AnalyseMercosur-deal
Weer dreigt Nederland een handelsverdrag te torpederen - een stap met grote symbolische waarde
Nadat de Tweede Kamer begin dit jaar na een rumoerig debat ternauwernood zijn goedkeuring gaf aan een handelsverdrag met Canada (Ceta), nam het dinsdag een ander verdrag preventief onder vuur: het EU-handelsverdrag met Mercosur, een groep Latijns-Amerikaanse landen.
Joël Voordewind (ChristenUnie) had er al voor gewaarschuwd toen hij in februari schoorvoetend instemde met Ceta: zijn partij is niet tegen handel, maar de Mercosur-deal kon echt niet passeren.
En zo komt het dat er dinsdag een kleine meerderheid was in de Kamer die – met steun van coalitiepartij ChristenUnie – het EU-handelsverdrag met Mercosur van tafel veegde, nog voordat dat verdrag echt op tafel ligt. Het is een symbolische daad – want er ligt nog helemaal geen verdrag ter ratificatie voor (en het is zelfs niet zeker of dat ooit zal gebeuren), maar niettemin een Haagse overwinning voor Esther Ouwehand, voorvrouw van de Partij voor de Dieren, de partij die economische groei ‘geen oplossing vindt, maar een probleem’.
Ouwehands conclusie, ‘het tijdperk van vrijhandelsverdragen is voorbij’, is prematuur – al lijkt ze voor dit strijdpunt een belangrijke bondgenoot in het Witte Huis te hebben. Maar in de nationale politiek is inderdaad iets veranderd. Terwijl het Ceta-verdrag nog in een strijd op leven en dood verwikkeld is in de Eerste Kamer, is de motie-Ouwehand een nieuw signaal dat handelsland Nederland steeds meer moeite heeft met handelsakkoorden. ‘We zijn erg afhankelijk geweest van het buitenland’, zegt Voordewind. Hij wijst op het belang van circulaire landbouw, voedselveiligheid en de controle hierop – al erkent hij dat Nederland zelf een grote exporteur is van agrarische producten.
Wie uitzoomt van de Nederlandse politiek, ziet dat Mercosur ook elders in Europa vragen oproept. De gedachte dat het Amazonegebied behouden moet worden, kan op veel steun rekenen onder Europeanen. Volgens veel actiegroepen is die zaak niet gediend met een handelsverdrag. Voorstanders wijzen erop dat deze handelsdeal Brazilië binnenboord houdt in het Klimaatverdrag van Parijs en Europa een drukmiddel biedt.
De vragen over het akkoord zijn toegenomen sinds het aantreden in Brazilië van president Bolsonaro, een politieke rauwdouwer die lak heeft aan Europese zorgen omtrent klimaat en duurzaamheid. Kort nadat vorige zomer een akkoord bereikt was over de inhoud van het verdrag – dat nu nog door juristen wordt uitgewerkt – dreigde de Franse president Macron het Mercosur-verdrag niet te zullen ratificeren omdat Bolsonaro tegen hem gelogen zou hebben over zijn milieubeloften.
Op de achtergrond speelden echter ook de bezwaren van Franse boeren. Net zoals in Nederland creëren handelsverdragen ook elders in Europa ongebruikelijke coalities tussen milieuactivisten en boeren. Inmiddels ligt het verdrag ook in Ierland en Oostenrijk onder vuur. Ook in het Europees Parlement bestaan grote reserves.
Zelfs de Europese Commissie, de bijenkoningin als het gaat om het produceren van handelsverdragen, liet vorig jaar november weten aarzelingen te hebben. Bolsonaro’s besluit om een verbod op de productie van suikerriet in het Amazonegebied uit 2009 in te trekken leidde tot kritiek uit Brussel. Brazilië hoopt de export van biobrandstof gemaakt uit suikerriet te verhogen als de handelsdeal erdoor is. Maar de Commissie liet weten dat ‘signalen die de verkeerde richting uitgaan het ratificatieproces kunnen bemoeilijken’, aldus The Financial Times. De ontbossing in Brazilië bereikte in 2019 zijn hoogste niveau in tien jaar. Ondertussen zijn ook de spanningen tussen Mercosur-landen Brazilië en Argentinië dermate hoog opgelopen dat sommigen zelfs speculeren over het voortbestaan van het handelsblok.
Vanuit Brussel wordt - in tegenstelling tot bij Ceta - niet geschokt gereageerd op de Nederlandse aarzelingen. ‘Hoewel wij geloven dat het akkoord waarden als duurzame ontwikkeling bevordert en gunstig is voor Europese boeren, producenten en consumenten, blijven we goed luisteren naar de verschillende meningen van betrokken partijen’, laat een woordvoerder van de Commissie weten. ‘We zijn op de hoogte van het debat hierover in verschillende lidstaten.’
Tegen deze achtergrond is de aangenomen motie tegen het Mercosur-verdrag een nieuw golfje in een toch al roerige zee die dit verdrag nog moet bedwingen. De Commissie laat via een woordvoerder weten dat de juridische beoordeling van de overeengekomen tekst nog voortduurt. ‘Het tijdpad en de specifieke juridische stappen van het formele ratificatieproces zullen pas worden bepaald als dit proces voorbij is, en de teksten in alle officiële EU-talen zijn vertaald.’ Kortom, het is zelfs nog niet duidelijk of nationale parlementen nodig zijn voor ratificatie. Pas als de finale documenten beschikbaar zijn, naar verwacht niet voor november, bepaalt het kabinet zijn positie.
Minister van Buitenlandse Handel Sigrid Kaag heeft de Kamer een debat toegezegd voordat het kabinet zijn positie inneemt in de Raad – waar alle lidstaten al dan niet goedkeuring verlenen. Het verdrag heeft een lange weg afgelegd, en heeft gezien alle hoofdbrekens waarschijnlijk nog een lange weg te gaan. In de tussentijd kunnen Nederland en Frankrijk pronken met hun onlangs gelanceerde plannetje om milieu-, klimaat- en arbeidsnormen in handelsverdragen beter afdwingbaar te maken. Maar voorlopig is het handelsverdrag met Canada voor dit kabinet een echt hoofdpijndossier, en Mercosur nog even niet.