SportDegradatie FC Twente
Sympathie en antipathie zit vaak in kleine dingen, dat geldt ook voor de degradatie van FC Twente
Als aanhanger van een voetbalclub uit Haarlem die om zeep werd geholpen vanwege een paar ton schuld, een onaanzienlijk bedragje dat door de KNVB werd misbruikt om een voorbeeld te stellen, deed de degradatie van FC Twente me niet veel. Sterker nog, ik was een van de mensen die vanuit Enschede en omstreken kon worden beschuldigd van leedvermaak. Twexit, van mij mocht het.
Sympathie en antipathie zit vaak in kleine dingen. Ik gun Roda JC het beste sinds een opwindende Europa Cup-trip naar Sofia, in 1989 was dat. Aardige lui. Geldschieter Nol Hendriks probeerde ter plekke de hele voorhoede van tegenstander Sredets Sofia te kopen. Hij bood een paar containers spijkerbroeken.
FC Groningen: altijd goed sinds rookmagiër Milko Djurovski het veld betrad en Piet Fransen, de voetballende melkboer uit de stad, zei dat hij het prima vond dat supporters van zijn club het standbeeld van Abe Lenstra in Heerenveen wit-groen hadden geschilderd. Plus Go Ahead, waarom weet ik niet precies.
Tot de verhuizing naar het nieuwe stadion was FC Twente een sympathieke club. Dat kwam door het succesvolle elftal uit de jaren zeventig en door Eddy Achterberg, die zong dat de club eenmaal de kampioen zou zijn, wat niemand geloofde, en later door Piet Keur en Wim Balm.
Het veranderde allemaal toen de Grolsch Veste op wedstrijddagen voor automobilisten van buiten de stad praktisch onbereikbaar bleek te zijn en de club onder aanvoering van Joop Munsterman megalomane trekjes kreeg. Dodelijk.
Grootheidswaanzin gaat gepaard met een superioriteitsgevoel en, in de volgende fase, spandoeken met een tekst als ‘Wij tegen iedereen’. Zondag werd in Arnhem, waar FC Twente met 5-0 verloor van Vitesse, een spandoek getoond met de tekst ‘De eredivisie levert in, gecondoleerd met jullie verlies.’ Dan vraag je er ook om.
In een geweldig en melodramatisch stuk vol vette metaforen, ‘De catastrofale crash van de Icarus-vlucht’, analyseerde verslaggever Peter Wekking in Voetbal International deze week de opkomst en ondergang van FC Twente. Wekking ontrolde ook een paar spandoeken, zoals ‘Niet alleen FC Twente verliest, de Eredivisie als geheel doet dat ook’ en ‘Als het volk na de zomer is uitgedanst, zal het besef indalen.’
Hij sloot af met het spandoek ‘Zelfs een zwak FC Twente is in het Nederlandse voetbal nog een factor van belang.’ De redenering van Wekking, zelf Tukker en al een jaar of dertig kind aan huis bij de club, is goed te volgen. De degradatie biedt ook kansen en het zou best kunnen dat de club na een louterend jaartje in de – even vermannen mensen - Jupiler League aangesterkt terugkeert.
Aan de meeste analyses over de crash van de Twentse Icarus-vlucht ligt de gedachte ten grondslag dat degraderen een ramp is. Dat is het niet. Dat denken mensen alleen maar.
Alleen de mensen die bij FC Twente hun baan verliezen, mogen zich beklagen. De rest, al die waardeloze voetballers bijvoorbeeld, moet niet zeuren. Degraderen is bovendien altijd je eigen schuld.
Het beste commentaar op de degradatie was van André Manuel, de cabaretier die al 41 jaar de thuiswedstrijden bezoekt. Het is allemaal niet zo ingewikkeld, zei Manuel in de Volkskrant. ‘Er wordt elk jaar één club kampioen en één club degradeert. ‘Nou, nu zijn wij een keer aan de beurt.’
Sport is soms heel mooi, zei Manuel ook, maar af en toe ook gruwelijk lelijk. ‘Maakt niet uit. Gaan we volgend seizoen toch gezellig naar Twente tegen eh... Helmond Sport.’ En toen was FC Twente toch weer een sympathieke club geworden, ondanks alles.