ProfielNiki Terpstra

Niki Terpstra heeft altijd zijn eigen weg gekozen en stopt volgende maand met wielrennen

Wielrenner Niki Terpstra (38)zet na dit seizoen een punt achter zijn carrière. Hij won onder meer in 2014 Parijs-Roubaix en in 2018 de Ronde van Vlaanderen.

Rob Gollin
Niki Terpstra is in 2018 aan een indrukwekkende solo bezig en beklimt de Paterberg de laatste berg voor de finish van de Ronde van Vlaanderen.  Beeld Klaas Jan van der Weij / de Volkskrant
Niki Terpstra is in 2018 aan een indrukwekkende solo bezig en beklimt de Paterberg de laatste berg voor de finish van de Ronde van Vlaanderen.Beeld Klaas Jan van der Weij / de Volkskrant

Het was voor Vlaamse tv-verslaggevers geregeld een beetje bang afwachten met welke songtekst Niki Terpstra nu weer op de proppen zou komen na een overwinning. Zouden ze de strofen wel herkennen?

Hij begon ermee in 2014, na Dwars door Vlaanderen. Deze kwam nog bekend voor, uit Als je wint, heb je vrienden van Herman Brood en Henny Vrienten. ‘Ik had in m’n benen pijn, maar ja, ik wou de snelste zijn. Ze halen me nooit meer in, ik dacht: verdomd, ik win.’ In 2016 na zijn eindzege in de Eneco Tour, werd het al een uitdaginkje. ‘Bum stikkie di bum stikkie di bum stikkie di bum.’ Huh? Hij citeerde uit Maximum Overdrive van 2 Unlimited.

In 2018 was het twee keer raak. Hij was de beste in de E3 Harelbeke. Uit Banaan van rapper Jebroer: ‘Zie me hakken, zie me tjappen, kijk kijk kijk me gaan. Ik geen appel, ik geen kiwi, ik wil gaan met die, ik wil gaan met die, Ik wil gaan met die banaan.’ Juist, ja. Maar na zijn zege in de Ronde van Vlaanderen was er de onmiddellijke herkenning, een variant op Liefde voor Muziek van de Vlaming Raymond van het Groenewoud. ‘Ik bouwde op, ik bouwde op, ik bouwde op en het bloed stond naar mijn kop. Het was de liefde. Het was de liefde voor de koers.’ Het was, zei de renner, bedoeld als gebaar aan Belgen die wat moeite hadden met die succesvolle Nederlander in dienst van Quick-Step, de beste ploeg uit eigen land.

Interviewers hoeven niet langer te vrezen dat hun culturele bagage tekortschiet. Terpstra (38) zet na Parijs-Tours op 9 oktober een punt achter een profcarrière van 16 jaar, met de zege in Parijs-Roubaix in 2014 en die winst van 2018 in Oudenaarde als hoogtepunten. In beide monumenten kwam zo een einde aan langdurige droogte. Servais Knaven was in 2001 de laatste Nederlander die de Hel van het Noorden won, in Vlaanderens Mooiste was in 1986 Adrie van der Poel zijn voorganger. Terpstra verklaart toe te zijn aan een nieuwe uitdaging. De motivatie ontbreekt om zich nog een keer tot het uiterste op te laden voor een volgend seizoen.

Aan flarden fietsen

De eigenzinnige Noord-Hollander heeft altijd zelf zijn pad gekozen. Rabobank, de ploeg waarin zoveel renners van zijn generatie begonnen, wilde hem om die reden niet. Bij gelegenheid zou hij het hele collectief van het team aan flarden fietsen; hij werd drie keer Nederlands kampioen. Hij nam het volgen van de eigen weg ook letterlijk. Toen Maarten Wynants hem in de Eneco Tour van 2014 zou hebben gehinderd, volgde een stevig robbertje ellenbogen uitdelen.

Het Duits-Italiaanse Milram was in 2007 de eerste werkgever. Vier jaar later lijfde Quick-Step hem in. Al snel begon hij Vlaamse voorjaarskoersen te winnen. Toen hij in 2014 op 6 kilometer van de finish in Roubaix deel uitmaakte van een kopgroep met grote namen als Fabian Cancellara, Peter Sagan en ploeggenoot Tom Boonen, was het vertrouwen groot genoeg. Waarom probeer je het zelf niet, Niki, hield ploegleider Wilfried Peeters hem voor. Hij had al bewezen solo te kunnen aankomen. Op het velodroom hield hij 20 seconden over.

Vier jaar later schoot hij in de Ronde opnieuw raak in zijn eentje. Hij achterhaalde Vincenzo Nibali op de Hotond en passeerde op de Oude Kwaremont de kopgroep. Het mooiste moment die dag was niet de huldiging, zei hij, maar dat hij eindelijk met zijn vrouw Ramona in alle rust een frietje met mayo kon eten.

Assendelft en later Bergen

De successen ten spijt, ging Terpstra nooit de wielrenners achterna die domicilie kozen in fiscaalvriendelijke en bergachtige gebieden als Monaco en Andorra. Hij bleef in Noord-Holland, in Assendelft en later in Bergen, waar hij traint in de duinen en de polders en geregeld aansluit bij het vriendenteam Noord-Hollands Best, met onder anderen Cees Bol, Laurens ten Dam en Ramon Sinkeldam.

Zijn laatste overgang, in 2019 naar het Franse Total Energies, leverde niet het gewenste resultaat op. Valpartijen waren de oorzaak. Hij smakte al in het eerste jaar tegen de vlakte in de Ronde en in de Tour de France. Een ongeval in juni 2020 op de dijk tussen Enkhuizen en Lelystad, waarbij hij een hersenschudding, een klaplong en gebroken ribben opliep, blijkt een keerpunt. Tegen website Wielerflits zei hij woensdag dat hij vanaf toen met ‘een zekere angst’ fietst. ‘Mijn killersinstinct is sinds die val afgemat.’

In de studio na zijn zege in de Ronde van 2018 volgde nog een songtekst, dit keer van rapper Dio, uit Tijdmachine. ‘Als ik denk aan al die dagen,

dat ik mij zo heb misdragen, dan denk ik, had ik maar een tijdmachine, tijdmachine. Maar die heb ik niet, dus zal ik mij gedragen. En zal ik blijven sparen, sparen voor een tijdmachine.’ Achteraf kun je zeggen dat het terugblikken daar begon.

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden