WK voetbalFrankrijk 2019

Trainen tot je de beste bent – zo halen deze voetbalsters de top

Dominique Bloodworth is de Canadese Jordyn Huitema te snel af.  Beeld Soccrates
Dominique Bloodworth is de Canadese Jordyn Huitema te snel af.Beeld Soccrates

Niet alle internationals komt het talent aanwaaien. Neem Dominique Bloodworth en Sherida Spitse. Zij hebben veel geïnvesteerd in hun ontwikkeling. Met succes. Zaterdag staan ze in de kwartfinale van het WK tegen Italië.

Willem Vissers

Middenvelder ­Sherida Spitse kijkt veel naar beelden van Frenkie de Jong, die bij de mannelijke versie van Oranje op dezelfde positie voetbalt. Controlerend op het middenveld, vanaf links. Spitse (29) is een totaal ander type voetballer, maar ze leert van De Jong: aanbieden, bal vragen, wegdraaien. Dribbelen of spelen? Ze analyseert ook beelden van zichzelf, met een persoonlijke trainer.

Centrale verdediger Dominique Bloodworth (24) wil alleen feesten als ze vindt dat ze feest heeft verdiend. Ze is een bijna nooit tevreden trainingsbeest. ‘Mijn grootste talent is mijn doorzettingsvermogen, mijn fanatisme. Ik ben nooit tevreden en dat is soms een valkuil. Maar daardoor haal ik wel steeds nieuwe hoogtes, en dat wordt dan telkens de nieuwe standaard.’

Zaterdag voetballen de internationals tegen Italië: inzet een plaats in de halve finales van het WK, tegen de winnaar van Duitsland – Zweden. Oogstrelend spel hebben de vrouwen niet laten zien in de vier gewonnen wedstrijden, maar over hun inzet bestaat geen twijfel. Groei is hun motivatie. Investeren in zichzelf. Persoonlijke trainers aantrekken. Trainen.

Dominique Bloodworth (meisjesnaam Janssen) viel vier jaar geleden een keer in tijdens het WK in Canada. Ze oogde houterig en wat traag, geeft ze meteen toe. ‘Ik ben veel fitter geworden. Veel beter. Nu ben ik echt een topatleet. Als ik zeg dat een training zwaar is, weet Sarina (Wiegman, de bondscoach) dat de training echt zwaar was.’ De Limburgse voetbalde eerst bij Essen in Duitsland en de laatste vier seizoenen bij Arsenal in Londen. Na het WK vertrekt ze naar Wolfsburg. Steeds een betere club.

Sherida Spitse had altijd al een uitstekende traptechniek. ‘Bij de onder 15 gaf ik al lange ballen van achteruit, waardoor aanvallers zo konden doorlopen. Dat is altijd mijn kracht geweest: mijn passing, mijn rust aan de bal.’ De Friezin is recordinternational met 166 interlands. ‘Daarop ben ik trots, maar ik wil meer. Ik ben niet klaar.’

Passen en iPad

Bloodworth trok Frank Woerst aan als persoonlijk trainer, die haar geregeld bezocht in Engeland. Zo wilde ze een beter ruimtelijk inzicht krijgen in het veld. ‘We proberen voordeel te creëren door oriëntatie. Wanneer zit er een tegenstander in mijn rug? Ik weet dan waar ik de bal naartoe moet spelen, waardoor mijn handelingssnelheid omhoog gaat.’ Ze trainde ook oneindig op haar passing. Met links en met rechts.

Ze doet mentale spelletjes, om oog- hand/voetcoördinatie te verbeteren bijvoorbeeld. Twee tennisballen opgooien en ze op een bepaalde manier vangen. Of een oefening met een iPad. ‘Dan passt Frank de bal naar mij. Gelijktijdig moet ik kijken op de iPad en zeggen wat ik zie. Een dier noemen bijvoorbeeld, en gelijktijdig de bal verwerken. Er zijn zoveel mensen op het voetbalveld. Je moet weten wat er om je heen gebeurt. Als centrale verdediger kan ik me geen balverlies permitteren op een bepaalde plek.’ Ze is trots waar ze nu staat. Wolfsburg is een van de beste clubs in Europa. Ze is gegroeid van wisselspeler in Oranje naar de basisploeg.

Voor middenvelder Sherida Spitse is Frenkie de Jong het voorbeeld. ‘Hoe hij positie kiest, hoe hij speelt. Of hij vooruit gaat of juist even de bal houdt of terugspeelt. Als ze allemaal op hem letten, krijgen anderen weer ruimte. Hij is intelligent.’

De Jong is een totaal ander type controleur, met een totaal ander imago. Toch probeert ze van hem te leren. ‘Frenkie maakt acties om vrij te komen, op een simpele manier. Dat is zo mooi. Hij doet geen schaar om de schaar.’

Op haar niveau werkt ze aan dat soort zaken. Bal bij zich houden, tegenstander lokken en passen. Doorlopen en de bal weer krijgen. ‘Bij mijn club Valerenga in Noorwegen heb ik soms veel ruimte voor me. Dan dribbel ik tegenwoordig ook door. Een paar jaar geleden zou ik direct passen naar de back, die dan onder druk kwam te staan. Dat doe ik nu minder. Dat heeft ook met die individuele coaching te maken. Ik kan wel dribbelen, maar bij Oranje is mijn taak anders. Ik moet de momenten vinden om sneller te passen of te dribbelen.’

Sherida Spitse probeert Jeanette Yango van Kameroen van de bal te lopen.  Beeld Soccrates
Sherida Spitse probeert Jeanette Yango van Kameroen van de bal te lopen.Beeld Soccrates

Voetbaldata

Ze huurt de diensten in van Loran Vrielink, van het bedrijf Your Tactical Analyst. Vanuit Indonesië, waar hij een paar spelers bijstaat, zegt Vrielink aan de telefoon: ‘We doen tactische training door videoanalyse. Bij clubs is die training vaak teamgericht. Wij werken individueel. Het gaat om kijken: sta ik vrij, hoe draai ik open? Hoe sta ik gepositioneerd als ik de bal krijg? Wanneer indribbelen, wanneer passen?’

Vrielink komt uit het basketbal en is docent lichamelijke opvoeding. Hij werkte met onder anderen de mannelijke toppers Stefan de Vrij, Jetro Willems en Leroy Fer. ‘Alles is gebaseerd op tactiek. Van een wedstrijd nemen wij bijvoorbeeld 150 beelden. We maken clipjes. Die bespreken we, meestal via Facetime.’

Spitse: ‘Het zijn kleine dingetjes. Ik kan soms beter opengedraaid staan.’ Dat houdt in dat ze dan meteen naar voren kan spelen, zoals Frenkie de Jong dat zo fraai kan, in plaats van terug of breed. Het spel vóór zich zien, nog voordat de bal in bezit is. Net als Bloodworth is Spitse een andere, betere speler geworden. ‘Ik ben fitter. Ik kan meer meters maken om aan de bal te komen of te passen.’

Alleen maar voetbal

Dominique Bloodworth speelde vrijwel niet tijdens het WK van 2015 en het gewonnen EK van 2017. Dat moest anders. ‘Ik heb heel hard gewerkt. Tijdens het EK was ik de enige speelster die voor de training al oefeningen deed in de gym. Ik mocht mezelf nooit iets verwijten.’ In de finale tegen Denemarken mocht ze invallen. Dat was de beloning waardoor ze zich werkelijk onderdeel voelde van het kampioensfeest.

Spitse gelooft in de lessen van Loran Vrielink. Ze betaalt hem uit eigen middelen. Dat voelt toch anders dan bij de mannen, die veel meer salaris hebben. ‘Maar ik ben altijd op zoek naar verbetering. Iedereen droomt nu van de wereldtitel. Als iedereen erin gelooft en de vorm laat zien, hebben we een heel goed team samen.’

Ze kijkt trouwens ook weleens beelden terug voor haar plezier. Bijvoorbeeld van het gewonnen EK, omdat het energie geeft. ‘Ik denk, praat en zie alleen voetbal. Echt heel veel. ­Jolien (haar vriendin, red.) wordt er soms gek van. Ik kijk met plezier, ’s avonds op het bankje. Mannen- en vrouwenvoetbal. Bij de mannen zijn Ajax en Barcelona favoriet. Spelen, die bal laten gaan. Tik tik tik.’

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden