VoetbalSC Heerenveen
Michel Vlap geeft Fries voetbal een gezicht
Heerenveen leunt op lokaal talent.
Vijftien ballen liggen er zondagmiddag na Heerenveen-Willem II (4-2) op het veld in het Abe Lenstra-stadion. Cadeautjes voor de fans. Dertien ervan schiet Michel Vlap de tribune in. De aanvallende middenvelder van Heerenveen is ook de eerste die begint aan de bedankronde en gaat als laatste van het veld.
Eerder, in de 67ste minuut, hitst hij de fanatieke Nieuw-Noordzijde op als Heerenveen het moeilijk heeft ondanks een rappe 3-0-voorsprong. Bij de drie Friese doelpunten heeft Vlap een hoofdrol, maar hij zakt, net als heel Heerenveen, na rust hard weg als kersvers bekerfinalist Willem II serieus gas geeft. Uiteindelijk volgt in blessuretijd de bevrijdende 4-2. Vlap, die voor de wedstrijd hartstochtelijk het Friese volkslied meezong, juicht het langst voor Nieuw-Noord, al heeft hij ditmaal geen aandeel in het doelpunt.
‘Vlappie’
Nee, Vlap is geen à la Dirk Kuijt bij zijn oude club teruggekeerde routinier. Hij is pas 21 jaar, dit is zijn eerste seizoen als volwaardig basisspeler bij de wisselvallige middenmoter. Maar Vlap is een Fries, hij stond zelf op de tribune. ‘Ik wil een zijn met de supporters, ik wil de mensen het gevoel geven dat we het samen doen’, zegt hij na afloop.
Hij wordt toegejuicht, langs de kant staat een man met een speciale Michel Vlap-sjaal, er zijn kartonnen borden met daarop ‘Hup Vlap’ en daarnaast de Friese vlag.
De man met de Michel Vlap-sjaal over waarom hij een Michel Vlap-sjaal draagt: ‘Vlappie is een goede speler, scoort makkelijk en is een Fries.’
En dat is zeldzaam, een veelscorende Fries in het eerste van Heerenveen. Terwijl er genoeg succesvolle Friese sporters zijn. Op de WK allround schaatsen waren liefst drie van de zes Nederlandse deelnemers Fries. Ook de Friezen Sjinkie Knegt (shorttrack), Marit Bouwmeester (zeilen) en Epke Zonderland (turnen) zijn toonaangevend in hun sport. Maar in het profvoetbal is de oogst schraal. Slechts tien geboren Friezen haalden het Nederlands elftal. Op Abe Lenstra na speelden ze een marginale rol.
Gebrekkige weerstand
De Leeuwarder Courant vroeg in 2016, toen het 350 duizend inwoners tellende IJsland zich plaatste voor het EK, rond waarom er onder de 650 duizend Friezen zo weinig goede voetballers zijn. Geluiden die opstegen: ‘voetbal is slecht georganiseerd’, ‘een zieke wereld met te veel zaakwaarnemers’, ‘Friezen zijn te bescheiden, te groot, te lomp’, ‘de afstanden naar clubs zijn te groot’.
De Drentse oud-spits van Heerenveen, Ajax en PSV Gerald Sibon, jarenlang werkzaam in de jeugdafdeling, wijst op de gebrekkige weerstand. Sibon, nu trainer van amateurclub VV Heerenveen: ‘Er zijn niet heel veel amateurclubs en die hebben maar een of twee elftallen per leeftijdscategorie door de lage bevolkingsdichtheid. Er zijn andere sporten populair: schaatsen, zeilen, kaatsen. Je wordt ook snel de hand boven het hoofd gehouden bij tegenslag. In het westen is het van: zoek het uit.’
Weilanden zat
Er voetballen genoeg jongetjes in Friesland, meent Vlap. ‘Weilanden zat en er zijn goede amateurclubs. Maar veel spelers blijven liever daar spelen dan dat ze een onzeker profavontuur aangaan.’
Zelf deed hij dat wel. Als 5-jarige werd hij al van woonplaats Sneek naar sc Heerenveen gereden, hoewel hij daar pas vanaf 12 jaar serieus kon trainen. Groeistuipen plaagden hem lange tijd, maar inmiddels is hij de blikvanger van de hoofdmacht. Zondag scoort hij snel met een soepele voetbeweging en krijgt hij een strafschop mee, die benut wordt door spits Sam Lammers. Lammers maakt daarna op aangeven van Vlap 3-0. Sibon, die Vlap trainde: ‘Hij heeft een wat moeilijke motoriek, maar snelle voetjes, overzicht, kan snel draaien en is snel. Hij moet meer body krijgen, bij balverlies heb je nog te weinig aan hem.’
Vlap kan hoger reiken dan Heerenveen, verwacht Sibon. ‘Michel weet waar hij naartoe wil’, zegt ook vader Jan Vlap, erkend amateurvoetbaltrainer. ‘Maar de club gaat hem echt oprecht aan het hart, die binding is gigantisch. Dat zie je zelfs bij amateurclubs niet veel meer.’
‘Die tijd wil ik terug’
De succesvolle jeugdopleiding (Ajacieden Sinkgraven en Ziyech en Feyenoorder St. Juste komen er onder meer vandaan) leverde deze eeuw maar acht Friezen af bij het eerste, waarvan alleen Vlap echt opvalt. Slechts zes spelen er thans in de eredivisie, de in Boston geboren, maar in Leeuwarden opgegroeide Heerenveen-verdediger Kik Pierie niet meegerekend.
Michel Vlap: ‘Ik groeide op toen Heerenveen standaard Europees voetbal haalde en er een wachtlijst was voor seizoenkaarten. Die tijd wil ik terug. Daar zal ik alles aan doen.’
Maar hij wil ook het beste uit zichzelf halen. ‘Waar dat zal zijn, daar houd ik me nu niet mee bezig. Ik denk alleen aan deze club.’ Grote lach: ‘Da’s niet zo moeilijk, want dat heb ik altijd gedaan.’
Inmiddels wordt hij doorlopend herkend, ook buiten Friesland. Het is zijn vrolijke, open gezicht, maar het komt ook door zijn opvallende achternaam, weet hij. ‘Hé Vlappie’, roepen ze. Of: ‘Gefelicivlapstaart met je doelpunt.’
De familie is trots op de naam. Zijn moeder is als @Vlapje op Twitter te vinden. Haar zoon: ‘Je kan ook De Jong heten. Zo heten er honderd in het voetbal. Vlap vergeet je niet snel.’
Een liedje voor Friesche Vlap klonk er gek genoeg nog niet in het Abe Lenstra-stadion. Vlap lachend met de handen quasi-serieus geheven: ‘Daar doe je dan zó je best voor, hè.’