Bij ieder 'supertalent' blijkt het weer Deense roulette
Aan een Deen kun je je geen buil vallen. Harde werkers, technisch vaardig en met oog voor het teambelang: zie Nicolai Jörgensen (Feyenoord) en Kasper Dolberg (Ajax). Maar niet alle Denen slagen. Een kleine historie.
Bondscoach Danny Blind: 'Hij lijkt op Laudrup en heeft het doelgerichte van Romario.' Analyticus Kenneth Perez: 'Hij kan bij de drie beste voetballers van de wereld gaan horen.' Ex-Ajax-coach Frank de Boer: 'Hij maakt Bergkampiaanse acties.'
Nee, deze citaten gaan niet over Kasper Dolberg, de Deense sensatie van Ajax die twee weken geleden veel indruk maakte met een hattrick tegen NEC. Noch over Feyenoordspits Nicolai Jørgensen, met elf goals de huidige topscorer van de eredivisie. Het ging over hun landgenoot Viktor Fischer, ongeveer vier jaar geleden.
Fischer was toen een tiener, net als Dolberg nu. De aanvaller droomde hardop van Manchester United en Real Madrid. Hoe het met hem gaat? Momenteel mag Fischer soms invallen bij Middlesbrough, een laagvlieger in de Engelse Premier League.
Is de opwinding over doorbrekende Deense voetballers in de eredivisie terecht? Fischer is zeker niet de eerste Deen wiens ontwikkeling achterbleef bij de verwachtingen. Van de 133 Denen die in Nederland voetballen of voetbalden, is grofweg tweederde zelfs helemaal geen meerwaarde gebleken. Van het aantal echte topspelers kun je precies een elftal maken.
Die toppers dateren vooral uit de laatste drie decennia van de vorige eeuw. Deze eeuw lukte het slechts oud-Ajacied en huidig Tottenhamspeler Christian Eriksen zich bij dat selecte gezelschap te voegen.
Iedereen aan de Deen
Toch wil iedereen een Deen. Veel eredivisieclubs hebben een vaste scout of tipgever in het slechts 5,6 miljoen inwoners tellende land. Alleen Belgen zijn door de jaren heen populairder in de eredivisie dan Denen.
'Denen zijn prima kerels', zegt Riemer van der Velde, oud-voorzitter en scout van Heerenveen, de Nederlandse club die de meeste voetballers rechtstreeks uit Denemarken rekruteerde. 'Ze passen zich makkelijk aan, spreken snel Nederlands, de culturele verschillen zijn gering. In Denemarken hebben clubs als Midtjylland, Lyngby en Nordsjælland prima opleidingen.'
Oud-prof Ronald de Boer speelde zelf met 'geweldige Denen' bij Ajax, hij werkte als jeugdtrainer met Deense talenten en zijn tweelingbroer Frank had als hoofdcoach van Ajax op zeker moment liefst zes Denen in zijn selectie. 'De aantrekkingskracht zit hem in de prettige ervaringen uit het verleden met Lerby, Arnesen, Laudrup en Eriksen', vertelt hij.
Pacifistische gezelligheidsdieren
'Met Denen heb je niet snel ruzie en ze zijn iets opener dan andere Scandinaviërs. Hun humor sluit aan bij de Amsterdamse. Met Arnesen en Lerby heb ik verschrikkelijk veel lol gehad. Fischer is een superleuke jongen. Maar het belangrijkste is dat je er geweldig mee kunt werken. Ze zijn vaak technisch vaardig en bereid in zichzelf en de ploeg te investeren. Het is niet zo dat mijn hart een sprongetje maakt als Ajax weer een Deen aantrekt, maar je bent meteen nieuwsgierig', zegt De Boer.
In Friesland zou die nieuwsgierigheid al in een zekere scepsis moeten zijn omgeslagen. Zeventien Denen kwamen naar Heerenveen, slechts drie (Jon Dahl Tomasson, Ole Tobiasen, Daniel Jensen) werden een meerwaarde en zijn voor goed geld verkocht.
Van der Velde verdedigt: 'Steeds meer clubs scouten in Scandinavië. Heerenveen heeft minder te bieden dan Ajax of Hamburger SV, laat staan Real Madrid. We moeten iets meer gokken op jongere spelers of van de tweede garnituur. Ik denk niet dat we er veel geld op verloren hebben. Integendeel. Er hebben er een paar pech gehad met blessures. Anderen, zoals Lasse Schöne en Kristian Bak-Nielsen, zijn elders opgebloeid. Dat heb je soms.'
Voor voetbaltijdschrift Hard Gras maakte schrijver Wiep Idzenga een roadtrip door Denemarken. Opvallend was op hoeveel verdriet en frustratie hij stuitte, ondanks het Nederlandse imago van 'het beloofde voetballand'. Hardheid en starheid zijn de grootste struikelblokken.
