Alleen de sprint moet stuk beter

Wereldkampioen open water op de 25 km is mooi, maar de 10 km is de olympische afstand. Linsy Heister heeft dus nog veel werk te verzetten....

Door Laura de Jong

Ze kan 25 kilometer hard zwemmen. Heel goed zelfs. Donderdag werd Linsy Heister in Canada in open water wereldkampioen op deze afstand.

Toch ligt voor de 22-jarige Heister de prioriteit op de 10 kilometer. Dat is over twee jaar in Londen de olympische afstand dus moet ze zich daar op focussen, ook al werd ze op deze korte afstand in Canada maar negende.

Volgens voormalig zwemster Edith van Dijk, viervoudig wereldkampioen op de 25 kilometer open water, ligt de lange afstand Heister beter dan de 10.000 meter. Maar daar is Heister het niet mee eens. ‘Ik ben sterk op de 10 kilometer. Daar is mijn programma op gericht. De 25 kilometer is mijn tweede afstand en die doe ik er gewoon naast. Zwemmen op de Olympische Spelen in Londen is mijn droom en doel.’

Toch was haar negende plaats tijdens de 10 kilometer in Canada teleurstellend. ‘Ik had hoger kunnen eindigen maar ik voelde me niet goed.’ Waaraan dat lag weet Heister niet. Toen ze aan de 25 kilometer begon, voelde ze dat haar armen goed waren en dat de spanning weg was. Daarom kon ze 7,5 kilometer voor de finish een demarrage maken en anderhalf uur alleen op kop zwemmen.

Door de hoge golven had ze geen idee of de concurrentie naderde of niet. ‘Dat hield me juist scherp. Ik bleef de angst houden dat ik zou worden ingehaald. Pas toen ik aantikte, mocht ik van mezelf geloven dat ik wereldkampioen was.’ Ze was dat in een tijd van 5 uur, 52 minuten en 13 seconden. 4 minuten voor de nummer twee.

Haar trainer Marcel Wouda had Heisters overwinning niet verwacht. ‘Linsy is in mijn ogen de beste van de wereld. Dus dat ze het zou kunnen, wist ik. Maar dat ze het ook doet is fantastisch.’

De coach wil de komende tijd vooral werken aan Heisters snelheid. ‘Qua doorzettingsvermogen hoort ze bij de top. Nu moet ze nog sneller worden in de eindsprint.’ Bij de olympische afstand is de concurrentie zwaarder en kan de beslissing vallen in een sprint.

Heister zwemt sinds haar 17de wedstrijden in het open water. ‘Ik merkte al snel dat ik er goed in was. Bij wedstrijden in een binnenbad zijn de afstanden te kort voor mij. Ik word pas na 7,5 kilometer warm, dan stoom ik door.’ Ze houdt van het open water: ‘Elke wedstrijd is heel intens. Niet altijd de sterkste wint, maar ook de slimste. Je zult mij nooit voorop zien liggen, tenzij ik ervandoor wil gaan.’

Ze bereidt zich nu voor op de EK over anderhalve week in Boedapest. Daarna richt ze zich op de kwalificaties voor de Olympische Spelen. De druk op Heister neemt toe en dat doet haar doorgaans geen goed.

Misschien kan ze zich spiegelen aan Maarten van der Weijden. Hij werd in 2008 wereldkampioen op de 25 kilometer en later dat jaar olympisch kampioen op de 10 kilometer. Toen het er om ging, leek hij niet te verkrampen.

‘De druk moet me geen parten gaan spelen. Als de verwachtingen worden opgevoerd, ga ik er meestal niet beter van zwemmen.’ De kersverse wereldkampioen is liever de underdog.

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden