Verkoop nieuwbouw gehalveerd
AMSTERDAM Het gaat slecht met de verkoop van nieuwbouwwoningen. In het derde kwartaal is het aantal verkochte nieuwe woningen gehalveerd ten opzichte van het kwartaal ervoor....
De eerste twee kwartalen lieten juist nog een grote stijging lieten zien. Volgens Nico Rietdijk, directeur van de Nederlandse Vereniging van Bouwbedrijven en Projectontwikkelaars (NVB Bouw), zal de omzet van de bouwsector in 2011 met 60 procent dalen. Hij verwacht dat er dat jaar 43 duizend nieuwe woningen bij komen. In 2009 waren dat er nog 83 duizend.
De opleving in de woningmarkt is volgens Rietdijk vastgelopen na de val van het kabinet. De onduidelijkheid over de hypotheekrenteaftrek en de nog onbekende bezuinigingsmaatregelen leiden ertoe dat de verkoop van nieuwe woningen inklapt. ‘Het moeizame formatieproces heeft ook een negatieve invloed’, zegt Rietdijk.
De tweede belangrijke oorzaak van de stagnatie is de hoge grondprijs van gemeenten. De gemiddelde prijs van een nieuwbouwwoning is gedaald naar het niveau van 2002, terwijl de grondprijs nog op het niveau ligt van 2008. In Nederland is het gebruikelijk om de grondprijs evenredig te laten stijgen met de gestegen prijs van huizen. Echter, bij een daling van de huizenprijs verlagen de gemeenten de grondprijs niet.
Volgens Rietdijk is het slikken of stikken voor de gemeenten. ‘De gemeenten doen niets aan de prijzen, omdat ze de inkomsten al hebben begroot. Maar het risico is dat ze volgend jaar met nog meer kosten worden geconfronteerd als de grond niet wordt verkocht. De rente loopt immers door.’
Peter Boelhouwer, hoogleraar volkshuisvesting aan de TU Delft, denkt dat de gemeenten geen keus hebben. ‘In vergelijking met bestaande bouw is de prijs van nieuwe huizen te hoog. Dat komt door de hoge grondprijs, waarin ook de infrastructuur en het aangelegde groen van de nieuwbouwwijk wordt doorberekend. Dat geld moet uit een andere pot komen. Het is niet eerlijk om de koper ook met die kosten op te zadelen.’
Volgens de Nederlandse Vereniging van Makelaars (NVM) hebben jonge woningzoekenden nog een tegenvaller te verwerken: zij kunnen bijna geen starterslening of koopsubsidie meer krijgen. ‘Die geldpotjes zijn zo goed als op. Slechts bij enkele gemeenten kunnen kopers nog een starterslening aanvragen.’