens even mooi als een gouden medaille zonder een kind.’