Reconstructie
Vermoeidheid, drukte en app in storing. Waarom het tellen van de stemmen langzamer ging dan normaal
De telling verliep dit jaar moeizamer dan anders. Een storing in de StembureauApp, oververmoeidheid bij tellers en drukte op stembureaus leidden in meerdere gemeenten tot vertraging. Twee nachten na de verkiezingen was de definitieve uitslag nog steeds niet overal bekend.
Al snel na het sluiten van de stembureaus viel bij de NOS Uitslagenavond de vertraging op. Om 1:30 uur ’s nachts waren pas van 77 gemeenten uitslagen binnen. Vier jaar eerder bij de Provinciale Statenverkiezingen op hetzelfde tijdstip waren al 206 uitslagen binnen, blijkt uit cijfers van persbureau ANP.
Gemeenten noemen verschillende oorzaken voor de vertraging. Een deel liep vertraging op door de storing in de StembureauApp, die achttien gemeenten gebruikten om de stempassen automatisch mee te scannen en tellen. ‘Stembureauleden moesten daarom op sommige plekken handmatig tellen om de processen verbaal in te kunnen vullen’, zegt een woordvoer van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG), die de app beheert. Nijmegen was een van de gemeenten die hiermee kampten.
Oververmoeidheid bij de stemmentellers was een andere vertragende factor. Het ministerie van Binnenlandse Zaken kreeg daar in de loop van de verkiezingsnacht zo veel signalen over binnen, dat ze gemeenten opriep om donderdagochtend pas verder te tellen. Verschillende gemeenten gaven gehoor aan die oproep.
Delft stuurde de tellers rond 4 uur ’s nachts naar huis. Bij 7 van de 44 stembureaus waren toen nog niet alle stembiljetten geteld. Vervolgens was het wachten op die locaties, voordat de gemeente haar definitieve uitslag door kon geven.
Onevenredig verdeeld
De zeven stembureaus waren later dan de rest, omdat de drukte niet evenredig over de stad was verspreid, schrijft een gemeentewoordvoerder in een reactie. ‘Veel mensen kozen voor een van de stembureaus in en rond de binnenstad, in plaats van in de eigen wijk. Op het drukste stembureau werden ruim vierduizend stemmen uitgebracht. Het minst drukke stembureau in Tanthof (een buitenwijk in Delft, red.) telde bijna zeshonderd stemmen.’
De hekkensluiter in de provincie Utrecht, de gemeente Veenendaal, wijt de vertraging aan een combinatie van grotere belangstelling voor de waterschapsverkiezingen en minder stembureaus. ‘We hebben meer stemmen ontvangen bij minder stembureaus en die hebben we dus ook met minder tellers en stembureauleden verwerkt.’ Kiezers konden dit jaar bij 24 stembureaus in Veenendaal stemmen. Bij de vorige Provinciale Statenverkiezingen waren er nog 36 locaties.
De gemeente Amsterdam telde dit jaar, net als sommige andere gemeenten, volgens een andere methode. Het tellen gebeurde op één centrale plek, in plaats van per stembureau. Op woensdagavond telde de gemeente slechts de hoeveelheid stemmen per partij, de hoeveelheid stemmen per kandidaat volgde pas vanaf donderdagochtend. De gemeente mikte er op vrijdag aan het eind van de middag klaar te zijn.
Uit de evaluatie van het ministerie van Binnenlandse Zaken moet blijken of er nog andere redenen waren waarom de verkiezingsuitslag later was dan normaal. Op vrijdag 24 maart stelt de Kiesraad definitieve verkiezingsuitslag vast.