Wereldwijde steun voor slachtoffers

Meer dan vijftig landen hebben geld beloofd voor noodhulp aan Haïti. Circa dertig landen stuurden ook reddingswerkers of veldhospitalen. Nederland doet relatief veel voor Haïti.

Van onze verslaggever Noël van Bemmel

IJsland was er als eerste bij, met 37 reddingswerkers en 13 ton hulpgoederen op 13 januari. Hun vliegtuig landde binnen 24 uur na de aardbeving.

Frankrijk landde enkele uren later met drie transportvliegtuigen vanaf Martinique en Guadeloupe, met daarin drie reddingsteams. Later steeg het aantal Franse reddingswerkers en artsen tot driehonderd man. De Franse marine stuurde twee ondersteuningsschepen, waaronder de Sirocco met twee operatiekamers, vijftig bedden en vier helikopters.

De Verenigde Staten waren een dag na de aardbeving in de baai van Port-au-Prince met twee kustwachtvaartuigen. Twee Hercules-vrachtvliegtuigen zetten dezelfde dag een medisch team en tactisch personeel af. Op 14 januari nemen twee sergeants van de luchtmacht de verkeersleiding van het vliegveld over met hun draagbare radio. Weer een dag later arriveerde het vliegdekschip USS Carl Vinson met 19 helikopters en drie operatiekamers.

Het hospitaalschip USNS Comfort wordt woensdag verwacht in Haïti met 12 operatiekamers, 250 bedden en 550 artsen en verpleegkundigen. Maandag arriveerde een amfibische aanvalsgroep, met drie zogeheten landing platform docks vol voertuigen, helikopters, voorraden en 2.200 mariniers aan boord. Nog eens 3.500 parachutisten worden ingevlogen om noodgoederen te distribueren.

Rusland stuurde vier Ilyushin-76 vrachtvliegtuigen met reddingswerkers, een noodhospitaal, terreinwagens, kraanwagens en een lichte verkenningshelikopter.

Nederland levert naar verhouding een forse bijdrage met een 72-koppig reddingsteam, 3 miljoen euro hulpgeld en het marineschip Hr. Ms. Pelikaan met aan boord: 45 mariniers en voorraden, plus jeeps en vrachtwagens.

Israël maakte indruk door 220 reddingswerkers en artsen te sturen die vlot een veldhospitaal naast het stadion in Port-au-Prince opzetten. Daar kunnen 500 slachtoffers per dag worden behandeld.

Veel landen, waaronder China, Japan, Indonesië, Korea, Qatar, Turkije, Polen, Portugal, Duitsland, Engeland, Peru, stuurden vrachtvliegtuigen met hulpgoederen en medicijnen, plus een reddingsteam met speurhonden.

Iran stuurde een vrachtvliegtuig met tenten, wasmiddel en blikvoedsel.

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden