NieuwsWolvenjongen
Veluws wolvenpaar vormt gezin: goed nieuws of voorbode van ellende?
Drie tot vijf welpjes zijn geteld op de Veluwe. En voortekenen voor verdere uitbreiding zijn er ook. Gaat het vanaf nu hard met de wolf in Nederland? Voedsel is er in overvloed. Ruimte minder.
12 seconden slechts duurt het fragment waarop drie dartele wolfjes zijn te zien die nieuwsgierig de omgeving verkennen. De beelden, woensdag verspreid door Natuurmonumenten, zijn het bewijs: het wolvenvrouwtje dat sinds vorig jaar op de Veluwe woont, heeft een gezin gevormd. Mogelijk drie tot vijf welpjes zijn geteld, vermoedelijk in april geboren. ‘De wolf heeft zijn plek gevonden’, zegt ecoloog Michiel van der Weide van Natuurmonumenten. ‘Supergaaf nieuws’ noemt hij hun geboorte.
Provincie Gelderland>
De wolf is al langer terug, vorig jaar werden er al tien gespot. En in de sterren (en de keutels en sporen die de beesten her en der achterlieten) stond te lezen dat een gezin op komst was, omdat zich een mannetje had gevoegd bij het vrouwtje. Eind april werden ze voor het eerst gefotografeerd.
Wilt u dit artikel liever beluisteren? Hieronder staat de door Blendle voorgelezen versie.
Voedsel in overvloed
Nu zijn er dus welpjes. Is hun geboorte een voorbode van een grote populatie Nederlandse wolven? Dat is koffiedik kijken, zegt de ecoloog van Natuurmonumenten. Voedsel is er in overvloed, stelt Van der Weide. ‘In Nederland leven 100 duizend reeën, de voornaamste prooi.’ Ruimte is een groter vraagstuk. Wolvenroedels hebben er veel van nodig, zo’n 200 vierkante kilometer. De Veluwe omvat ongeveer 1.000 vierkante kilometer, dus er zouden vier tot vijf roedels kunnen leven.
De eerste voortekenen voor verdere uitbreiding zijn er ook: midden op de Veluwe zit nog een vrouwtje, dat krijgt binnenkort vast ook een partner, denkt Van der Weide. ‘Het kan dus hard gaan.’ De wolf zal vooral leven in de grotere bosgebieden in het midden en oosten van Nederland.
Het enthousiasme van Natuurmonumenten wordt niet door iedereen gedeeld. Seger Emmanuel baron van Voorst tot Voorst, directeur van het Nationale Park de Hoge Veluwe, beziet de komst van de wolf met lede ogen. ‘Ik ben niet anti-wolf’, zegt hij. ‘Het is een schitterend dier. Maar ik denk niet dat Nederland geschikt is voor de wolf.’ Zij die staan te jubelen hebben geen notie van de gevolgen, vindt de baron; ‘geen expert, slechts een simpele landeigenaar’.
Moeflon
Hij vreest voor de moeflon, het enige dier dat grove dennen eet en dat er al ruim een eeuw voor zorgt dat open gebieden niet dichtgroeien, en daarmee de biodiversiteit bewaakt. Verdwijnt de moeflon (‘ook een publiekslieveling’), dan verdwijnt ook belangrijke biodiversiteit, stelt Van Voorst tot Voorst. ‘En dat voor een handvol wolven.’
Van der Weide ziet weinig problemen. De schapensector moet gesteund, zowel financieel als praktisch, zegt hij. Bijvoorbeeld bij de aanleg van rasters om de wolf te weren. Maak die rasters een stukje groter, 120 centimeter, ‘en zet er goed stroom op’. Wolven springen niet over de rasters heen, zoals honden. ‘Die hebben dat aangeleerd. Wolven zullen altijd proberen eronderdoor te gaan.’ Staat er stroom op, dan moet het dier dat bekopen met een flinke tik op de neus. ‘Dan bedenkt ie zich wel twee keer of hij verder gaat.’
Rasters
Als de aanleg van rasters voortvarend ter hand wordt genomen, kunnen wolf en schaap prima naast elkaar leven, denkt Van der Weide. ‘Echt kletskoek’, reageert Van Voorst tot Voorst. Het is ondoenlijk om al die duizenden hectare af te rasteren. ‘Bovendien, als je dat doet, kunnen de reeën er ook niet meer langs en schaad je opnieuw de biodiversiteit.’
De komst van de wolf is daarom geen goed nieuws, zegt hij. Nederland is te dichtbevolkt voor het dier. ‘Ik ben heel benieuwd wat er gebeurt als straks die 30 miljoen toeristen weer naar de Veluwe komen. Deze dieren hebben zich in het najaar gevestigd, toen het rustig was. Wolven houden niet van drukte, dus het is interessant wat er gaat gebeuren.’
Wolven houden niet van mensen, zegt Van Voorst tot Voorst. ‘En mensen houden niet van wolven. Dat is eeuwen zo geweest en dat zal nu niet veranderen.’
Natuurmonumenten>