Voortgeaet onderwijs rekent op akkoord
De sociale partners in het voortgezet onderwijs - bonden en schoolbesturen - verwachten maandag een akkoord te sluiten over een nieuwe CAO....
Van onze verslaggever
AMSTERDAM
Volgens werkgevers en werknemers in het voortgezet onderwijs rechtvaardigt deze geste enig vertrouwen in het welslagen van de onderhandelingen. De CAO-partners hadden twee weken geleden na afloop van de vierdaagse estafettestaking in het voortgezet onderwijs al afgesproken weer met elkaar om tafel te gaan zitten. Schoolbesturen en bonden wezen een voorstel van minister Ritzen om hun geschil aan arbitrage te onderwerpen af.
De financiële injectie van het ministerie vergroot de kansen op een akkoord aanzienlijk. Het CAO-overleg is tot dusverre namelijk niet vastgelopen op principiële geschilpunten, maar op de smalle budgettaire marges waarbinnen de onderhandelingen werden gevoerd. De ruimte die nu is geschapen, moet volgens beide partijen overeenstemming mogelijk maken. De bonden hebben ingezet op een reductie van het maximumaantal lesuren van 28 naar 26 per week. Daarnaast dringen zij aan op een seniorenregeling die strookt met de afspraken die hierover in het basisonderwijs zijn gemaakt. Ook willen zij dat docenten die deel uitmaken van een ondernemingsraad, hiervoor worden gecompenseerd in werktijd.
Alleen bij het laatste punt is er volgens CNV-onderhandelaar F. van Rooij sprake van 'enig wisselgeld'. Wat de andere verlangens betreft, zullen de bonden zich maandag onwrikbaar opstellen. Van Rooij: 'Deze twee punten zijn onderling niet uitwisselbaar. De achterban verwacht van ons dat beide zichtbaar zullen zijn in de nieuwe CAO.'
Van Rooij noch werkgeversonderhandelaar J. Gispen verwacht dat deze eisen een akkoord in de weg zullen staan. Al tekent de laatste daarbij wel aan dat 'van de bonden wel enige inschikkelijkheid wordt verwacht'.
Eerder deze maand heeft minister Ritzen gepoogd de onderhandelingen vlot te trekken met een financieel gebaar. Dat had volgens een woordvoerder van de minister toen niet het beoogde effect, omdat 'de partners er mentaal nog niet aan toe waren'.
Ze hadden zich achter hun standpunten verschanst en wilden hun posities niet meer verlaten. Nu is de goede wil er wel, meent hij.