Hoe Switzer in 1967 de weg vrij maakte voor vrouwelijke marathonlopers
De populariteit van hardlopen bij vrouwen was 50 jaar geleden ondenkbaar. Kathrine Switzer deed illegaal mee aan de marathon van Boston en veroorzaakte een rel. Maandag rent ze weer mee, als 70-jarige. 'In Amerika lopen tegenwoordig meer vrouwen dan mannen.'
'Get the hell out of my race and give me those numbers!' Het zijn in de geschiedenis van de vrouwenatletiek historische woorden, maar op het moment dat ze uitgeschreeuwd werden was de jonge vrouw tegen wie ze waren gericht alleen maar verbaasd.
Ze had net 2 mijl afgelegd op de beroemde marathon van Boston, vertelt Kathrine Switzer (70) vijftig jaar later. De Amerikaanse begon net in haar ritme te komen, toen er plotseling een man op haar afsprong die haar uit de wedstrijd probeerde te duwen. 'Ik dacht eerst dat het een of andere idioot uit het publiek was, maar toen begreep ik dat het de racedirecteur was, Jock Semple, die een poging deed het startnummer van mijn shirt te rukken.'
De mannen die met haar opliepen, wisten de woedende man weg te duwen. 'Big' Tom, het meedravende vriendje van Switzer, een 115 kilo zware kogelslingeraar, vloekte en sloeg de man de berm in. 'We liepen door, maar ik was erg geschokt door het incident. Wat als de man gewond was? Ik was bang verderop door de politie gearresteerd te worden.'
Haar aanvaller was niet gewond. Even later kwam de bus met journalisten weer voorbij. Jock Semple stond opnieuw in de deuropening te briesen: 'You all are in biiiiiiggg trouble!' De atlete: 'De rennende mannen om me heen gaven hem de middelvinger. Toen reed de bus weg, naar de kopgroep met eliteatleten.'
1967
Het was 19 april 1967, de dag dat voor de 71ste keer de marathon van Boston, de oudste stadsmarathon van de wereld, werd gelopen. Het was de dag die het leven van de destijds 20-jarige Kathrine Switzer voorgoed zou veranderen, vertelt ze vanuit haar huis in de Hudson Valley in New York: 'Maar dat wist ik die ochtend nog niet, toen ik rillend van de kou en van de spanning - mijn eerste marathon! - aan de start in Hopkinton stond.'
Het motregende, er viel natte sneeuw, het was eigenlijk een hele onaangename dag, die 19de april van het jaar 1967.
Kathrine Switzer, een jonge vrouw met Duitse wortels, was altijd al sportief geweest. Ze deed aan hockey en basketbal aan de universiteit van Syracuse, maar bij het veldlopen vond ze haar echte liefde. Ze was goed, maar de wereld was er nog niet klaar voor. Op straat werd ze nagestaard als ze haar rondjes liep. Haar ouders werden door postbode en melkboer gevraagd of het wel goed met haar ging.
Talent
Er kwam vervelende post: 'God will strike you dead.' En of ze wel wist wat al dat lopen met haar baarmoeder zou doen? Dat ze lesbisch was, stond buiten kijf. Ze vertelt het nu, vijftig jaar later, met het nodige plezier. 'Het waren de jaren van grote veranderingen in de maatschappij, van de grote protesten, van de betere popmuziek, maar dat vrouwen op langere afstanden draafden, dat was ongehoord.'
Arnie Briggs, een coach aan de universiteit, herkende haar hardlooptalent. Hij nam haar mee op lange duurlopen, tot zelfs voorbij de marathonafstand. De magische 42 kilometer, die destijds nog geheel het domein van de mannen was. Op de Olympische Spelen was de 800 meter sinds 1960 de langste afstand waarop het 'zwakke geslacht' mocht lopen. Er hadden weleens vrouwen stiekem op een marathon meegelopen, opduikend na de start uit de bosjes, maar nog nooit had een vrouw zich officieel ingeschreven.
Kathrine Switzer deed dat in 1967 in Boston wel, onder het neutrale K.V. Switzer. 'Niet om de boel te flessen, maar zo ondertekende ik mijn artikelen in de universiteitskrant ook.' Ze kreeg het startnummer 261 uitgereikt.
Haar vriend Tom en coach Arnie zouden met haar meerennen. Jock Semple, de bovenmeester van de marathon, kreeg haar in de gaten toen de wedstrijd al 3 kilometer onderweg was. Semple werd er door journalisten in de persbus op attent gemaakt, ze staken de draak met zijn Schotse accent: 'Therrr'zzzzz a woman in yourrrr rrrrrrace.'
Toen Semple opgefokt uitstapte om Kathrine uit de wedstrijd te sleuren, werd hij aangemoedigd door diezelfde persmeute: Go for it Jock! De motordrives van de camera's ratelden toen hij Kathrine aanviel, hier werd geschiedenis geschreven.
Conservatief
Switzer, anno 2017: 'Die sportjournalisten waren conservatief, zagen niets in meisjessport. Dat bleek ook in de verslagen achteraf.' Ze ging door. 'Ik was geschokt door het voorval, maar ik heb de marathon uitgelopen.'
Onderweg stond niet veel volk, het was koud en nat. Af en toen werd ze aangemoedigd, soms door een vrouw in het publiek. 'C'mon, honey, do it for all of us! '
Bij de finish stond geen pers meer. De journalisten hadden winnaar Dave McKenzie al gesproken. Dat meisje zou de finish toch wel niet halen, oordeelden ze. Mooi wel, Kathrine eindigde met bloed in de sokken in 4 uur en pakweg twintig minuten - en dat was dat.
Dacht ze.
Op de weg terug, in de auto met haar vrienden, maakte ze een stop in een wegrestaurant. 'Er zat een man aan de bar de krant te lezen, een vroege editie. Op de voorpagina stonden de foto's waarop Semple mij uit de wedstrijd probeerde te duwen. Mijn God, zei ik, en ik rukte de krant letterlijk uit zijn handen.'
Terugkijkend zegt Switzer: 'Die iconische foto's veranderden mijn leven.' Hoewel ze vanwege haar illegale deelname aan de marathon van Boston door de Amerikaanse atletiekbond werd geschorst, bleef ze lopen. Ook organiseerde ze de eerste korte wegwedstrijden voor vrouwen, ondertussen ijverend voor officiële deelname van vrouwen aan de klassieke 42 kilometer. Die kwam er, al duurde het nog even voordat de traditionele, door mannen beheerste atletiekwereld om was. Zo waren in Boston vrouwen pas in 1972 officieel welkom.
Later in de jaren zeventig won Switzer een van de vroege edities van de marathon van New York. Ze draafde onder de destijds voor vrouwen magische drie uur, maar een echt groot atlete werd ze nooit. Dat waren in die pioniersjaren toch vooral vrouwen als Grete Waitz, Carla Beurskens, Ingrid Kristiansen, Joan Benoit en Rosa Mota. 'Ik was een subtopper.'
261 Fearless
Switzer drong bij het IOC aan voor de olympische status van de vrouwenmarathon, die er in 1984 kwam, zeventien jaar na haar historische run in Massachusetts. Switzer zat achter de microfoon voor televisiezender ABC en zag landgenote Joan Benoit in het Coliseum van Los Angeles de eerste olympische titel winnen. 'Dat was een historische dag.'
Ze is 70 jaar en loopt nog steeds. Haar organisatie 261 Fearless zet zich in voor hardlopende vrouwen overal ter wereld. 'In de VS lopen inmiddels meer vrouwen dan mannen marathons, ik hoorde dat in Nederland dat moment er ook snel aankomt, maar in grote delen van de wereld bestaan er nog steeds veel vooroordelen over running women.'
Natuurlijk start ze, exact vijftig jaar na haar historische race, maandag op de 121ste editie van de fameuze Boston Marathon. Onder haar volledige naam, als eregast. Tegen de vijf uur denkt ze ditmaal nodig te hebben. Ze zal onderweg vaak herkend worden, vreest ze, en zal dan iets moeten zeggen in deze of gene camera.
Haar antagonist, de man die haar vijftig jaar terug uit 'zijn' race probeerde te werken, hoeft dat hele circus niet meer mee te maken. Jock Semple, the gritty old Scot, overleed in 1988.
Raadsel van de eerste Nederlandse
Het vergt enig zoekwerk, maar dan blijkt dat de eerste marathon in Nederland waaraan vrouwen meededen in mei 1968 in Baarn moet zijn gehouden. Het was, aldus een verslag van het blad Atletiekwereld uit juni van dat jaar, een veteranenwedstrijd, waar twee 'lieftallige atletes opdoken'. Het ging om de 19-jarige Monika Boers en een naamloze '31-jarige schone uit Wuppertal'.
Een illegale deelname, ook de atletiekbond wilde destijds geen vrouwen op de lange afstand. In de officiële uitslag komen de atletes niet voor, maar Boers eindigde volgens Atletiekwereld als 80ste in het veld van 175 mannen. Haar tijd: 3.40uur.
Daarover was ze teleurgesteld, noteerde de verslaggever. Met reden, want uit de gegevens van de Association of Road Racing Statisticians blijkt dat ze op 19 september 1967, slechts een paar maanden na de historische race van Kathrine Switzer in Boston, in het Duitse Waldniel al eens 3.19.36 had gelopen.
Die knappe prestatie voor een 19-jarige staat op de statistische ranglijst van de ARRS als eerste Nederlandse vrouwenrecord op de marathon geboekstaafd. Maar oud-journalist Wim van Hemert, die de Nederlandse statistieken voor de ARRS bijhoudt, zegt nog nooit van haar gehoord te hebben.
