‘Mensen vinden me naar of vertrouwen me zelfs niet meer’
Machtigste man in Nederlandse handbal blijft pleiten voor talententeam in eredivisie...
Na een minuut of tien staakt de machtigste man in het Nederlandse handbal zijn pogingen zijn woorden te wegen en ze soms zelfs in te slikken. ‘Ik zal met dit verhaal toch wel weer veel gedonder krijgen bij de clubs’, voorspelt Sjors Röttger in de foyer van een hotel in Rotterdam, de stad waar donderdag het Holland Toernooi werd geopend.
Voorzichtig had de bondscoach van de handbalsters, de interim-bondscoach van de mannenploeg en de technisch coördinator van het handbalverbond (NHV) zijn impressie gegeven van de ‘heidag’ van een maand geleden. Daar kwamen vertegenwoordigers van de eredivisieclubs en het NHV samen om de treurige staat van de gooi- en vangsport in Nederland te bespreken.
Röttger schijnt er zijn mening luid en duidelijk te hebben verkondigd. Maar wat hij heeft gezegd, blijft intern. De clubs lezen het wel terug in het verslag van de bijeenkomst, als dat komende week op hun deurmat valt. Populair is de voorvechter van de ontwikkeling van het Nederlandse handbal bij een aantal grote clubs allang niet meer, weet hij.
‘Er zijn mensen die me naar vinden of me zelfs niet meer vertrouwen, zoals de voorzitter van een eredivisievereniging. En dan zijn er ook die me als beroepsmilitair ondemocratisch vinden. Terwijl ik juist een sociale leider ben.’
Een krantenartikel over het plan een meisjesteam van de handbalacademie in de eredivisie onder te brengen, zette kwaad bloed bij de clubs in de hoogste klasse. De publicatie was volgens Röttger onwaar, maar de verstoorde verhoudingen zijn nauwelijks te repareren.
Als hij bij een club op bezoek gaat, wordt hij vaak gezien als een indringer die het altijd beter moet weten. Wanneer hij weer eens zegt dat de eredivisieverenigingen het aantal trainingsuren moeten opschroeven, is hij een bemoeial die niet weet hoe weinig clubs te besteden hebben. ‘Terwijl ik twintig jaar als clubtrainer heb gewerkt.’
Hij blijft het in competitie brengen van een talententeam als een oplossing zien om de achterstand op de ‘toplanden met een topsportcultuur’ in te lopen. ‘We moeten schokkende dingen durven doen.’
Maar de clubs vrezen grote nederlagen en competitievervalsing door de komst van de ploeg. Ze hebben bedenktijd gevraagd. Die krijgen ze van Röttger en de bond. ‘Ik ga niets forceren. Al duurt de democratische weg het langst.’
Twee maanden geeft hij ze de tijd. Blijft een oplossing uit, dan zal hij ‘zijn bazen’ voorhouden: ‘Je hebt me de verantwoordelijkheid gegeven EK’s en WK’s te spelen, geef me dan ook de bevoegdheden. Ik weet hoe het zou moeten. Maar ik kan het niet zonder de clubs.’
Haast is geboden om de sport niet verder te laten afglijden. De mannen kwalificeerden zich nooit voor een titeltoernooi en ook de vrouwen verprutsten in juni de kans het WK te halen. Röttger werkt voor een bond waarvan het eigen vermogen (700 duizend euro) is uitgehold door ondoordachte investeringen en afkoopsommen van oud-medewerkers.
De Nederlandse clubs zijn elk seizoen weer het lachertje van Europa, als ze zich al inschrijven voor de Champions League of EHF-beker. Het is Röttger een doorn in het oog. ‘Zij zullen als doel moeten hebben om eens niet in de eerste ronde te worden uitgeschakeld.’
Doe het maar, daagt hij de 58 duizend NHV-leden uit. ‘Het zou pure democratie zijn als ze allemaal zouden zeggen: weg met je handbalacademie.’ Maar zolang hij niets hoort, gaat hij door. Niet om zijn gram te halen. ‘Het gaat mij om de speelsters.’
Daarom irriteren de reacties van enkele clubs hem zo. ‘Want wie zijn wij om zo’n meisje tegen te houden als zij een tophandbalster wil worden? Wie zijn wij om iemand te stoppen die helemaal alleen op een kamertje gaat zitten om haar doel te halen?’
Drie speelsters van de academie op Papendal (van 17 en 18 jaar oud) debuteren op het Holland Toernooi, waar Nederland gisteren IJsland versloeg in de openingswedstrijd. Ze zijn de exponenten van de nieuwe generatie speelsters, die de leemte van de vertrokken routiniers moet opvullen.
Niet eerder dan over drie jaar moet het team weer meedoen aan titeltoernooien. Röttger zal, voor het zover is, proberen de toekomst dichterbij te brengen. Ongetwijfeld niet zonder slag of stoot.