InterviewOla Mafaalani
‘Vrouwen moeten zich afvragen: hoe veroveren wij onze seksualiteit terug op de commercie?’
Vrouwen op hoge posities krijgen vaak te weinig ruimte om hun feminiene kant te laten zien, vindt theaterregisseur Ola Mafaalani. Haar reeks Vrouwen in bad gaat over erotiek, seksualiteit en vrouwelijke kracht. En ja: er wordt gebadderd.
Toen regisseur Ola Mafaalani (53) voor haar laatste theaterproject Taste moest vergaderen met een tafel vol mannen – initiatiefnemers, financiers, de zakelijke leiding, schoof ze aan in haar tangojurk. Hoge hakken, opgetut van top tot teen, met bloedrode lippenstift en een roos in haar haar. Ze schaterlacht, een uitbundige, klaterende lach die gedurende het gesprek vaker zal klinken, en klapt in haar handen. ‘Die mannen keken mij aan van: gaat het wel goed? En ik zei, heel rustig: ik wil alleen maar zeker zijn dat jullie weten dat ik een vrouw ben.’
Wat zoiets oplevert? Een kleine schok aan die tafel, maar ook, zegt ze: een zekere lichtheid; een ander soort energie. Mafaalani noemt dat ‘feminiene energie’. Je moet het haar horen zeggen, met die zangerige stem waarin je haar Syrische afkomst terughoort, plus een charmant vleugje Duits accent – toen ze 2 was verruilden haar ouders Damascus voor het Duitse Bochum, op haar 24ste kwam ze naar Nederland. Hier verwierf ze naam als theaterregisseur, eerst bij onder meer Toneelgroep Amsterdam en de Koninklijke Vlaamse Schouwburg, en tussen 2009 en 2017 als artistiek directeur van het Noord Nederlands Theater in Groningen. Daar maakte ze bekroonde voorstellingen als Fellini, Elf Minuten en Medea, en de bejubelde toneelversie van de Deense politieke serie Borgen, als negen uur durende theaterbingesessie.
In haar voorstellingen figureren clowns, live musici, amateurspelers, trapezewerkers en travestieten; haar werk is kleurrijk, wervelend, uitgesproken en emotioneel, net als zij. Deze krant doopte haar ooit tot ‘de koningin van de theatrale fantasie’.
Maar nadat ze acht jaar een groot theatergezelschap had geleid, was die creativiteit en fantasie een beetje op, aldus Mafaalani. De oorzaak, volgens haar: als directeur sprak ze steeds vooral het ‘mannelijke deel’ van haar karakter aan, gechargeerd: de planmatige, competitieve, doelgerichte, zakelijke kant. Terwijl haar vrouwelijke kant (Ola: ‘Plezier! Spel, verrassing, creativiteit, inspiratie!) in de verdrukking raakte. Ze lacht haar aanstekelijke lach: ‘Die kant is van mij afgepakt! En nu wil ik hem terug.’
Ze besloot een sabbatical te nemen van twee jaar – wat niet helemaal lukte omdat er een prestigieuze regieklus bij het Berliner Ensemble tussendoor kwam (Les enfants du Paradis, 2018). Maar uiteindelijk kon ze zich toch zo’n anderhalf jaar ‘min of meer onafgebroken’ wijden aan verrijkende workshops, al dan niet via Zoom, in het teken van ‘female empowerment’, of het versterken van je vrouwelijke kracht. Ook volgde ze tangolessen en deed ze een cursus Hawaïaanse Hula-dans.
Mafaalani ontvangt op het Amsterdamse zolderkantoor van Female Economy (voorheen Zina), waarvan ze sinds een jaar samen met Adelheid Roosen de artistieke leiding vormt. Ze draagt een gul gedecolleteerde kaftan, en heeft vandaag een witte bloem in het dikke, zwarte sprookjeskoninginnenhaar. Om de haverklap springt ze op, draait een gelukzalige pirouette of demonstreert soepel het resultaat van de Hula-cursus. ‘Mijn Hula-docente zei: ‘het hart van de vrouw zit in haar heupen.’
Tenminste twintig workshops deed ze (‘waarschijnlijk meer!’), veelal Amerikaans, van meer of minder bekende coaches als Christian Pankhurst, John Wineland, David Deida en Nina Lombardo, met intrigerende namen als The Art of Creation Through Desire, The Power of Pleasure, Authentic Sex, of, kortweg: Pussy.
Op de boekenplank prijken al even fascinerende titels: Desire. Coming As You Are. Clitorical Truth, Period Power. Stralend: ‘En nu wil ik alles wat ik geleerd heb combineren met theater en mijn inzichten doorgeven aan andere vrouwen op hoge posities.’
Voor de helderheid: Mafaalani maakt dus onderscheid tussen masculiene en feminiene energie (‘Iedereen noemt het anders. Ik noem het maar even zo’), die mannen en vrouwen beiden in zich hebben. ‘We leven allemaal in dat evenwicht, ook hormonaal.’ De twee vullen elkaar aan, we hebben ze allebei nodig, er is geen sprake van goed of fout, en nee, ze heeft geen hekel aan mannen, integendeel (‘Italianen! Die vind ik leuk’). Maar haar nieuwe artistieke missie is om bij succesvolle vrouwen zoals zijzelf, die zich op de arbeidsmarkt wellicht te zeer hebben aangepast, de onderdrukte ‘feminiene energie’ te bevrijden. Hoe? Cryptisch: ‘Vrouwen moeten weer in bad!’ Zie daar, haar nieuwe theatrale coachingstraject annex ‘selfcare retreat’: Vrouwen in bad. Nu in de maak.
Voor de research voor Borgen, over een vrouwelijke premier, las ze indertijd al veel over vrouwelijk leiderschap in een door mannen gedomineerde arbeidsmarkt. ‘Omdat vrouwen lang niet mochten werken en er dus geen invloed op hadden, heeft de arbeidsmarkt zich ontwikkeld als masculien systeem. Kijk alleen al naar het verschil in salarissen en de ideeën over de verdeling tussen werk en zorg. Hoe hoog je ook komt, als vrouw, je leeft in een masculiene schepping. En die stimuleert je masculiene kant. Topvrouwen anno nu hebben die tot in de puntjes geperfectioneerd.’
De eerste drie generaties feministen, hun grote verdiensten ten spijt, hebben in de strijd voor gelijke behandeling ook vooral het masculiene in de vrouw aangesproken, vindt Mafaalani. ‘Op die manier kun je heel succesvol zijn. Dat was ik ook. En toch miste ik altijd iets heel wezenlijks, omdat ik een deel van mezelf niet toeliet.’
Maar wat is dat dan precies, en hoe zou dat meer ruimte kunnen krijgen op de werkvloer? Hartstochtelijke zucht. ‘Ik droom bijvoorbeeld van een wereld waarin je – man, vrouw of anders – tijdens een vergadering gewoon kan huilen als een onderwerp treurig is; of het nou over het klimaat gaat, kansenongelijkheid of corona. Als je oprecht geëmotioneerd bent tijdens een speech of een vergadering is dat een taal die iedereen raakt en direct begrepen wordt. Omdat het menselijk is. Daar moeten we niet overheen bluffen, we moeten het laten zien. Dat is een vorm van integriteit.’
Daarin lijkt een kentering op komst, denkt ze. ‘Ik heb het idee dat veel mensen, ook mannen, gevoeliger zijn geworden voor dit geluid.’
Vandaar dus Vrouwen in bad. Voor drie groepen van zo’n 40 vrouwen creëert Mafaalani vijf verschillende thema-avonden van drie uur, waarin coaching, oefening, uitwisseling, eten, drinken en theater samenkomen. Mafaalani zelf is de ceremoniemeester en wordt artistiek bijgestaan door acteurs Adelheid Roosen, Nazmiye Oral, Anna Drijver, Naomi van der Linden en Henke Tuinstra, die bij de thema’s passende scènes spelen, geschreven door onder anderen toneelschrijver Melissa Knollenburg en dichter Radna Fabias. Er hebben zich al deelnemers ingeschreven uit het bedrijfsleven, de wetenschap, de advocatuur, de zorg en de academische wereld, glundert Mafaalani. ‘Het is heel gevarieerd. Ik ben zo gelukkig!’
De titel moet u letterlijk nemen: op dit moment zijn in Limburg 40 doorzichtige baden in de maak, waarin de deelneemsters plaatsnemen, naar eigen inzicht al dan niet naakt. ‘Van mij mag je ook in badpak, of boerkini of een wetsuit. Al wikkel je jezelf in een tapijt, I don’t care, zolang jij je maar fijn voelt.’ Vanonder de baden straalt licht naar boven. Want: ‘Als een vrouw goed in haar vel zit, dan kan ze de hele ruimte doen oplichten.’ Ooit, hoopt Mafaalani, wordt haar ‘vrouwen in bad’ een gevleugeld begrip. ‘Straks heb je de hammam, vrouwen in bad, de sauna, enzovoorts.’
En waarom moeten die vrouwen eigenlijk in bad? ‘Dat staat voor mij voor ontspanning, overgave, sensualiteit en liefdevolle zelfzorg.’ Ze springt op: ‘Ooo, ik verheug me hier zo op! Ik kan echt niet wachten tot dit gebeurt!’
Elke avond heeft een ander thema, te beginnen bij, hoe kan het ook anders: plezier. De tweede is ‘erotica’, gevolgd door ‘inner bitch’, dan ‘overgave’, en, tot slot, ‘wensen’.
Ja, erotica. Want seksueel bevrijd of niet, op het gebied van erotiek en sensualiteit is er voor de westerse vrouw nog een wereld te winnen, zegt Mafaalani. ‘Ik heb onderzoek gedaan naar de seksuele vorming van meisjes en vrouwen over de hele wereld en je staat versteld. Dat het hier allemaal wel prima gaat is echt een gróót misverstand. Er zijn nog zoveel taboes.’
Neem alleen al het verschil met haar eigen, half-Syrische opvoeding. ‘Als ik als puber terug was in Damascus, doken mijn tantes bovenop me: hup, benen wijd, eens kijken hoe het daaronder gaat. ‘Wat, hars jij nog niet?’ Of ze inspecteerden even grondig mijn borsten. Trui uit, voelen, ‘die moet je masseren hoor, zo.’ Dan gingen ze koken en dansen, en gaven elkaar ondertussen zeer expliciet en gedetailleerd seksueel advies.’
In de westerse wereld is de vrouwelijke seksualiteit gekaapt door porno en commercie, die een veel te beperkt beeld van erotiek voorspiegelen. ‘Dit!’ Ze pakt een Playboy van de grond en mept op het covermodel: glad, strak, wijdbeens, goudbruin geairbrusht, en naakt op haar kousen en stiletto’s na. ‘Dit is het probleem! Onze seksualiteit is een verkoopproduct, gemodelleerd naar de wensen van mannen, of hun veronderstelde wensen tenminste. En het lijkt wel alsof wij het daarom zijn gaan wantrouwen.’ En dan is er natuurlijk nog de begrijpelijke angst voor misbruik en grensoverschrijdend gedrag.
Terecht hoor, vindt ze, dat veel vrouwen af willen van dat mannelijke dictaat van vrouwelijke sensualiteit. Maar, ze grinnikt om haar eigen woordgrapje: je moet natuurlijk niet het kind met het badwater weggooien. ‘De vraag die we ons moeten stellen is: wat dan wel? Hoe dan wel? Hoe veroveren wij onze seksualiteit terug op de commercie?’
Mafaalani heeft wel een idee: door echt onbelemmerd te onderzoeken wat we zelf mooi, prettig en lekker vinden. En dat kan alleen maar door het uit te proberen, zegt ze. ‘Je hoofd kan een oordeel hebben over, ik zeg maar iets, lingerie. Bijvoorbeeld dat dat sexy is volgens de mannelijke norm. Maar je weet helemaal niet hoe je lijf erop reageert.’ Ondeugend: ‘Misschien raak je onder de juiste voorwaarden wél... geïnspireerd. Er zit maar één ding op: experimenteren!’
Bij één van haar vele Zoom-workshops was de opdracht dan ook: koop vijf lingerie-items die je uit zelf nóóit zou dragen. ‘En toen heb ik iets gevonden…’ Weer een ferme tik op het Playboymodel. ‘Dit vind ik niks. Dat zit niet goed. Maar ik vond wel een schitterende doorschijnende witte peignoir, met een superzacht bontrandje dat ik alsmaar wilde aaien, zalig! Ik ben er zelfs mee gaan stofzuigen, in dat ding, op zúlke hoge hakken.’
De licht verbouwereerde tegenwerping dat dat nu juist het ultieme pornocliché is – de sexy, serviele huisvrouw, immer gedienstig en gewillig, ontlokt haar weer een gulle schaterlach. ‘Dan hebben ze dat óók al van ons afgepakt!’
Maar serieus: ‘Als dat niet jouw ding is, zoek je iets anders. Kies een stof die jouw huid triggert en whoe! doet. Het gaat om jou: wat vind jij leuk? Wat is winst voor jou?’
Je komt in elk geval nooit tot nieuwe inspiratie zonder voorbeelden van anderen, zegt ze. Daarom is ‘uitwisseling’ een belangrijk onderdeel van Vrouwen in bad, waarbij deelnemers in alle openheid hun vragen, verlangens en ervaringen delen, een beetje zoals haar Syrische tantes.
Door er als vrouw bewuster bij stil te staan, te experimenteren en van elkaar te leren kunnen we de zeggenschap over onze seksuele expressie terugveroveren, aldus Mafaalani.
‘Ik wil dit weer bevrijden in ons! Het is zó leuk om die kant van jezelf naar buiten te laten, volgens jouw wensen, en onder jouw voorwaarden. Want het mooiste, en krachtigste dat er is, is een vrouw die plezier heeft.’
Vrouwen in bad vindt plaats van 24 februari t/m 26 maart 2022. Inschrijven kan nu.