'Oprecht het idee dat Sven een fout ging maken'
Schaatscoach liet zich leiden door drie inschattingsfouten...
Vancouver ‘Honderdduizenden aanwijzingen’ gaf Gerard Kemkers in zijn carrière als coach. Altijd waren zijn tips op de kruising goed, soms zelfs de sleutel tot overwinningen. Hij herinnerde zich Renate Groenewold die op een WK in een ver verleden achter de fout wisselende Gunda Niemann wilde aanrijden. Hij kon haar maar juist van een blunder weerhouden, haar kampioenschap redden.
Zo dacht Kemkers ook toen hij dinsdag Sven Kramer in de zeventiende ronde van de 10 kilometer voor zijn neus kreeg. ‘Ik was overtuigd. Ik had oprecht het idee dat Sven een fout ging maken. Daarom schreeuwde ik dat hij naar de binnenbaan moest. Ik was ervan overtuigd dat hij de fout maakte en dat ik het bij het rechte eind had.’
Kemkers had Kramer nog nooit in hun vijfjarige samenwerking op zo’n wisselfout betrapt, maar hij liet zich leiden door wat uiteindelijk drie foute inschattingen waren. Eén: hij had de ogen van de baan gewend omdat hij op de boarding aan het hannesen was met zijn opschrijfbord.
Twee: hij miste Kramer bij de bochtuitgang en zag hem aan de buitenkant van de baan rijden. ‘Ik werd aan het twijfelen gebracht. Hij reed recht op me af. Hij keek in mijn ogen en ik zag twijfel.’
Drie: Kemkers wilde checken dat hij goed zat en keek naar tegenstander Skobrev die de baan uitkwam. ‘Ik dacht hem in de binnenbaan te zien. Dat betekende dat hij naar de buitenbaan moest wisselen.’
Toen volgde de schreeuw van Kemkers, ‘naar binnen’. Hij zat mis. Hij had het snel in de gaten toen hij Skobrev ook naar binnen zag duiken. Kemkers riep in de portofoon naar zijn collega’s: ‘Ik zit fout, ik zit fout.’
Hij stierf duizend doden, maar vermande zich. ‘Kemkers, coachen blijven’, zei hij tegen zichzelf. Hij leidde Kramer naar het einde van de race. ‘Een kampioen verdient dat.’
Maar ook: ‘Je hebt toch een of twee procent hoop dat hij misschien toch niet gediskwalificeerd wordt.’
Daarna waren er diskwalificatie en de uitbarsting. ‘Ik kan niet ontkennen dat ik op het middenterrein een scenario stond te bedenken om het stadion te ontvluchten. Maar ik herpakte me snel.’
Het woord black-out kwam niet in hem op. Op tv-beelden gesticuleerde Kemkers naar zijn Russische collega Kibalko. ‘Het staat niet op mijn netvlies.’
Hij had zich ook nadien afgesloten voor de rest van de wereld. ‘Ik heb niks gezien, niks gehoord en niks gelezen’, waren zijn beginwoorden van woensdag. Of hij zich had willen terugtrekken van het toernooi? ‘Nee.’ Niet een milliseconde aan gedacht? ‘Nee.’
Over de beschadiging van de relatie met zijn kopman? ‘Het was wel een van de dingen die op de kruising door mijn hoofd schoot. Nu, een dag later heb ik daar geen enkel slecht gevoel bij. Wij werken vijf jaar samen. Ik zal als coach toch een groot aandeel hebben gehad in het succes van Sven. Het zou te kortzichtig zijn om door één fout, een desastreuze fout, alle vertrouwen in elkaar te verliezen.’
Of hij zijn wijze van coaching, met veel informatie en grote schrijfborden, nog zal gaan wijzigen? ‘ik overweeg voor geen meter de informatievoorziening achterwege te laten. Sven eist veel info.’