Ole Madsen, die in 1965 als allereerste Deense voetballer naar Sparta kwam, mocht niet met zijn vriendin Torthe samenwonen omdat ze niet getrouwd waren. Madsen was een geweldenaar, maar zijn drie Hollandse jaren waren zijn minste.
Hoog verwachtingspatroon
Jeppe Tjengberg werd gek van het geruzie in het PSV-internaat en later, bij Cambuur, van het cynisme van coach Fritz Korbach. Jeppe Curth, talent in de jeugdopleiding van Feyenoord, klaagt dat hij onder de douche werd ondergeplast door ploeggenoten.
Erger nog trof Lars Elstrup het bij de Rotterdamse club, waar zijn ploeggenoten op de training hun ellebogen in zijn gezicht plantten en Feyenoordfans hem 'Lulstrup' noemden, zijn ramen ingooiden en zijn banden lekstaken. Ivan Nielsen zegt over 'people's manager' Guus Hiddink: 'Wat een ongelooflijke klootzak.'
In de Deense krant Tipsbladet spuwde ook Viktor Fischer recentelijk zijn gal over het verwachtingspatroon bij Ajax. 'Christian Eriksen werd de nieuwe Laudrup genoemd, ik werd de nieuwe Laudrup genoemd. En datzelfde geldt nu voor Dolberg. Uiteindelijk is het allemaal oninteressant, er is geen enkele reden om naar die bullshit te luisteren. In Nederland, zeker bij Ajax, is de druk heel groot.'
Je zou bijna zeggen: die komt er wel
Fischer vertrouwt erop dat het nog goed komt. 'Ik heb tijd nodig. Het verschil tussen Nederland en de Premier League is gewoon heel groot.'
Ronald de Boer hoopt er vurig op. 'Ik was ook superenthousiast over Viktor. Als ik een bal naar hem gooide, behandelde hij die op een manier die niet veel voetballers hem nadoen. Maar hij dacht teveel na: 'Ik moet dit, ik moet dat'. Dat ging hem in de weg zitten. Frank was gek van hem, maar dat gefrustreerde gedoe werd irritant.'
Lucas Andersen en Nicolai Boilesen, al even hard opgehemeld als Fischer, vertrokken afgelopen zomer eveneens door de achterdeur uit Amsterdam.
Superstoïcijnen
Ondanks al die lessen kent het enthousiasme over Kasper Dolberg momenteel geen grenzen. De Boer: 'Die is dus het tegenovergestelde van Fischer; superstoïcijns. Hij laat nu geweldige dingen zien, oogt fysiek al heel sterk. Maar we moeten afwachten hoe hij een dippie overleeft. Media, zaakwaarnemers en clubs willen graag iemand hoog te paard zetten. Daar heeft iedereen zijn belang bij. Voor een jonge jongen is dat heel wat om mee om te gaan.'
Dolberg, die na zijn hattrick tegen NEC twee wedstrijden niet heeft gescoord, toonde zichzelf twee maanden terug in de Volkskrant verbaasd over alle heisa. 'Ik begrijp gewoon niet echt dat ik met de beste spitsen ooit wordt vergeleken. Ik ben net 19, heb pas elf, twaalf wedstrijden gespeeld. Over twee jaar weet je pas wat het gaat worden.'
Twee op de drie Denen maakt het niet waar
Sinds Sparta ruim een halve eeuw geleden Ole Madsen oppikte, zijn Nederland clubs verzot op Deense voetballers. Liefst 134 verdienden of verdienen hun euro's in de eredivisie. Ajax is koploper met 25 Denen die in het eerste elftal uitkwamen, gevolgd door PSV (21), Heerenveen (17), Feyenoord (13) en FC Twente (11).
Slechts 41 daarvan, ongeveer een derde van de totale Deense import, mag worden gezien als een zeer rendabele investering. Vijftien Deense spelers trokken via de eredivisie naar een grote buitenlandse competitie: Søren Lerby, Frank Arnesen, Jesper Olsen, Jan Mølby, Jesper Grønkjær, Christian Eriksen, Jon Dahl Tomasson, Daniel Jensen, Kenneth Brylle, Flemming Povlsen, Niclas Jensen, Michael Krohn-Dehli, Martin Hansen, Kasper Bøgelund en Viktor Fischer.
25 spelers zijn of waren een meerwaarde in de eredivisie: Kristen Nygaard, Lasse Schöne, Marc Nygaard, Kenneth Perez, Jan Heintze, Dennis Rommedahl, Mads Junker, John Steen Olsen, Ole Tobiasen, Bent Schmidt-Hansen, Simon Poulsen, John Eriksen, Michael Silberbauer, Jan Sørensen, Søren Busk, Kresten Bjerre, Sten Ziegler, Ole Fritsen, Jørgen Kristensen, Henning Jensen, Michael Laudrup, Brian Laudrup, Christian Poulsen, Birger Jensen en pionier Ole Madsen.
In hun eerste seizoen mogen Nicolai Jørgensen en Kasper Dolberg tot de laatste categorie worden gerekend.