Yuri Honing * * * *

Een echte festivalband, vooral dankzij de explosiviteit.

TIM SPRANGERS

Bimhuis, Amsterdam, 9/9. Wired Paradise (Yuri Honing). Ook nog 23/9 in Hilversum (De Vorstin).

Jazz is voor oude heren die graag naar herkenbare deuntjes luisteren waar puik op wordt geïmproviseerd. Rood wijntje erbij, beetje brallen over de die ene solo van die ene held van vijftig jaar geleden. Ga alsjeblieft eens luisteren naar Wired Paradise. Jazz stoomt, jazz siddert, jazz leeft. Neem wel je oordoppen mee.

Hoewel bandleider Yuri Honing zelf rilt van elke categorisatie is zijn knalband Wired Paradise vooral een jazzensemble. De improvisatie, losheid en conversaties vind je in geen enkele rockgroep. Natuurlijk, de band leunt op een super stevige ritmesectie die grossiert in herkenbare popfundamenten en de pakkende thema's zijn na enkele tellen mee te neuriën. Maar in Wired Paradise klinkt een raggende rockgroove zo spannend als een goede horrorfilm in het duister met stevige actie-injectie. De muzikanten krijgen alle ruimte zich te uiten, omdat vrijheid centraal staat, met een gigantische portie energie als drijfveer.

Te gek, die versie van David Bowies Space Oddity, met een freakende sixtieklank van gitarist Stef van Es en die typische vette sound van de sax. Dat laatste zal voor velen wellicht wat wennen zijn. Solo's zijn schaars en democratie vormt een thema, maar de tenorsax van Honing is nog het best te vergelijken met een dominante zanger. Hoe krachtig en dik het bandgeluid ook is, Honing zet vooral in klank met grote overmacht de lijnen uit. Dat stoort niet, want met name de twee gitaristen mogen ook uitblinken. Helemaal niet vervelend met de smaakvolle Frank Möbus aan je zijde.

Stiekem is het ook nog eens een bijzonder concert. Wired Paradise speelt vaak, maar weinig in Nederland. Anderhalf jaar moesten we wachten op de presentatie van het laatste album White Tiger, terwijl de groep in andere werelddelen het publiek geregeld in extase bracht.

Het is een echte festivalband, vooral dankzij de explosiviteit. Geregeld kabbelt de band meditatief rond een vuig basloopje van Mark Haanstra. Niets bijzonders, zo lijkt, maar op elk moment voel je de spanning. Constant zoekt het vijftal contact met elkaar en je weet dat het noodweer ergens moet gaan losbarsten. Dat gebeurt vaak aan de hand van het beest Joost Lijbaart achter de drums. Hoogtepunt is zonder twijfel het beukende Meet Your Demons, waarin de ontlading zich vanuit het podium transformeert naar het publiek. 'Hell Yeah', wordt er geschreeuwd. Yuri Honing kan een hoop, ook blèren al la Peter Brötzmann, blijkt.

Fraai was eerder het voorprogramma, waarmee Honing aangeeft muziek als één te zien in plaats van losse wereldjes. Zanger/gitarist David Pino (van El Pino and the Volunteers) gaf 'voor het eerst in zijn leven' een soloperformance. De half uur krachtige singer-songwritermuziek met fijn gitaarwerk en een breekbare stem overtuigden vooral dankzij de mooie liedjes die stonden als een huis.

undefined

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden