Weekendwijsheid van Babs Gons: ‘Draag felle kleuren’

Babs Gons (49): ‘Je bent als mens een soort kunstwerk. Je hoeft je daarom echt niet elke dag in grijze lappen te hullen. Ik vind het heerlijk om mezelf juist fel en contrasterend te kleden, weet ik sinds een jaar of twintig. Vooral zodra ik de neiging voel me in iets donkers of onbetekenends te hullen, omdat ik een sombere dag voel komen, geef ik mezelf een schop: ‘Nee, doe maar iets knals aan’. Kleur heeft invloed op je, je wordt er vanzelf blij van. Als het mistig, regenachtig of donker weer is, of er is bijvoorbeeld een slechte kabinetsformatie, en je komt aan in een gele jas en groene sjaal en knaloranje schoenen, gaan mensen echt stralen. Voorbijgangers praten ook vaak tegen me op straat. ‘Wat een leuke jas, ik word er helemaal vrolijk van!’

Het gaat ook om moeite doen om er iets van te maken. Het is nu zo makkelijk om drie dagen in je verwassen pak rond te lopen, maar fleurige kleuren doen iets met je humeur. Het werkt, het heelt. Ik word chagrijnig als ik naar buiten kijk en alleen maar mensen zie met grijze en zwarte jassen. Jeetje, jongens. Het mag ook wel een keer rood zijn. Ik zie alleen maar grijs, en het is al zo grijs buiten. Nu ik uit het raam kijk, zie ik welgeteld één iemand rondlopen met een knalrode lange jas. Zij heeft het begrepen, denk ik dan.

Bij mij kwam de ommekeer van grauw naar kleur als één moment. Ik keek naar m’n kledingkast en zag alleen bruin en beige. Waarom heb ik eigenlijk geen turquoise kledingstukken?, dacht ik. Nu zijn zelfs mijn schoonmaakdoekjes turquoise.’