Sport
Van der Poel verrast eeuwige rivaal Van Aert met lange sprint en grijpt wereldtitel veldrijden
Er was een verrassingssprint voor nodig om Mathieu van der Poel voor de vijfde keer wereldkampioen veldrijden te worden. Met die vijfde WK-zege heeft hij afstand genomen van zijn tegenstrever Wout van Aert, die op drie wereldtitels blijft staan, de laatste in 2018.
Dat het WK cross voor de achtste keer zou neerkomen op de tweestrijd die de Belg en Nederlander sinds hun veertiende voeren, stond van tevoren vast. En ook dat de twee 28-jarigen zo aan elkaar gewaagd waren dat een lekke band of een stuurfoutje bepalend zou zijn. ‘Maar onderweg moet je vooral niet denken: ik moet foutloos rijden’, vindt Van Aert.
Feitelijk maakten beide renners geen fout, of het zou moeten zijn dat Van Aert zich in de laatste honderden meters liet verrassen, nota bene op de verharde weg. De Belg, die op de weg onder andere ‘Champs Elysées’ won, de afsluitende sprint van de Tour de France, had er niet op gerekend dat Van der Poel meteen aan het begin van de oplopende asfaltweg naar de finish de sprint zou aantrekken. Een lange sprint is niet de specialiteit van Van der Poel.
Strijdplan
‘Maar ik ken deze aankomst heel goed en ik had me dit ook precies zo voorgenomen’, zei de winnaar over zijn strijdplan: als tweede de finishstraat opdraaien en meteen vanuit de rug van Van Aert zijn sprint inzetten. Dat had die laatste totaal niet verwacht. ‘Ik had een scenario voor ogen waarin Mathieu eerder zou aanvallen om het niet op een sprint aan te laten komen. Mijn plan was om dan achter hem aan onze sprint te beginnen. Maar omdat dat scenario niet zo uitpakte, raakte ik in de war en vergat ik eigenlijk mee te sprinten.’
Een uur voor die sprint hadden Van der Poel en Van Aert al drie minuten na de start de koppositie ingenomen. Ze reduceerden de perikelen ver achter zich tot een strijd om de bronzen medaille tussen de Nederlandse kampioen Lars van der Haar en de Belgische equipe. Vooraf zei Van der Haar, vorig jaar de nummer twee van het WK in Fayetteville, dat hij uiterst gelukkig zou zijn met een derde plek op het uiterst snelle parcours – ‘een racebaan’.
Hij werd in Hoogerheide door een tactische inschattingsfout vierde achter de Belg Eli Iserbyt die zijn derde plaats beschouwde als een overwinning. ‘Ik ga de foto van het podium met ons drieën boven mijn bed hangen’, zei Iserbyt. Belgen bezetten in de einduitslag ook de vijfde tot en met de achtste plaats.
Speldenprikjes
Snel nadat de twee topfavorieten los waren gekomen van de overige 38 deelnemers uit 18 landen, werd hun beider doel duidelijk: we laten het op de laatste ronde aankomen. Onderweg deelden de twee niettemin speldenprikjes uit, vooral op de lange klim in het parcours en na bij het springen over de twee balken.
Van der Poel probeerde hier en daar aan te vallen. ‘Maar het was duidelijk dat we elkaar niet zouden kunnen lossen.’ Daar had Van Aert het moeilijker mee dan Van der Poel, die niet langer gekweld werd door de rugproblemen van eerder dit crossseizoen. ‘Mathieu zette me meteen onder druk’, zei Van Aert, ‘waardoor ik vanaf de start op de limiet heb gereden. Ik ben niet blij met de strijd die ik hem kon leveren.’
In de laatste ronde was Van Aert er zeker van dat zijn tegenstander het verschil zou proberen te maken bij de balken – twee 40 centimeter hoge obstakels tegen het einde van het parcours. ‘Iedereen dacht dat ik zou aanvallen als we daar de laatste keer overheen zouden springen’, zei Van der Poel met een grijns van oor tot oor. ‘Maar dat deed ik dus niet, want dat was te voorspelbaar.’
Voor zijn tegenstander heeft hij ‘niets dan respect’, zei de winnaar van de dag. ‘Zoals vandaag vechten we al tien jaar. Als je tweede wordt is het even niet leuk, maar na onze carrières is het iets speciaals om op terug te kijken. We brengen niet alleen elkaar naar een hoger niveau, maar ook het veldrijden. Als je een van ons weghaalt is het meteen minder interessant.’ Van Aert: ‘Eens.’
Groot wielerfeest
De twee mannen leverden dan ook waarvoor de liefst 42 duizend toeschouwers – fifty/fifty Nederlanders en Belgen – waren gekomen in het Nederlandse Hoogerheide, vlakbij de Belgische grens. Deze Nederland-België verliep in opperbeste sfeer, vond de Belg Sven Nys, die ondanks zijn ‘slechts’ twee wereldtitels beschouwd wordt als de beste veldrijder aller tijden. Voor de Belgische tv noemde Nys het WK in Hoogerheide het grootste wielerfeest dat hij ooit had meegemaakt.
Het zit hem in onze respectvolle tweestrijd, taxeerde de vijfvoudig wereldkampioen. ‘Volgens mij is er nog nooit in deze wielerdiscipline zo’n tweestrijd geweest als die van ons en dat is enorm goed voor de populariteit van deze sport. Dat zag je vandaag.’