Nieuws
Weer duizenden kilo’s cocaïne gepakt, maar of dat echt impact heeft, valt te bezien
Bijna achtduizend kilo cocaïne werden de afgelopen week onderschept in de Rotterdamse haven. Drugscriminelen krijgen zo ‘flinke klappen’, zegt de douane, maar hoe groot de impact precies is, durft niemand te zeggen.
De vraag is of de vangsten komen door betere opsporingstechnieken van douaniers of door een explosie van de handel tussen Zuid-Amerika en Europa. Zowel experts als woordvoerders van betrokken instanties gissen naar het antwoord.
Al drie jaar op rij verscherpt de Rotterdamse haven zijn record wat betreft het onderscheppen van coke. In 2020 bedroegen de vangsten gezamenlijk zo’n 41 duizend kilo per jaar, meer dan een verdubbeling van het totaal van 2018. Zeker met de onderscheppingen van de laatste weken is het aannemelijk dat dit jaar een nieuw record wordt geboekt. Een woordvoerder van de douane spreekt over ‘een duidelijke verharding van de criminaliteit’.
De grootste van de drie meest recente vangsten was meteen ook een van de (drie) grootste vangsten in de geschiedenis: 3.001 kilo in één lading. Volgens een OM-woordvoerder groeit vooral de hoeveelheid per partij. ‘Steeds vaker komen we partijen van boven de duizend kilo tegen.’
Rotterdam is samen met Antwerpen de populairste invoerlocatie van cocaïne op het Europese continent. Door de grote omvang van de haven kan coke relatief simpel ertussendoor glippen, en de infrastructuur vanaf de haven is fenomenaal. Op geen plek in Europa is het achterland beter te bereiken dan via Nederland en België, zegt Lieselot Bisschop, criminoloog aan de Erasmus Universiteit Rotterdam, die onderzoek deed naar cokehandel in de Rotterdamse haven.
Flinke klappen
Het zogeheten HARC-team, een samenwerkingsverband van het OM, de douane en de zeehavenpolitie, probeert wel meer greep te krijgen op de invoer. Zo bestaat sinds kort de OED-methode, waarmee douaniers lucht uit containers zuigen en aan drugshonden voorleggen. Ook wordt er meer samengewerkt met Zuid-Amerikaanse landen. Op Twitter zei douanedirecteur Jan Kamp woensdag dat het bestrijdingsteam met de onderscheppingen ‘criminelen toch flinke klappen’ toebrengt.
Toch ontkent niemand dat het ontbreekt aan kennis, en dat dat alleen al het bestrijden van de intercontinentale drugshandel bemoeilijkt. ‘We zien dat we succesvol zijn’, zegt de douanewoordvoerder, ‘maar we weten niet of het efficiënt genoeg is’.
Ondanks de enorme vangsten lijkt het er namelijk niet op dat er daadwerkelijk minder cocaïne in Europa belandt. Integendeel. Ondanks de ‘verhoogde repressie’ is ‘nog nooit zo veel cocaïne tegen zo’n lage prijs en met zo’n hoge zuiverheid beschikbaar geweest als nu’, appt Tom Blickman van de progressieve denktank Transnational Institute (TNI), die onderzoek doet naar wereldwijde drugshandel.
Volgens de EU wijzen de grotere hoeveelheden per onderschepping op ‘een uitbreiding van de productie- en doorvoeractiviteiten en op een groei van de Europese consumentenmarkten’, schrijft zij in het Europees Drugsrapport 2021. Vooral in het oosten van Europa loopt de vraag op.
Productieketens
Wat betreft de productieketens zijn de meningen verdeeld. Volgens de Verenigde Staten produceerden telers in de voornaamste afzetlanden Colombia, Peru en Bolivia vorig jaar meer cocaïne dan ooit. Vooral de regering in de Colombiaanse hoofdstad Bogotá ontkent die toename echter stellig, en beweert het afgelopen jaar juist meer cocavelden vernietigd te hebben dan ooit. De Verenigde Naties bevestigen de uitlatingen van de Colombiaanse regering.
Volgens criminoloog Bisschop is het essentieel dat Rotterdam niet probeert de coke-invoer in zijn eentje op te lossen. ‘Je moet als hele rivierendelta een vuist maken.’ Dan kan voorkomen worden dat zulke drugs, net als hasj of heroïne, een alternatieve route zoekt naar het continent, zoals via Antwerpen of kleinere havens als Vlissingen.
Blickman van het TNI noemt de vangsten ‘slechts pyrrusoverwinningen’, die de handel op lange termijn niet ontregelen. ‘Wettelijke regulering is uiteindelijk de enige oplossing. Je moet criminelen de markt afnemen.’