'Waarom zouden 330 duizend inwoners niks kunnen presteren?'

Áfram Ísland! Stunt IJsland zondag in de EK-kwartfinale tegen Frankrijk opnieuw? Hoe een voetbaldwerg wist te transformeren tot een onverzettelijk Vikingenleger en wat dat betekent voor de natie.

Rob Gollin
Het Hásteinsvöllur-stadium in de stad Vestmannaeyjar, dat ruimte biedt aan 2.800 toeschouwers Beeld Presse sports
Het Hásteinsvöllur-stadium in de stad Vestmannaeyjar, dat ruimte biedt aan 2.800 toeschouwersBeeld Presse sports

Dof dreunen er ballen tegen de ramen van een clubgebouw in het hart van Vesturbaer, de meest westelijke woonwijk van Reykjavik, onder zilte windvlagen vanaf de Faxaflói-baai. Op het veld van Knattspyrnufélag Reykjavíkur, kortweg KR, hebben spelers van het Noord-Ierse Glenavon bij de training het vizier duidelijk nog niet op scherp staan. Het is de buiige vooravond van het duel tegen KR in de eerste voorronde van de Europa League. De manager van het KR-complex, Sveinbjörn Thorsteinsson, heeft het al gezien. Dat wordt een makkie, morgen. 'Ze zien er niet zo professioneel uit, de Ieren.'

Tölfti

Ze durven deze dagen de grote voetbalbroek aan te trekken, de IJslanders, sinds strákarnir okkar, onze jongens, het Engelse veelverdienersensemble uit het EK in Frankrijk kegelden. Ze zullen zondag in de kwartfinales onbevreesd Les Bleus tegemoet treden. Áfram Ísland! Het intimiderende 'Oeh... oeh..., oeh, oeh' zal onder handgeklap van de tribunes in het Stade de France golven, gedirigeerd door trouwe supporters die zichzelf Tölfti noemen, de twaalfde man. De oerkreet klinkt als een arctische variant van de Maorische haka, maar blijkt gekopieerd van de aanhang van het Schotse Motherwell. Die had het weer van de fans van het Poolse Lech Poznan.

Hoe een mager presterende voetbaldwerg transformeerde tot een onverschrokken en onverzettelijk Vikingenleger en wat dat betekent voor de natie, vraagt om een rondgang langs direct betrokkenen en betrokken waarnemers. Van reuzendoderskoorts in het centrum zelf is deze week weinig te merken. Een enkel vlaggetje met het Scandinavisch kruis en een voorbijganger in het blauwe shirt - het blijkt nota bene een Fransman. Het epicentrum van de vreugde-uitbarstingen, de door duizenden bezette groene bult Arnarhóll, bekroond met een standbeeld van het Noorse stamhoofd Ingólfur Arnarson, ligt er al dagen onaangedaan bij. De overwinning is precies één uitbundige midzomernacht gevierd. Vraag de IJslanders naar het gebrek aan uiterlijk vertoon en het antwoord is steevast hetzelfde: we zijn het niet gewend, we moet het nog leren. 'Sorry.'

De spelers vieren de overwinning op Engeland met de fans. Beeld anp
De spelers vieren de overwinning op Engeland met de fans.Beeld anp

Eenvoudige boerenzonen

Maar de bezieling met de prestaties is nooit eerder vertoond, zelfs niet toen de handballers zilver behaalden op de Olympische Spelen in 2008. Er circuleert een bericht dat de wedstrijden tegen Wayne Rooney c.s. een kijkdichtheid van 90,6 procent haalde - becijferd is dat dan 650 inwoners het hebben gemist. Bedrijven sturen op speeldagen personeel om twaalf uur naar huis, er komt toch weinig zinnigs meer uit de handen. De verkiezing van historicus Guðni Thorlacius Jóhannesson afgelopen zaterdag tot nieuwe president was nauwelijks meer dan een kennisgeving.

De IJslanders kijken al verder, naar komende zondag, en naar nog later. In internationale verslagen over de verrassende resultaten passeren net als tijdens het Icesave-schandaal in 2008 en de asbrakende Eyjafjallajökull in 2010 weer beelden van dampende geisers en majestueus bruisende watervallen. Daar komt volk op af, en dat terwijl het toerisme toch al bloeit als nooit tevoren.

Óttar Gudmundsson (68) geniet. Hij is psychiater in het Kleppsspitali, een ziekenhuis in een buitenwijk van Reykjavik, hartstochtelijk voetballiefhebber en erkend vorser van de IJslandse ziel. 'Dit succes werkt louterend. We hebben weer eindelijk weer iets positiefs te melden. Iets van vereniging kan de natie wel gebruiken.'

Want hoewel IJsland de economische crisis al te boven is, zijn de wonden volgens hem na de beschuldigingen over hebzucht en corruptie onder politici en bankiers nog altijd niet geheeld. De psychiater schrijft ook boeken over IJslandse saga's en ziet in de odyssee door Frankrijk van de in blauw gehulde nazaten van de Noormannen een heldenverhaal in wording: 'Je ziet precies hetzelfde patroon als in de eeuwenoude verhalen: eenvoudige boerenzonen verlaten het land om de wereld te veroveren.'

Ze flikken het weer, de IJslanders. Als schrijver Jón Kalman Stefánsson (52) - meermalen bekroond met literatuurprijzen voor zijn boeken over IJsland - op reis gaat, wordt hem deze vraag het meest gesteld: hoe slagen jullie er telkens in als klein landje internationaal succes te boeken? Met literatuur, met muziek, met sport en dan nu zelfs met de belangrijkste tak ervan, het voetbal? De vraag verbaast hem altijd. 'Getallen zeggen maar weinig. Waarom zouden 330 duizend inwoners niks kunnen presteren?'

Voetbalvelden op het eilandje Vestmannaeyjar. Beeld Presse sports
Voetbalvelden op het eilandje Vestmannaeyjar.Beeld Presse sports

Het succes wortelt in het eeuwenlange isolement, denkt hij. De IJslanders hebben alles zelf moeten uitvinden, referenties van andere culturen waren er niet. 'Ze hebben nooit een minderwaardigheidsgevoel gehad - er waren geen grotere buren. IJslanders geloven vooral in zichzelf. Wat zij doen, vinden ze minstens zo goed als wat anderen doen.'

Bij KR Reykjavik in Vesturbaer wordt duidelijk dat beheerder Sveinbjörn Thorsteinsson wel enig recht van spreken heeft met zijn optimisme over het resultaat tegen de Noord-Ieren. Het is de club op het eiland met de meeste titels en de oudste wortels, opgericht in 1899. Het stadionnetje telt nog geen tweeduizend zitplaatsen, maar het aanpalend complex bestaat uit een receptie met achterliggende kantoren, streng ingerichte bestuursvertrekken en trainingsfaciliteiten voor maar liefst tien sporten, waaronder het razend populaire handbal, basketbal, skiën, tafeltennis en glima, worstelen op zijn IJslands, elkaar bij een riem grijpen en omver werpen. Dat kinderen al op jonge leeftijd veel opties krijgen aangeboden, zien ze hier als onderdeel van de opvoeding. Zo kun je zelf ontdekken waar je echt goed in bent.

Indoorvelden

De voetbalclub van KR ploetert in de modder van de degradatiezone, ver beneden de status van de vereniging. Willum Thorsson (53) is sinds enkele dagen de coach. Van 2002 tot 2004 was hij al trainer en hij speelde er van 1968 tot 1989. Hij is ook parlementariër voor de FSF, de progressieve partij, maar een verzoek de club uit de brand te helpen, kon hij, nu de politiek met zomerreces is, niet weigeren.

Hij schrijft de sprong voorwaarts van het IJslandse voetbal vooral toe aan de bouw van hallen met complete voetbalvelden van kunstgras. Sinds 2000 zijn er zeven neergezet, verspreid over het vulkaaneiland, vrijwel allemaal betaald door het lokaal bestuur. Zelf was hij van de generatie die trainde op gravelvelden, waarop de bal onvoorspelbaar stuitert en je bij slidings kont en kuit kon openhalen. Sneeuw en ijs, daar heeft hij ook wel op geoefend. Verdere recente impulsen volgens hem: goed opgeleide jeugdcoaches en de goed geregisseerde inzet van vrijwilligers. En de veel aangehaalde mentaliteit van hard werken, nooit opgeven, voor elkaar door het vuur gaan, speelt die nog een rol? Willum - IJslanders gebruiken alleen elkaars voornaam - is wat voorzichtig. 'Wat ik van buitenlandse coaches hoor, ben ik geneigd om ja te zeggen.'

Kinderen op een indoor-kunstgrasveld in Reykjavik. Beeld PRESSE SPORTS
Kinderen op een indoor-kunstgrasveld in Reykjavik.Beeld PRESSE SPORTS

Oud-international Rikardur (Ricky) Dadason - 44 jaar, 44 caps, 14 doelpunten - twijfelt niet. In een café in de uitgaansstraat Laugavegur laat de oud-speler van onder meer Fram, Stoke City en de Noorse clubs Viking Stavanger en Lillestrøm zijn bier vrijwel onaangeroerd om zijn opwinding de vrije loop te geven - hij was erbij als supporter, in Nice, toen de Engelsen eraan gingen. 'Ik ben nog nooit zo extatisch geweest.' Zelfs niet toen hij persoonlijk in 1998 in Reykjavik de 1-0 binnenkopte tegen toenmalig wereldkampioen Frankrijk; Les Bleus zouden nog langszij komen. 'We hebben ook vroeger echt weleens aansprekende resultaten neergezet. Alleen kwalificeren lukte nooit.'

Wat er wel altijd is geweest, volgens Ricky Dadason, is de kameraadschap in het team; hij volgde deze selectie tijdens de kwalificaties als tv-commentator. 'Iedereen kent elkaar. Je zit op dezelfde school, dezelfde clubs, je gaat samen op vakantie. Dan geef je alles voor elkaar.' Wat ook telt: IJslanders bij de allergrootste clubs van Europa zijn dun gezaaid. 'Dat betekent dat de interlands voor hen de belangrijkste wedstrijden zijn.' Maar er was wel een buitenstaander nodig om vereiste discipline te creëren: de Zweedse coach Lars Lagerbäck. Die legde de ploeg niet alleen een spelsysteem als een harnas op, maar schrapte ook al snel typisch IJslandse gerechten van het spelersmenu, zoals die met weke delen van het schaap.

Wapenfeiten IJslands elftal

1946
Debuut nationale elftal in vriendschappelijke wedstrijd, 0-3 verlies tegen Denemarken.

1957
Eerste WK-kwalificatiewedstrijd, 8-0 verlies tegen Frankrijk.

1967
grootste nederlaag ooit, 14-2 tegen Denemarken.

1991
winst op Spanje in EK-kwalificatie, 2-0.

1998
Gelijkspel in EK-kwalificatieduel tegen wereldkampioen Frankrijk, 1-1.

2013
Uitgeschakeld door Kroatië in play-offs voor WK in Brazilië, 2-0 nederlaag.

2016
Kwalificatie voor EK in Frankrijk. Intussen kwartfinalist.

Bij de nationale voetbalbond zijn 22.000 leden aangesloten, verdeeld over zo'n 100 clubs. Er zijn 1.400 scheidsrechters actief en bijna 900 coaches en assistent-coaches met licenties van de UEFA.

Naar het oosten

Voor een beter begrip van het moderne fotbolti is het beter oostwaarts te gaan, KR heeft naar IJslandse begrippen niet al te veel ruimte. In Grafarvogur, 15 kilometer verderop, maar nog altijd Reykjavik, bolt in een plooi van het heuvelland een reusachtige dakconstructie op. In het sportcentrum Egilshöll schuilt naast een riante fitnessruimte en enkele sporthallen een volledig indoorvoetbalveld.

In door de ramen binnenvallend diffuus ochtendlicht oefenen blonde sons en dóttirs van 7 en 8 jaar op penalty's. Coach Arnar Páll (27) neemt een spelertje apart om hem vermanend toe te spreken. Dat hij als hem iets niet zint hém moet aanspreken, in plaats van zijn vuisten te planten in de maag van een teamgenootje.

Páll, in dienst van de club Fjölnir, nu tweede op de ranglijst, is een van de ruim 650 coaches met een B-licentie van de UEFA die zich over de IJslandse voetbaljeugd ontfermen. De opleiding is sinds 2002 voorgeschreven. Hij kan ervan leven, Fjölnir heeft negenhonderd kinderen onder de vleugels. 'Nu kunnen jongere spelers het hele jaar door hun techniek bijschaven.' Voormalig Heerenveen-aanvaller Alfred Finnbogason trainde hier.

Ga nog een deurtje verder, adviseert Páll. Daar is de accommodatie van de club Breidablik. Nog groter dan hier, daar hebben ze maar liefst 2.000 kinderen onder hun hoede. Het is geen toeval dat meerdere internationals, onder wie stervoetballer middenvelder Gylfi Sigurdsson, er zijn begonnen.

Voor de statistiek: KR uit Vesturbaer klopt donderdagavond inderdaad de Noord-Ieren van Glenovan. Er was wel een penalty voor nodig: 2-1. Winst is zelfs in deze gloriedagen van strákarnir okkar niet vanzelfsprekend.

Een indoor-voetbalveld in Reykjavik. Beeld Presse sports
Een indoor-voetbalveld in Reykjavik.Beeld Presse sports

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden