gereguleerde wietteelt
Wietexperiment begint pas in 2021 – als dit kabinet is uitgeregeerd
Het experiment met gereguleerde wietteelt onder overheidstoezicht zal pas op zijn vroegst halverwege 2021 beginnen. Dat is na de geplande Tweede Kamerverkiezingen in maart 2021, als het huidige kabinet is uitgeregeerd. Daardoor zal het nog lang onzeker blijven of het experiment met staatswiet doorgaat. In de volgende kabinetsformatie kan het plan zomaar worden opgeschort of in de prullenmand verdwijnen.
Dat blijkt uit het voorstel ‘experiment gesloten coffeeshopketen’ dat de ministers Bruins voor Medische Zorg (VVD) en Grapperhaus van Justitie en Veiligheid (CDA) donderdag naar het parlement hebben gestuurd.
Ondanks de voorspelde vertraging houdt D66-Kamerlid Vera Bergkamp ‘vertrouwen dat tijdens deze kabinetsperiode de eerste gereguleerde joint gerookt wordt’. Wel vindt zij ‘de planning spannend’. ‘Die roept nogal wat vragen op. Kan dat niet sneller ? Want afspraak is afspraak: nog tijdens deze periode start het experiment. Ik ga er vanuit dat dat lukt. Daar houd ik de coalitie aan.’
Volgens het regeerakkoord uit het najaar van 2017 zou er ‘zo mogelijk binnen zes maanden wetgeving’ zijn. Het wetsvoorstel werd in de zomer van 2018 ingediend en in januari dit jaar door de Tweede Kamer aangenomen. De trage gang van zaken weet Bergkamp tot nu toe aan zorgvuldige voorbereiding.
Staatswiet verkopen
De bedoeling van het experiment met gereguleerde cannabisteelt en -verkoop, is om de wiethandel uit de criminaliteit te halen. Of dat werkt, zal tijdens het experiment, dat vier jaar gaat duren, worden gemeten en geëvalueerd.
De betrokken VVD- en CDA-ministers verwachten nu dat de wet die het experiment mogelijk maakt pas op 1 januari 2020 van kracht kan worden. Daarna kunnen potentiële telers zich melden. Na een selectieprocedure kunnen de telers beginnen met het kweken van wiet onder staatstoezicht.
Maar het spul kan dan nog niet direct verkocht worden. Daarvoor is nog zeker een jaar voorbereiding nodig, schrijven Bruins en Grapperhaus donderdag aan de Kamer. De telers hebben die tijd nodig om de teelt op te starten en voldoende voorraad op te bouwen voor de verkoop.
In de praktijk betekent dit dat het experiment met de verkoop van staatswiet op zijn vroegst halverwege 2021 zal aanvangen. Tenzij het kabinet eerder valt, worden op 17 maart 2021 verkiezingen voor de Tweede Kamer gehouden. Als het experiment nog niet is begonnen tijdens de daarop volgende kabinetsformatie, zou een nieuw kabinet het plan alsnog kunnen torpederen.
Kamermeerderheid
Die kans daarop is niet ondenkbaar. D66 is vanouds sterk voorstander van gereguleerde teelt en verkoop van wiet, samen met GroenLinks, PvdA en SP. De belangrijke nieuwe politieke factor, Forum voor Democratie, is ook voor het legaliseren van softdrugs. Maar het CDA, de CU, PVV en SGP zijn fel tegenstander. De VVD weifelt.
De voornaamste reden dat het CDA, CU en VVD tijdens de kabinetsformatie van 2017 alsnog akkoord gingen met het D66-voorstel, was dat de Tweede Kamer net voor de verkiezingen een initiatiefwetsvoorstel van Vera Bergkamp (D66) had aangenomen. Daarin wordt teelt en verkoop van wiet gelegaliseerd. De Eerste Kamer, waar een meerderheid vóór lijkt, heeft de behandeling van het wetsvoorstel gestopt omdat in het regeerakkoord het experiment is afgesproken.
Het experiment betekent niet dat de CDA en VVD ineens voorstander zijn van staatswiet. ‘Ik vind dit drie keer niks’, verzuchtte CDA-Kamerlid Madeleine van Toorenburg begin dit jaar. En dan was het ook nog haar CDA-minister Grapperhaus die het plan mede moest uitvoeren. ‘Ik vind het stuitend dat dit experiment het gebruik van drugs gaat normaliseren.’
Het experiment met gelegaliseerde wietteelt is voor VVD, CDA en CU een vluchtroute: het betekent voorlopig uitstel van daadwerkelijke wetgeving die in werking treedt. Uit de opzet die ministers Grapperhaus en Bruins donderdag naar de Tweede Kamer stuurden, blijkt nu ook nog eens dat het experiment zelf veel later plaatsvindt dan aanvankelijk was gepland. Van uitstel zou zomaar afstel kunnen komen.
DE SPEREGELS VOOR STAATSWIET
* Gemeenten kunnen zich vanaf 23 april aanmelden voor het experiment met staatswiet, mits zij zich aan de spelregels houden. Het kabinet eist onder meer dat alle coffeeshops in zo’n gemeente meedoen en hun cannabis betrekken bij gereguleerde telers, mede om te voorkomen dat er twee handhavingsregimes in een gemeente ontstaan. Daarmee komt het kabinet niet tegemoet aan de wens van Amsterdam, dat slechts mee wil doen met een beperkt aantal coffeeshops.
* Het kabinet wil in totaal maximaal tien henneptelers aanwijzen die gereguleerde wiet en hasj gaan leveren aan coffeeshops in maximaal tien gemeenten. Ze moeten minstens tien hennepvariëteiten kweken en aan strenge voorwaarden voldoen wat betreft de kwaliteit en veiligheid. Zo moeten ze de hennep naar de coffeeshops vervoeren in particuliere geld- en waardetransportwagens.
* Als blijkt dat na een inhoudelijke en kwalitatieve beoordeling van de bedrijfsplannen meer dan tien telers in aanmerking komen voor het wietexperiment, zullen de ministers ‘een loting toepassen’. Het kabinet stelt geen eisen aan het THC- en CBD-gehalte, oftewel de werkzame stoffen van de cannabis. ‘We willen aansluiten op de bestaande praktijk’, aldus een woordvoerder van de minister. Bij een maximalisering van het THC-gehalte zou een zwarte markt kunnen ontstaan voor wiet met een hoger gehalte. Wel moet de wiet en hasj worden gecontroleerd in een laboratorium en moeten de gehaltes duidelijk op de verpakking staan.
*Een teler mag meerdere teeltlocaties hebben en hoeft niet per se gevestigd te zijn in een gemeente die meedoet aan het wietexperiment. Wel krijgen burgemeesters een belangrijke stem: als zij vinden dat de openbare orde en veiligheid door zo’n teeltlocatie onvoldoende is gewaarborgd, kunnen zij een negatief advies uitbrengen.
*Als een grensgemeente wil meedoen, moet het ingezetenen-criterium (geen verkoop aan mensen die in het buitenland wonen) onverkort worden gehandhaafd. In de andere gemeenten mag de burgemeester zelf beslissen of het ‘i-criterium’ wordt toegepast.
*In het wietexperiment mogen coffeeshops maximaal een weekomzet aan cannabis op voorraad hebben. Dat is veel groter dan de maximale voorraad volgens het huidige gedoogbeleid: 500 gram. Coffeeshops moeten een kluis hebben om de hennepvoorraad veilig op te bergen. Ook moeten coffeeshopmedewerkers een cursus volgen om blowende klanten voorlichting te geven en te waarschuwen voor de gezondheidsrisico’s.
*Voor coffeeshops die meedoen, komt er een overgangsfase van een aantal weken van de huidige gedoogsituatie naar de experimenteerfase. ‘Het is namelijk niet realistisch voor coffeeshops om het assortiment in één nacht te moeten vervangen’, schrijven de ministers. ‘Daarnaast kan een overgangsfase ervoor zorgen dat klanten kunnen wennen aan het nieuwe aanbod.’
*De Inspectie Justitie en Veiligheid gaat toezicht houden op ‘de geslotenheid van de coffeeshopketen’ in de deelnemende gemeenten. Daarbij wordt bijvoorbeeld gecontroleerd of de achterdeur van de wietshops echt is gedecriminaliseerd en of de gereguleerde telers toch niet stiekem ook aan anderen verkopen. De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit houdt toezicht op gewasbescherming en voedselveiligheid.
MEER LEZEN OVER HET EXPERIMENT MET STAATSWIET?
Wie gaan de staatswiet telen? Welke soorten worden gekweekt? Hoe duur wordt staatswiet? Lees hier zeven vragen en antwoorden over de proef met staatswiet.
In maart 2018 presenteerden ministers Grapperhaus (Justitie en Veiligheid) en Bruins (Medische Zorg) aan de Tweede Kamer een plan voor een omvangrijke proef met wietteelt door de overheid. Het experiment waarbij gemeenten legale wiet mogen verkopen, gaat vier jaar duren en wordt daarna binnen een half jaar afgebouwd.