ReportageOp het werk
Verplicht naar kantoor: ‘Wij zitten met elkaar in een kleine ruimte lekker te niezen, hoesten en alles aan te raken’
‘Blijf thuis’, is het motto. Toch gaat ruim tweederde van de mensen naar het werk. Een deel omdat ze daartoe worden gedwongen door hun baas. Daar moet het kabinet harder tegen optreden, vinden partijen in de Tweede Kamer. Maar dat is nog niet zo makkelijk.
Het is al met enige schaamte dat makelaar Pieter (37) elke ochtend om half acht de deur uit gaat. Bang dat zijn maatpak en aktetas zijn bestemming zullen verraden. En jawel hoor, na een paar scheve gezichten van de buurvrouw met de poedel, kwam onlangs het als vraag verpakte verwijt. ‘Ga je nou nog stééds naar kantoor?’ Pieter haalde verontschuldigend zijn schouders op. ‘Sorry, maar mijn baas denkt dat hij boven de regels staat.’
Thuiswerken is een van de effectiefste maatregelen tegen de verspreiding van het coronavirus. Toch werkt bijna 30 procent van de werknemers die dat wel kunnen niet vanuit huis. Waar tijdens de lockdown het afgelopen voorjaar het woon-werkverkeer halveerde, ging afgelopen week meer dan tweederde van de werkenden naar het werk. En dat is niet zonder risico: 16,3 procent van de getraceerde besmettingen was terug te leiden naar de werksituatie.
Wilt u dit artikel liever beluisteren? Hieronder staat de door Blendle voorgelezen versie.
Kantoortuinen
Het is dan ook niet verwonderlijk dat in het debat over de avondklok werd gewezen naar de kantoortuinen: dáár zou het kabinet eens de spierballen moeten tonen. In plaats van werknemers op te roepen zoveel mogelijk thuis te werken, zou het werkgevers moeten aanpakken, vonden partijen in de Kamer. Want sommige bazen zouden hun personeel dwingen op kantoor te verschijnen.
In een enquête van vakbond CNV zei 25 procent naar kantoor te moeten terwijl het werk vanuit huis kon worden gedaan. Ook FNV zegt ‘tientallen’ meldingen te hebben ontvangen. ‘De oproep zou daarom moeten zijn: werkgevers zorg dat mensen thuis kunnen en mogen werken’, zegt FNV-vicevoorzitter Kitty Jong. ‘Nu wordt de verantwoordelijkheid bij de werknemer gelegd. Het wil in de Haagse bubbel maar niet doordringen dat veel mensen niet zoveel zeggenschap over het eigen werk hebben als zijzelf. Ik ken verhalen van managers die zeggen: het is nu wel klaar met corona.’
Lekker bij elkaar niezen en hoesten
Dat geldt ook voor de werkgever van Pieter. In het voorjaar mocht hij een blauwe maandag thuiswerken, maar nu zit hij elke dag op kantoor in Amsterdam-Zuid waar hij zijn bureaublok deelt met drie collega’s. Zijn baas heeft het gevoel dat er op de zaak harder wordt gewerkt. ‘Hij heeft ook makkelijk praten met zijn eigen kantoor, wij zitten met elkaar in een kleine ruimte lekker te niezen, hoesten en alles aan te raken.’
Ook werktuigbouwkundige Jasper (27) zat zich de afgelopen maanden te verbijten als tijdens de persconferenties werd gehamerd op thuiswerken. Hij zou best willen, maar zijn baas vindt het ‘oneerlijk’ tegenover collega’s in de fabriek. Het stelde Jasper en zijn kantoorgenoten voor een dilemma: ‘Gaan we het juiste doen en onszelf in de voet schieten of maken we er op kantoor het beste van?’ Het werd het tweede. ‘Ik werk hier een jaar en ik ben de jongste, dus ik wil niet tegen te veel schenen schoppen.’
Drukte op de weg
Volgens VNO-NCW/MKB-Nederland doen dergelijke negatieve voorbeelden ‘het merendeel van de werkgevers’ te kort die zich wel aan de regels houden. De werkgeversorganisatie benadrukt dat de helft van de banen niet thuis kan worden uitgevoerd en vermoedt dat de toegenomen drukte op de weg ook komt doordat er minder wordt gecarpoold.
‘Maar zoals er burgers zijn die zich niet aan de regels houden, zijn er soms ook ondernemers die dat niet doen’, stelt een woordvoerder. ‘Misschien is dat vanwege de druk om in deze moeilijke tijd het hoofd boven water te houden, maar wij horen ook dat werknemers soms smeken of ze een dagje naar kantoor mogen.’
Ironisch genoeg is die wens om terug te keren naar kantoor soms juist ingegeven door een maatregel die werknemers thuis moest houden: de schoolsluiting. Zo schreef freelance journalist Eva Munnik haar stukken eerst vanuit huis, maar gaat ze daarvoor nu naar kantoor of naar een hotel. ‘Want als ik een vrouw twee uur lang moet interviewen over de zeven miskramen die ze kreeg, is het echt uit den boze dat mijn 9-jarige er op de achtergrond doorheen praat.’ Het gevolg: meer reisbewegingen. Niet alleen voor Munnik, maar ook voor de oppas die ze voor die dagen inhuurt.
‘Besloten’ plaatsen
Het is de vraag welk gereedschap het kabinet nog over heeft om op te treden op de werkvloer. Volgens het ministerie van Sociale Zaken is het niet mogelijk bedrijven preventief te sluiten, zoals de horeca, omdat het ‘besloten’ plaatsen zijn. Ook als er sprake is van een besmetting kan het kabinet daartoe niet overgaan, bleek donderdag tijdens het debat. Wel kan de Inspectie SZW bedrijven die coronamaatregelen overtreden tijdelijk stilleggen, dat is bij een handvol gebeurd.
Volgens FNV zou een thuiswerkrecht helpen om werknemers meer zeggenschap te geven over hun werk. GroenLinks en D66 hebben hiervoor al een wetsvoorstel ingediend. Maar hoogleraar arbeidsrecht Evert Verhulp betwijfelt of dat echt zal werken. ‘Ondernemingsvrijheid is een fundamenteel recht. Dus ook met een thuiswerkrecht kan de werkgever met heel goede argumenten komen waarom een werknemer toch op kantoor moet zijn.’
Piketpaaltje
Makelaar Pieter heeft zijn pogingen om thuiswerken af te dwingen inmiddels gestaakt. Om collega’s op afstand te houden, heeft hij op anderhalve meter van zijn bureau wel een piketpaaltje neergezet. Het is meer voor de vorm, want als ze tijdens de vrijmibo eenmaal een flesje wijn hebben geopend aan de bar, lijkt het soms weer even 2019. ‘Dan denk ik: dit gaat lekker jongens, als niemand dit maar ziet.’
Om de geïnterviewden te beschermen zijn de namen van de werknemers geanonimiseerd.
Lees ook
Zakken chips delen op de vrijmibo en schouder aan schouder lunchen: niet alle werkgevers houden zich aan de coronarichtlijnen.
Wat betekent langdurig thuiswerken voor de BV Nederland? De Volkskrant zocht het uit.
Eenzaamheid in coronatijd dreef jongeren dit najaar terug naar kantoor, zag onze verslaggever in de spits.