Heel Engeland geobsedeerd door Henman
Het is weer begin juli, en dus is Engeland in de greep van Henmania. Henmania is een ernstige ziekte, waarvan de verschijnselen zijn dat een heel land - letterlijk iedereen - hoopt, bidt en smeekt dat Tim Henman eindelijk, eindelijk Wimbledon gaat winnen....
Wimbledon is nooit erg gul geweest voor Britse tennissers, ook dat gegeven draagt bij aan de nationale Henman-obsessie. Toen de jonge Tim in 1996 de kwartfinales bereikte, was het voor het eerst dat een Britse tennisser daarin slaagde sinds 1973, toen Roger Taylor hem voorging.
Voor een winnende Brit moet diep in de archieven worden gedoken: de laatste was Fred Perry, in 1936.
En dus doen de Engelse tabloids de weken voor en tijdens Wimbledon niets anders dan het verspreiden van het Henmania-virus. Dat de 24-jarige sportman onder die druk redelijk overeind blijft, mag als bewijs gelden voor zijn grote mentale stabiliteit. Want niet alleen draagt hij de eer van het Engelse tennis op zijn schouders - Rusedski wordt toch nog altijd beschouwd als een halve Canadees -, Henman wordt geacht te vechten voor de Britse sporteer in het algemeen.
Want wat stelt die sporteer nog voor? Cricketers vliegen er in de eerste ronde van het WK roemloos uit. Rugbyers krijgen op hun donder van Nieuw-Zeeland en Zuid-Afrika. Voetballers moeten nog maar zien dat ze zich kwalificeren voor het EK. Alleen Manchester United rules the waves. Niet voor niets kondigde de Britse regering onlangs een ruim tweehonderd miljoen kostend nationaal programma aan, dat Britse kinderen bij moet brengen hoe je dat doet in de topsport, winnen.
Dat moet Henman ze dit jaar voordoen, maar of dat lukt is de vraag. Want sinds hij in 1996 doorbrak op Wimbledon, en in de daaropvolgende jaren een fraaie reeks opbouwde (kwartfinale in 1997, halve finale het jaar daarop), steeds bleef in de media die twijfel: is Henman hard, gemeen en rücksichtslos genoeg om het belangrijkste toernooi ter wereld ooit te winnen? Is hij de killer, die desnoods Wimbledon wil kaalgrazen, als hij die beker maar omhoog mag houden?
'Alles wat Tim nodig heeft is een beetje dierlijke agressie', zei voormalig Wimbledon-winnaar Pat Cash aan de vooravond van Wimbledon 1999. 'Als hij echt vastbesloten is, als hij echt iedereen en alles haat gedurende die twee weken, dan wint hij.' Cash, zelf een zeer agressieve speler, had gemakkelijk praten. Hij komt uit Australië, waar winnen het enige is dat bestaat en gelijkstaat aan overleven.
Maar Tim Henman komt uit een keurige familie in Oxford, met een advocaat als vader. Hij ging naar een keurige kostschool. Was zelf ook advocaat geworden, als er niks tussen was gekomen. Speelde met veel plezier cricket, golf en hockey. Grootvader Henry Billington speelde al op Wimbledon - en bereikte drie keer de derde ronde - en zijn overgrootmoeder Ellen Stawell-Brown was de eerste vrouwlijke tennisster op Wimbledon die de bovenhandse service hanteerde.
En nu woont hij in Barnes, zuid-west Londen, in een prachtig huis. Samen met zijn upper-class vriendin Lucy, een televisieproducente, en niet zo ver van de mansion van Mick Jagger - wel een agressief beest, maar nou net weer geen tennisser.
Henman is een beetje de Erik Breukink van het tennis. Boordevol talent, goede komaf, intelligent en een sieraad voor de sport. Maar op de beslissende momenten net iets te lief voor de echte roofdieren. 'Hij moet gemener worden', adviseerde ervaringsdeskundige John McEnroe recentelijk, 'zich misschien tijdens Wimbledon niet meer scheren, eens een keer flink op de lijnrechter schelden.'
Henman reageerde beleefd op dat advies. 'Als McEnroe zoiets zegt, dan luister je natuurlijk. Wellicht heeft hij gelijk. Als het moment komt om een keer met een racket te smijten, dan zal ik dat overwegen.'
Niet dat Henman geen vechter is. Woensdag liet hij in een zinderende vijfsetter tegen Courier zien dat hij diep kan gaan, sloeg hij drie matchpoints weg, en won. Maar vandaag wacht Pete Sampras. En mocht Henman zijn vriend - met wie hij geregeld traint en gaat golfen - in een herhaling van de halve finale van vorig jaar deze keer tegen alle verwachtingen in wel kloppen, dan wacht of Rafter, of Agassi.
Gemene kerels. Denken alleen maar aan winnen. Haten elke tegenstander. Willen Henman vernietigen. Hebben helemaal geen last van Henmania. Maken valse opmerkingen. 'Hij is bijna een groot speler', zei Sampras. Mooie vriend.
Tim Henman, zo moet worden gevreesd, gaat Wimbledon weer niet winnen. Jammer, volgend jaar beter: Henmania, aflevering vijf.