Vanaf april mogen we weer: verse ansjovis uit de Oosterschelde, maar dit heerlijke recept mag nu al

Nu is het nog te koud, maar vanaf april kunnen ze weer naar Nederland komen: de ansjovissen. Wie denkt dat ansjovis alleen maar in warmere delen van Europa leeft, heeft het mis. Vroeger zwommen er ook grote scholen ansjovis in de toenmalige Zuiderzee en in de Waddenzee. Sinds 1960 zijn ze daar vrijwel verdwenen, onder meer door de Afsluitdijk. Maar in de Oosterschelde zwemmen ze nog steeds. Ze komen er om te paaien op de hoger gelegen zandbanken - waar het water net iets warmer is - en doen dat bij voorkeur in brak water: in de Oosterschelde dus. In Bergen op Zoom wordt die ansjovis nog op een traditionele manier gevangen en zodra hij er weer is, staan de mensen er te trappelen voor een zakkie verse of door de vissersfamilie Van Dort in het zout ingelegde ansjovis. Een ware delicatesse.

Smelt de ansjovis in de olijfolie op heel laag vuur: ongeveer 5 minuten. Draai het vuur uit en roer de knoflook en de citroenrasp erdoor. Maal er wat peper boven.

Wrijf de kippenbouten ermee in en leg ze, met aanhangende olie en al, in een ovenschaal. Laat bij voorkeur 30 minuten marineren of ga direct door.

Verwarm de oven voor op 180 graden. Braad de bouten ongeveer 40-45 minuten. Voeg dan de radijsjes aan de schaal toe en schep ze door het braadvet.

Bak nog zo'n 10-15 minuten of tot ze net aan gaar zijn. Blus de schaal af met wat citroensap, voeg het klontje boter aan de pan toe, schep alles om en bestrooi rijkelijk met peterselie. Lekker met stokbrood om de ansjovisolie mee op te moppen.

^{Yvette van Boven laat het ovengerecht wekelijks zien op Instagram: @yvettevanboven}