Profiel
Van wereldberoemd vluchteling in de VS tot Cubaanse parlementariër: het wonderlijke leven van Elián González
Ruim twintig jaar geleden werd Elián González, toen nog maar een jongetje, in kringen van Cubaanse ballingen in de Verenigde Staten vereerd als een anticommunistische heilige. Inmiddels is hij 29 jaar oud en staat hij op het punt toe te treden tot het parlement van Cuba als lid van de communistische partij.
Elián was bijna zes toen hij in 1999 voor de kust van Florida uit de zee werd gevist. Het bootje, waarmee zijn moeder en hij uit Cuba waren gevlucht, was gezonken. Daarbij verdronk zijn moeder, maar Elián werd na twee dagen dobberend in een binnenband door de Amerikaanse kustwacht gered.
Zijn redding leidde tot een maandenlange propagandaoorlog tussen het bewind van Fidel Castro en Cubaanse ballingen in Miami. Zijn vader in Cuba, die niets van hun vlucht wist, eiste dat Elián zou worden teruggestuurd. Maar de kleine Elián was inmiddels opgenomen door familie van zijn overleden moeder in Miami, die weigerde hem terug te geven aan Fidel Castro voor wiens dictatoriale bewind zijn moeder was gevlucht.
President Bill Clinton en zijn minister van Justitie Janet Reno vonden dat Eliáns vader gelijk had, maar het huis van Eliáns oud-oom Lázaro in Miami’s Cubaanse wijk Little Havana was inmiddels een bedevaartsoord geworden voor Cubaanse ballingen en andere anticommunistische activisten.
Door God naar VS gebracht
Tegenstanders van het bewind van Fidel Castro spraken vol devotie over Elián, die door God naar naar de VS zou zijn gebracht. Sommigen beweerden dat hij door dolfijnen richting de kust was geduwd, terwijl anderen voorspelden dat dit ‘wonderkindje’ het einde van Castro’s bewind zou worden.
Republikeinse Congresleden schaarden zich achter Eliáns familie in Miami en probeerden er (vergeefs) een wet door te drukken waardoor het jongetje de Amerikaanse nationaliteit zou krijgen. Zelfs Clintons vice-president Al Gore was tegen zijn uitlevering, vermoedelijk met het oog op de stemmen van de Cubaanse gemeenschap bij de presidentsverkiezingen in 2000.
Van zijn kant stookte Castro het propagandavuurtje op door te dreigen met een militaire operatie waarbij Cubaanse commando's Elián zouden bevrijden uit de greep van de fanatieke ballingen in Miami. Maar uiteindelijk viel een eenheid van de Amerikaanse immigratiedienst in opdracht van minister Reno in april 2000 het huis binnen om Elián bij zijn familie in Miami weg te halen.
Nazipraktijken
De beelden van een agent die met een automatisch geweer een familielid dwingt Elián uit handen te geven leidden tot woedende reacties in het Republikeinse kamp. Burgemeester Rudy Giuliani van New York had het over ‘nazipraktijken’.
Het Amerikaanse Hooggerechtshof wees de klachten van Eliáns Amerikaanse familie echter af, waarna zijn vader, die naar de VS was overgekomen, met zijn zoontje kon terugkeren naar Cuba.
Sindsdien is Elián een modelburger geworden in Cuba. Hij ging bij de communistische jeugdliga en meldde zich al op 15-jarige leeftijd aan bij het leger. Het Cubaanse partijblad Granma prees hem bij de bekendmaking van zijn voordracht voor het parlement als iemand die ‘het beste van de Cubaanse jeugd vertegenwoordigt’.