Beter leven
Opvoedvraag: Hoe krijg ik mijn kind eindelijk het huis uit?
Anna van den Breemer schrijft elke week over een alledaags opvoedkundig probleem waarvoor ze een oplossing zoekt.
De stiefzoon van een vriendin is 18 jaar en woont nog thuis. Best gezellig, maar zij vindt het eigenlijk tijd dat hij zijn eigen stekje zoekt. ‘Als 17-jarige wilde ik zelf dolgraag weg bij mijn ouders. Ik probeer hem duidelijk te maken dat het leuk én goed voor hem is om op eigen benen te staan.’ Voor alle (stief)ouders met kinderen die geen haast hebben om uit te vliegen: hoe stimuleer je hun vertrek?
Dit zeggen de deskundigen
In 2017 waren jongeren gemiddeld 23,5 jaar toen ze uit huis gingen, in 2012 was dat nog 22,8 jaar, meldde het Centraal Bureau voor de Statistiek. Toch zeggen gemiddelden niet alles. ‘Als een klein deel van de jongeren erg lang thuis blijft wonen dan trekt dat het gemiddelde flink omhoog’, zegt Aat Liefbroer, hoogleraar levensloopdemografie aan de Rijksuniversiteit Groningen. Interessanter is om te kijken naar de doorsnee: het middelste punt van alle leeftijden waarop kinderen uit huis gaan. ‘Dat ligt voor jongeren in Noord-Europa op 20 jaar.’
Toch verlaten Nederlandse kinderen op tamelijk jonge leeftijd het ouderlijk huis vergeleken met jongeren in Zuid-Europa. Daar gaat de helft van de vrouwen pas met 27 jaar op zichzelf wonen. Dat heeft niet zozeer met hechte familiebanden als wel met het gebrek aan een sociaal vangnet te maken, aldus Liefbroer. ‘Bij ons is de studiefinanciering versoberd, maar onze regelingen om een zelfstandig leven op te bouwen zijn nog steeds veel beter dan in veel andere landen.’
Er zijn volgens Liefbroer grofweg twee groepen: hoogopgeleide jongeren die op kamers gaan om te studeren en jongvolwassenen die het ouderlijk huis pas verlaten op het moment dat ze met hun partner een huis vinden. Vooral in die laatste groep vindt het uitstel plaats. ‘Het vinden van een betaalbare woning is op dit moment lastig’, zegt Liefbroer. ‘En met een tijdelijk contract heb je minder zekerheid. Eigenlijk doen hoogopgeleiden alles in het leven later dan laagopgeleiden, zoals samenwonen en kinderen krijgen. Behalve op kamers gaan, dat doen ze eerder.’
Speelt het ook mee dat kinderen en ouders een hechte band hebben? ‘Kinderen hebben meer privacy en vrijheid in het ouderlijk huis dan vroeger’, zegt Liefbroer. Uit onderzoek blijkt dat de sfeer in huis een factor is. ‘Kinderen van wie de ouders uit elkaar zijn, gaan vaak eerder uit huis. Hetzelfde geldt als er thuis veel conflict is.’
Hoe pak je het aan?
Dat thuiswonen ‘moet een beetje gaan schuren’ meent Saskia Smith, co-auteur van Tis hier geen hotel en zelf moeder van een 19-jarig kind dat nog thuiswoont. ‘Als kinderen erg op hun gemak zijn, worden ze niet geprikkeld om die stap uit huis te maken.’
Hoe zorg je ervoor dat het schuurt? Smith heeft twee jaar geleden de regels thuis aangepast. ‘Ik heb tegen mijn zoon gezegd: jij gaat je eigen was doen en je krijgt meer verantwoordelijkheden thuis. Hij moet zijn eigen kamer netjes houden, daar doe ik niets. En hij moet klusjes doen, zoals boodschappen en de tuin bijhouden. En na 11 uur ’s avonds wil ik rust en worden er dus geen eieren meer gebakken.’
Waarom vindt ze het eigenlijk belangrijk dat haar zoon het nest verlaat? ‘Ik geloof dat het goed is voor jongeren om hun zelfstandigheid te oefenen in de marge. Op kamers gaan biedt de speelruimte om rond te fladderen’, meent Smith. ‘Je komt los van je ouders maar je hebt nog niet alle verantwoordelijkheden van een drukke baan, zoals je die op je 26ste wel hebt.’
Bij vrienden zag Smith een andere methode: kostgeld. ‘Hun zoon betaalt 200 euro per maand voor de huur en zij bewaren dat geld voor hem. Hij draagt dus bij én hij spaart tegelijkertijd voor het moment dat hij uit huis gaat.’