Reportage
Zelfs scholieren in Frankijk protesteren tegen de pensioenhervorming
Voor Franse tieners is het pensioen nog mijlenver weg, toch verzetten ook zij zich tegen de verhoging van de pensioenleeftijd. Tijdens de tweede landelijke stakingsdag dinsdag werden naar schatting tweehonderd middelbare scholen bezet. ‘Ik kan mijn ogen niet sluiten voor wat er om me heen gebeurt.’
De middelbare scholieren van Lycée Racine, hartje Parijs, dragen mondmaskers of duikbrillen. Het moet bescherming bieden tegen traangas. ‘Mijn ogen prikten gisteren nog de hele dag’, zegt Quentin Lefrançois (17), die uit voorzorg een T-shirt over zijn gezicht heeft getrokken. Ook toen stond hij hier met zijn klasgenoten voor de ingang van de school, tussen de groene vuilcontainers die de ingang blokkeren. ‘De politie kwam ons rond zeven uur in de ochtend al met traangas wegjagen.’
Om vijf uur ’s morgens opstaan, de wijk doorkruisen op zoek naar vuilnisemmers om die vervolgens rennend naar de ingang van de school te slepen zonder dat ze gepakt worden door de politie – een school blokkeren vergt vastberadenheid. De jongste demonstranten tegen president Emmanuel Macrons gehate pensioenhervorming zijn dat dan ook. ‘De armste mensen met de minste opleiding en zwaarste banen sterven straks nog voordat ze met pensioen kunnen’, zegt Lefrançois geagiteerd. ‘Hier protesteren is een kwestie van solidariteit.’
Dinsdagmorgen vroeg, op de tweede landelijke stakingsdag tegen de pensioenhervorming, blokkeren scholieren in heel Frankrijk zo’n tweehonderd schoolgebouwen, volgens scholierenvakbond La Voix Lycéenne. De blokkade van de school is vooral symbolisch; een deel van de scholen is sowieso gesloten vanwege actievoerende docenten. Bij lycée Racine kunnen leerlingen nog via een extra ingang naar binnen. ‘Vanmiddag lopen we mee met de Parijse demonstratie’, zegt Lou (16), een meisje met twee lange vlechten in een grote leren jas. Net als de meeste scholieren wil ze haar achternaam niet delen. ‘Dit is een geweldige manier om juist als jongeren duidelijk onze stem te laten horen. We mogen nog niet stemmen, maar zo kunnen we toch een rol van betekenis spelen.’
Het is hardop dromen van de revolutie. ‘Iedereen weet hoe belangrijk de jeugd is geweest in ’68’, zegt Aurèle (17), verwijzend naar de Parijse revolte van mei 1968. Toen sloeg de opstand van studenten, met honderden brandende auto’s en hard politieoptreden, over naar arbeiders. Heel Frankrijk kwam tot stilstand. Vooralsnog is het contrast met toen aanzienlijk. Het merendeel van de scholieren zit gemoedelijk sjekkies te draaien op de reeks vuilnisbakken, een enkeling sleept een verdwaalde kerstboom de barricade op. Zo’n vijftien agenten slaan het geheel met mild vermaakte blik gade. ‘Zelf zijn ze ook geen voorstander van de hervorming’, zo heeft Aurèle hen al ontfutseld.
Zeldzame eensgezindheid
Voor deze jonge demonstranten is de pensioenleeftijd nog ver weg – president Macron wil die stapsgewijs verhogen naar 64 jaar – maar het protest gaat om iets groters: ‘Onder Macron wordt de sociale ongelijkheid alleen maar groter’, zegt Aurèle. ‘De regering zoekt het geld bij de verkeerde mensen. Ik kan mijn ogen niet sluiten voor wat er om me heen gebeurt.’
Krap twee weken na de eerste nationale actiedag, die een zeldzame eensgezindheid van de vakbonden liet zien, gingen de Fransen dinsdag opnieuw op grote schaal de straat op. Met name bij de spoorwegen, het openbaar vervoer in Parijs, scholen en raffinaderijen wordt veel gestaakt. De opkomst wordt eind van de dag door de autoriteiten geschat op 1,2 miljoen demonstranten in heel Frankrijk – de radicale vakbond CGT noemt het getal van 2,5 miljoen.
Dat is meer nog dan op 19 januari, toen ruim een miljoen mensen demonstreerden volgens cijfers van het ministerie van Binnenlandse Zaken (de bonden spraken over 2 miljoen). In het onderwijs doet dinsdag volgens het ministerie een kwart van het personeel mee aan de staking, de grootste vakbond in het voortgezet onderwijs Snes-FSU meent dat het 55 procent is. ‘Van de schoolleiding mogen de docenten ons niet aanmoedigen’, zegt Lou, ‘maar ze staken bijna allemaal. Een van hen zei ons: ‘Jullie zijn goed bezig’, die werd door de directie op de vingers getikt.’
Onverzettelijk
De Franse regering toont zich ondertussen onverzettelijk. President Macron, die de hervorming tot belangrijkste missie van zijn tweede termijn heeft gemaakt, noemde die maandagavond ‘onmisbaar’. Premier Élisabeth Borne deed er nog een schepje bovenop door de verhoging van de pensioenleeftijd van 62 naar 64 jaar ‘niet langer onderhandelbaar’ te noemen. Het is een van de meest omstreden onderdelen van het hervormingsplan: zo’n tweederde van de Fransen zegt tegen verhoging te zijn.
De linkse oppositie is slechts uit op chaos, puur om de regering ‘systematisch te verhinderen vooruitgang te boeken’, fulmineerde minister van Binnenlandse Zaken Gérald Darmanin afgelopen weekend in een interview met dagblad Le Parisien. Sinds maandag buigt een parlementaire commissie zich over de hervormingsplannen. Maar liefst 7.000 amendementen werden er ingediend, waarvan 6.000 door linkse partijen. De minister spreekt van een linkse oppositie die het ‘recht op luiheid’ en ‘een samenleving zonder werk en zonder moeite’ promoot.
Die woorden schieten bij de scholieren in het verkeerde keelgat. Juist de kwetsbaarste Fransen worden volgens hen het hardst geraakt. Voor ‘Carlos’ (18, niet zijn echte naam) genoeg reden om vandaag vanuit de banlieues van Champigny naar de binnenstad van Parijs te komen en de scholieren van Lycée Racine te steunen, ondanks de staking in het openbaar vervoer. ‘Ik ben opgegroeid in Venezuela’, vertelt hij vanonder zijn Che-en-Chavez-pet, ‘en grootgebracht met het besef dat je moet opstaan tegen ongelijkheid.’ Hij wijst naar de boodschappentas naast hem, gevuld met frisdrank en zakken chips. ‘Ik doe wat ik kan om de demonstranten te steunen.’