Kasparov dicht bij ideale bond
Steeds kleiner worden de schaakbonden die Gari Kasparov helpt oprichten. In 1987 was hij in het gezelschap van vele collega's bij de geboorte van de GMA, de democratisch bestuurde belangenvereniging van de grootmeesters die na een korte bloeiperiode vooral door koppige tegenwerking van Kasparov een stille dood stierf....
In 1992 volgde de Chess Union International, een wat onduidelijke, vooral op de Russische schakers georiënteerde club die volgens Kasparov geen geld zou verspillen aan bureacratie en ervoor zou zorgen dat ook de spelers van de tweede garnituur behoorlijk in hun onderhoud zouden kunnen voorzien.
De CUI organiseerde een open toernooi in Helsinki maar liet sindsdien niets meer van zich horen. Met de Russen uit de subtop gaat het slechter dan ooit. In het laatste nummer van het tijdschrift Schachwoche staat een noodkreet van Evgeni Svesjnikov. Volgens hem hebben al vier Russische grootmeesters vanwege hun uitzichtloze financiële situatie zelfmoord gepleegd.
In 1993 brak Kasparov met de wereldschaakbond FIDE en richtte hij de PCA op. Even ging het goed. Met mededirecteur Nigel Short speelde hij in Londen om de wereldtitel en in de periode 1993-1995 volgde een WK-cyclus die door Anand werd gewonnen. Na de match Kasparov - Anand in 1995 is het stil geworden rond de PCA. Het enige levensteken is de eigen wereldranglijst die eens per twee maanden verschijnt en waarop Karpov steeds opvallend laag staat.
Vorig weekend volgde de WCC, de World Chess Council met als enige leden Kasparov en Luis Rentero de baas van het toernooi in Linares. Nog één stap is Kasparov verwijderd van de ideale bond die slechts een lid zal tellen. Het zal ongetwijfeld eens zo ver komen.
De WCC pakte uit door twee matches aan te kondigen. Een 'kandidatentweekamp' in mei tussen Kramnik en Anand in Cazorla en in oktober een 'WK-match' in Linares en Sevilla tussen Kasparov en de winnaar van Kramnik - Anand. Kasparov tilde er niet zwaar aan dat de anderen het nakijken hebben: 'Het heeft geen zin tijd te verspillen aan een lange cyclus aangezien het voor iedereen duidelijk is dat Kramnik en Anand superieur zijn aan hun rivalen'.
Kasparovs aankondiging klinkt zelfverzekerd, alsof hij al een akkoord heeft bereikt met Kramnik en Anand. Toch zitten er nog vele haken en ogen aan zijn plannen. Kramnik is een vrij man maar Anand staat voor een moeilijke afweging. Voor het begin van het recente FIDE-WK in Groningen tekende hij een verklaring waarin hij beloofde niet mee te zullen doen aan door andere bonden uitgeschreven wereldkampioenschappen.
Misschien hebben Kasparov en Rentero gelijk met hun bewering dat die verklaring alleen rechtsgeldigheid heeft in Kalmukkië maar er zijn andere sancties denkbaar die Anand wellicht meer vreest. De FIDE zou hem van de ratinglijst kunnen schrappen zoals de bond dat ook deed met Kasparov en Short toen die de PCA oprichtten.
Voorlopig lijkt Anand niet gebukt te gaan onder het dilemma waarvoor hij staat. Hij draait mee in de kopgroep in Linares na overwinningen in de eerste twee ronden. Pas in de derde ronde wachtte hem de eerste tegenslag:
Kasparov - Anand
Linares 1998
1. e2-e4 c7-c6 2. d2-d4 d7-d5 3. Pb1-d2 d5xe4 4. Pd2xe4 Pb8-d7 5. Pe4-g5 Pg8-f6 6. Lf1-d3 e7-e6 7. Pg1-f3 Lf8-d6 8. Dd1-e2 h7-h6 9. Pg5-e4 Pf6xe4 10. De2xe4 Dd8-c7 11. De4-g4 Th8-g8
Een nieuw idee. Tot nu toe gingen de zwartspelers steeds verder met 11 . . . g5 of (verstandiger) 11 . . . Kf8.
12. Pf3-d2
Aan het vreemd uitziende 12. Lxh6 zal Kasparov weinig aandacht hebben besteed. Ongetwijfeld heeft zwart na 12 . . . e5 goede compensatie voor de pion.
12 . . . Pd7-f6 13. Dg4-f3 e6-e5 14. d4xe5 Ld6xe5 15. Pd2-c4 Lc8-e6!
Daarmee heeft zwart nagenoeg gelijk spel bereikt. Na 16. Pxe5 Dxe5+ 17. De2 (17. Le3 Ld5 of zelfs 17 . . . Dxb2) 17 . . . Dd5 18.
0-0 0-0-0 compenseert zijn voorsprong in ontwikkeling het witte loperpaar.
16. Lc1-d2 0-0-0
Volgens de Spanjaard Garcia in El Pais is ook 16 . . . Lxb2 het overwegen waard. Het lijkt mij gevaarlijk voor zwart na 17. Pxb2 De5+ 18. De2 Dxb2 19. 0-0 0-0-0 20. Tab1.
17. 0-0-0 Pf6-d7 18. Th1-e1
Zie diagram 2
18 . . . Tg8-e8?
Verdient volgens beide spelers een vraagteken. Met 18 . . . Lf6! 19. Lf4 Lg5 20. Lxg5 hxg5 21. De3 b5 kon zwart de laatste problemen oplossen.
19. Kc1-b1 g7-g5
Voor 19 . . . Lf6 20. Lf4 was het inmiddels te laat. 20. h2-h4! Le5-f4 21. Ld2xf4 g5xf4 22. Ld3-f5!
Met deze mooie zet legt wit zijn voordeel vast. Op 22 . . . Lxf5 volgt 23. Txe8 Txe8 24. Pd6+ Kd8 25. Pxf5 en na 22 . . . Ld5 speelt wit 23. Txe8! Txe8 24. Dg4. In beide gevallen heeft hij groot voordeel.
22 . . . Pd7-f8 23. Df3-h5 Kc8-b8 24. Lf5xe6 Pf8xe6 25. a2-a4 Dc7-e7 26. Dh5-e5+ De7-c7 27. De5-h5 Dc7-e7 28. b2-b3 De7-f6 29. Pc4-e5 Te8-e7 30. Pe5-g4 Td8xd1+ 31. Te1xd1 Df6-g7 32. f2-f3
Wit heeft de tijd. Hij beheerst de open d-lijn en alle zwarte pionnen zijn zwak.
32 . . . Te7-e8 33. Dh5-f5 Kb8-a8 34. h4-h5 Te8-f8 35. Td1-d7 . . .
Zie diagram 1
In deze hopeloze stelling overschreed Anand de bedenktijd.
Aan een ander bord werd in de derde ronde een interessante maar mogelijk niet helemaal correcte partij gespeeld:
Sjirov - Topalov
Linares 1998
1. e2-e4 c7-c5 2. Pg1-f3 e7-e6 3. d2-d4 c5xd4 4. Pf3xd4 a7-a6 5. Lf1-d3 Dd8-b6 6. Pd4-b3 Db6-c7 7. Dd1-e2 Pg8-f6 8. Pb1-c3 d7-d6 9. f2-f4 Lf8-e7 10. e4-e5 d6xe5 11. f4xe5 Pf6-d7 12. Lc1-f4 Pb8-c6 13. 0-0 Pd7xe5
Gedwongen. Na andere zetten volgt 14. Tae1 met overweldigende druk.
14. Ta1-e1 Dc7-b6+ 15. Kg1-h1 Pe5xd3 16. De2xd3 0-0 17. Dd3-g3
Wit heeft meer dan voldoende compensatie voor de pion. Er dreigt zowel 18. Lh6 als 18. Lc7.
17 . . . Kg8-h8 18. Lf4-c7 Db6-a7 19. Pc3-a4 f7-f6 20. Lc7-b6 Da7-b8 21. Lb6-c7 Db8-a7 22. Pa4-b6 e6-e5 23. Pb6xa8 Da7xa8
Wit heeft een kwaliteit gewonnen maar hij moet alert blijven. Als hij verslapt, kan zwarts loperpaar een macht van betekenis worden.
24. Te1-d1 Tf8-e8 25. Lc7-d6 Le7-d8 26. Pb3-c5 b7-b6 27. Pc5-e4 Pc6-d4
Zie diagram 3
28. Ld6xe5
Een ingewikkelde combinatie die goed uitpakt maar niet overtuigend is. De eerste pointe is eenvoudig, na 28 . . . fxe5 komt 29. Pd6 met winst.
28 . . . Pd4-f5! 29. Dg3-g4 Pf5-e3
Het verstandigst was 29 . . . fxe5 30. Txf5 Le7 31. Df3 Lxf5 32. Dxf5 Td8 met slechts gering voordeel voor wit.
30. Dg4-h5 Te8-g8?
Dit verliest. Met 30 . . . Dc6 31. Td6 Lg4! kon zwart nog felle tegenstand bieden.
31. Dh5-f3! Pe3xd1 32. Pe4-d6!
Met beslissende materiaalwinst dankzij de matdreiging op f7.
32 . . . Da8-a7 33. Pd6xc8 Da7-d7 34. Pc8-d6 . . .
Zwart geeft op.