Ook Chris Konings, lid van de Stichting Atletiekerfgoed, kent haar niet. Na enig graafwerk komt hij met de editie van Atletiekwereld uit juni 1968 aanzetten. 'Ze staat erin. Maar de naam zegt me niets.'
Datzelfde geldt voor Marja Wokke en Carla Beurskens. Beiden begonnen halverwege de jaren zeventig serieus met wegwedstrijden. Beurskens, de succesvolste marathonloopster van Nederland: 'Een mysterie voor mij, die naam.'
Wokke zegt wel eens in het Duitse Waldniel te hebben gelopen, in de stad waar Monika Boers in 1967 haar nationale record vestigde. 'Ik liep daar zo'n tien jaar later. Het ligt net over de grens met Limburg. Daar was destijds een jaarlijkse vrouwenmarathon.'
Waldniel
In Waldniel, gemeente Schwalmtal, is atletiekvereniging OSC Waldniel gevestigd, in 1953 opgericht door de Duitse coach en wetenschapper Ernst van Aaken. Een eigengereid man met revolutionaire ideeën, die al vroeg van mening was dat vrouwen uitstekend voor de lange afstand geschapen waren en dat ze ooit zelfs sneller dan mannen zouden lopen.
Toen Wokke haar marathon in Waldniel liep, prikte Van Aken om de tien kilometer bloed bij haar. 'Tijdens de wedstrijd! Achteraf kun je zeggen dat het vrij luguber was.'
Diezelfde Van Aaken had tien jaar eerder in september 1967 in Waldniel dus al twee vrouwen, Anni Pede en Monika Boers, 'stiekem' tijdens een mannenmarathon laten starten, een heuse Europese primeur. Beide vrouwen eindigden onder de 3.20.
Bij OSC Waldniel vertelt Maria Strickling, zelf tussen 1955 en 1970 actief op de middellange afstanden, dat ze Monika Boers heeft zien lopen. Ze weet niet beter of de eerste Nederlandse marathonloopster was Duitse. 'Alhoewel je hier veel grensoverschrijdend verkeer hebt. Roermond is dichtbij.' Frau Strickling vertelt dat Boers jong gestorven is. 'Het is een treurig verhaal. Ze benam zichzelf het leven na problemen in haar huwelijk.'
Coach Ernst van Aaken, die in 1972 beide benen verloor bij een bizar verkeersongeluk tijdens een training op de weg, bleef net als Kathrine Switzer ijveren voor deelname van marathonvrouwen op de Olympische Spelen. Dat moment kwam, maar hij mocht het zelf niet meer meemaken. Der Laufdoktor stierf in april 1984, kort voor de eerste olympische vrouwenmarathon.
Maria Strickling: 'We houden hier nog jaarlijks te zijner ere de Dr. Ernst van Aaken Gedächtnislauf.'
Vrouwen in de olympische sport
1896 Eerste moderne Olympische Spelen, zonder vrouwen. Initiatiefnemer baron Pierre de Coubertin zag hun deelname als 'onpraktisch, oninteressant, onesthetisch en onjuist'.
1900 Golf en tennis toegevoegd. Er doen 22 vrouwen mee.
1912 Zwemmen nu ook voor vrouwen.
1920 De Amsterdamse zwemster Rie Beisenherz is de eerste Nederlandse vrouw op de Spelen.
1928 Vrouwen doen in Amsterdam voor het eerst mee aan atletiek, op vijf onderdelen. Op de langste afstand, de 800 meter, stortten enkele vrouwen van vermoeidheid in. Afstanden langer dan 200 meter verdwijnen voor 32 jaar van het olympische programma.
1960 De 800 meter keert terug. In De Athletiekwereld verschenen onder de titel 'hoe het beste te trainen' verontrustende meningen, afkomstig uit medische kringen. Volgens deze inzenders was bij vrouwen de ratio hartgewicht/lichaamsgewicht ongunstig, hadden fysiologische processen als bloedsomloop, ademhaling, stofwisseling, herstellend vermogen en trainbaarheid bij vrouwen lagere functionele waarden, en was bij hen de maximale zuurstofopname geringer.
1964 400 meter en vijfkamp olympisch.
1972 1500 meter erbij.
1984 3.000 meter en marathon toegevoegd.
1988 10.000 meter toegevoegd
1996 3.000 wordt 5.000 meter
2004 3.000 steeplechase toegevoegd. Er zijn sindsdien nog drie verschillen tussen het programma voor mannen en vrouwen. Vrouwen hebben geen 50 km snelwandelen. Ze lopen 100 meter horden, geen 110 meter. Ze doen de zevenkamp, geen tienkamp.
2016 Voor het eerst meer vrouwen dan mannen bij de Nederlandse olympiërs: 55 procent is vrouw. Bij Team USA was een vrouwenmeerderheid al in 2012 het geval. In totaal is het aantal vrouwen gestegen naar 45 procent.