In tweestrijd van de Rohofs verliest de ‘rijke’ tak
Elke week is het hetzelfde liedje bij Pinoké. De ploeg hockeyt aardig, bij vlagen goed, en zeker beter dan vorig seizoen....
Tot zondagmiddag, toen het onwaarschijnlijke gebeurde. Pinoké won van de grote, vermogende buurman Amsterdam. ‘Iedereen ging ervan uit dat we zouden verliezen’, bekent Stijn Rohof na de wedstrijd. Voor de Pinoké-spits was het een speciale overwinning. Nooit won hij van zijn jongere broer Teun.
Met psychologische oorlogsvoering hadden de twee elkaar in de aanloop naar het duel bestookt. ‘Vroeger jatten we elkaars stick. Dan zat er voor de wedstrijd een golfclub of een paraplu in je sticktas’, herinnert Teun (21) zich.
Ditmaal vertelde hij zijn broer dat cruciale spelers waren uitgeschakeld, terwijl die zondag gewoon meededen. Stijn (26) had hem op zijn beurt wijsgemaakt dat het nieuwe waterkunstgras in gebruik werd genomen, terwijl hij wist dat ze op het oude veld zouden spelen. ‘We proberen elkaar gek te maken’, aldus Stijn.
De wedstrijd leefde extra bij de Rohofs, maar ook voor de andere hockeyers die de vierkante kilometer in het Amsterdamse Bos delen, is het alsof ze tegen hun familie spelen. De echte Amsterdammers kennen elkaar nog uit de jeugd en iedereen komt elkaar tegen in het uitgaansleven. ‘Maar als we tegen elkaar spelen, zijn we zeventig minuten geen vrienden’, zegt Pinoké-aanvoerder Jeroen Koops.
Voor de derby stond Amsterdam tweede in de hoofdklasse en Pinoké een-na-laatste. In een poging partij te bieden, had de ploeg van Offerman de training gericht op de zwakke plekken van de buurman. Zijn solide verdediging wist op adequate wijze de gevaarlijkste sterren uit te schakelen. Het matige Amsterdam kwam niet tot trefzekere aanvallen en liet ook de strafcorners onbenut.
Ditmaal viel het dubbeltje voor Pinoké de juiste kant op. Vijf minuten voor het einde maakte Mathijs van Weerd het enige doelpunt van de wedstrijd. De thuisploeg en haar aanhang waren door het dolle heen. De punten zijn broodnodig bij ‘de andere club’ uit Amsterdam en er is niets mooier dan winnen van de belangrijke buur.
‘Het leek wel een beetje of ze ons de overwinning gunden. Wat zijn het toch een aardige jongens’, zegt Stijn Rohof met een brede grijns. ‘Ik gun ze elke week punten, behalve tegen ons’, aldus Teun.
De jongste van de vier Rohofs is de enige van de familie van import-Amsterdammers die niet voor de gezelligheid van Pinoké koos, maar voor de klasse van Amsterdam. Teun versloeg hem de afgelopen seizoenen in dienst van Oranje Zwart, maar verhuisde deze zomer naar Amsterdam.
Door een gebroken linker sleutelbeen is Teun dit seizoen nog nauwelijks aan spelen toegekomen en is hij ook niet geselecteerd voor het Nederlands elftal dat dinsdag een oefeninterland tegen Engeland speelt. Hij is de beste hockeyer van de vier, maar zijn familie grapt dat hij alleen voor het geld bij Amsterdam speelt.
Voor Pinoké geldt de triomf als een overwinning op het kapitaal. ‘Het geld wint deze keer niet’, klonk het na de wedstrijd. De tweede club van Amsterdam heeft moeite talent te halen en te houden. Een gentemen’s agreement in het Amsterdamse Bos weerhoudt clubs ervan elkaars spelers weg te kapen.
Hockeyers van Pinoké die de absolute top willen halen, stappen echter toch over naar Amsterdam. ‘Maar het is niet zo dat wij de afvalemmer zijn’, zegt Koops. In het hedendaagse hockey is het echter moeilijk spelers lokken zonder de portemonnee te trekken.
Met de aanwas zit het voorlopig wel goed. Pinoké heeft veel spelers ingelijfd die het bij andere clubs moeilijk hadden. ‘Hartstikke goede jongens die voor buitenlanders opzij worden gezet en geen zin hebben op de bank te zitten’, volgens coach Offerman.
De winst heeft Pinoké echter niet van de voorlaatste plaats af geholpen en degradatie blijft dreigen. Mocht de club afdalen naar de overgangsklasse, zoals Hurley in 2004 overkwam, dan wordt de concurrentieslag om goede spelers in de hoofdstad definitief verloren. ‘Maar het seizoen is nog lang’, zegt Koops, die na de winst op Amsterdam weer volop vertrouwt in handhaving.