Column
Zie ons betraand naar Amy kijken
Er zitten wat verschillen tussen Maria Callas, Nicolae Ceausescu, 'Maserati-man' Hubert Möllenkamp en Amy Winehouse, maar er is ook een belangrijke overeenkomst: hun adepten en bewonderaars weten zeker dat hun levens een ongelukkige wending namen door toedoen van malafide geliefden. Als die rottige Onassis geen spelletje had gespeeld met 'la divina' Callas en haar had verruild voor Jackie Kennedy, dan had ze nog lang de sterren van de hemel gezongen. Als die domme, eerzuchtige boerin Elena 'Ceauseasca' de leider van de Volksrepubliek Roemenië niet onder druk had gezet kitscherige XXL-paleizen te bouwen, dan was hij niet samen met haar voor het vuurpeloton beland. Als die statusgevoelige tweede echtgenote van Hubert 'Maserati' Möllenkamp hem niet had verzekerd dat hij méér waard was dan zomaar een Volvo, dan had hij die Maserati niet van het budget van woningcorporatie Rochdale afgetrokken.
Als het gaat om de val van Amy Winehouse (1983-2011), rust de verdenking op meer dan één persoon. 'Niemand heeft genoeg gedaan om haar te redden', schreef deze krant naar aanleiding van de uit zeldzaam privémateriaal samengestelde documentaire Amy, die de afgelopen dagen in Nederlandse bioscopen bezoekersrecords brak. Regisseur Asif Kapadia hoopt ermee inzichtelijk te maken dat Winehouse slachtoffer was van velen: van een eerzuchtige vader, van geldbeluste managers, van meedogenloze paparazzi, van doortrapte drugsdealers en, last but not least, van haar nimmer monogame ex-echtgenoot Blake Fielder-Civil, de junk die haar initieerde in heroïne en crack.
Er zijn fans van Winehouse die Fielder-Civil alsnog willen aanklagen voor doodslag. Daarvan bestaat een precedent. In 1982 ging groupie-drugsdealer Cathy Smith voor 15 maanden de Californische cel in. In een hotel in Los Angeles had zij maar liefst elf 'speedballs' van cocaïne en heroïne in de aderen van acteur John Belushi gespoten. Je kunt je natuurlijk afvragen hoe de dame en haar koopwaar op de kamer van Belushi terechtkwamen. Dat het helemaal zonder aanziens des persoons was, valt te betwijfelen als Cathy Smith bij u geen speedballs injecteert.
Feit is dat er voor Belushi destijds een stuk minder begrip bestond dan voor Winehouse. Toen Janis Joplin op dezelfde leeftijd als Winehouse bezweek, had je zelfs onder haar fans mensen die vonden dat ze stom bezig was geweest. Bij Amy ligt dat anders. Aan haar dood 'zijn wij allemaal schuldig', schreef Neil McCormick in The Telegraph. In een ingezonden brief in deze krant riep een lezeres op tot het 'weerbaar maken van muzikale meiden' tegen de boze wereld die hen omringt.
Op het feit dat die 'muzikale meiden' er wel zelf bij zijn als ze bijvoorbeeld een ontrouwe junk huwen, rust onderhand een taboe. De enige die dat doorbrak, was psychiater en houwdegen Theodore Dalrymple. Dat deed hij helaas op de van hem bekende onsubtiele wijze. Bij Dalrymple werd het leven van Winehouse 'een lang bad in braaksel'. De massale rouw om Amy - door Dalrymple betrapt op 'walgelijk persoonlijk gedrag' en 'absurd zelfmedelijden' - past in een emocultuur waarin wordt gesnakt naar zielige beroemdheden à la Lady Di.
De waarheid uit de houthakkerij van de psychiater is dat regisseur Asif Kapadia een lucratief gevoel voor de tijdgeest bezit: een o zo getalenteerd en o zo kwetsbaar meisje dat door o zo egoïstische mannen kapot wordt gemaakt, dat gaat erin als koek. Bij kitsch vloeien twee tranen, wist Milan Kundera. De eerste vloeit om het slachtoffer, de tweede om onze eigen eerste traan: zie ons hier eens met betraande ogen naar Amy kijken.