Zakenman Van Rijn
Rembrandt ging experimenteler en commerciëler te werk dan gedacht. 'Hij werkte in veel kleinere stappen dan wordt aangenomen.' Erik Hinterding is een voorzichtige kunstwetenschapper, hij formuleert het niet als een spectaculaire vondst. Hij heeft zojuist acht jaar onderzoek afgerond met Jacco Rutgers, naar het hele oeuvre van Rembrandt-etsen. Inclusief alle afdrukken uit het 'afterlife' van de koperplaten, zoals hij het noemt: prenten die na Rembrandts leven zijn gedrukt van de originele platen.
'Rembrandt was de eerste die echt experimenteerde met zijn etstechniek en die de koperplaat steeds bijwerkte en dan nieuwe afdrukken maakte', ligt Hinterding toe. 'Voor hem waren die tussentijdse stappen geen proefdrukken, hij zag er de verkoopbaarheid van in. Nu weten we dat hij van verschillende platen niet drie 'staten' heeft gemaakt, maar wel negen.'
Achttienduizend prenten bestudeerden ze, van 315 etsplaten die Rembrandt heeft gemaakt. Van die achttienduizend is 'vermoedelijk zo'n 50 procent' gedrukt ná Rembrandts dood. En dat is wat ze nu veel beter kunnen zien, en waar mogelijk de kunsthandelaren nerveus van worden. Want er wordt nogal eens een prentje verkocht als een eigenhandige Rembrandtdruk.
Zeven boekdelen komen er nu uit over hun werk, in de Hollsteinreeks: een serie van inmiddels 139 delen tellend wetenschappelijk onderzoek naar Nederlandse etskunst. Van de interessantste resultaten is nu een tentoonstelling te zien in het Rijksmuseum in Amsterdam.
Rembrandt is een van de meest onderzochte kunstenaars ter wereld en ook zijn oeuvre als etser is door wetenschappers goed bestudeerd. Maar wel lang geleden. De nuances die Hinterding en Rutgers nu kunnen toevoegen, zijn opmerkelijk en wetenschappelijk van belang.
Zoals dat Rembrandt verschillende platen 'versneed' om er meerdere afzonderlijke voorstellingen van te kunnen maken, wat opnieuw het handelsinzicht van de beroemde kunstenaar bevestigt. En ja, veel afdrukken zijn 'ontmaskerd' als latere druk. Het originele Rembrandtoeuvre is er niet noemenswaardig door gekrompen; er zijn immers ook veel eigentijdse 'staten' gevonden. Wat ze wel vonden: dat drukkers voorstellingen bewerkten of zelfs twee platen samen gebruikten voor één nieuwe druk.
Technisch is het erg moeilijk te zien of een afdruk van een later datum is, legt Hinterding uit: 'Soms zie je het aan het watermerk in het papier, of een signatuur van de drukker.' Maar verder moesten de onderzoekers het van hun oog hebben. Ze reisden de wereld af en maakten hoge resolutiefoto's, zodat ze eindeloos konden inzoomen en vergelijken. Monnikenwerk, dat zich loont in zeven dikke, door een Nederlandse particulier uitgegeven catalogi.
undefined