Thuis tanden bleken vergt onderhoud
Alternatief voor de bleekshop: met gel thuis je tanden bleken. Maar je moet wel maat zien te houden. Anders wordt je gebit dof als krijt.
Toen Hidde Stuur (35) uit Amsterdam drie jaar geleden voor het eerst zijn tanden liet bleken bij een bleekkliniek, lag hij dezelfde avond met pijn op bed. ‘Mijn tanden waren heel gevoelig. Die eerste avond was heel erg. Als ik ademhaalde en de lucht erlangs ging, deed het al pijn. Ik heb er twee dagen last van gehad. Daarna trok het weer bij.’
Ook het resultaat was niet geweldig, zegt hij. ‘In eerste instantie waren mijn tanden heel wit. Maar dat is niet lang zo gebleven. Na drie maanden was het weg.’
Bitje
Een half jaar later stelde zijn tandarts voor om het anders te doen. Van zijn tanden werd een afdruk genomen en een bitje gemaakt. Twee weken lang deed hij het bitje, gevuld met bleekgel, elke nacht in zijn mond. Ook daarvan werden zijn tanden na een tijdje gevoeliger. ‘Maar wel veel minder. Op den duur werden ze ook wel wat minder wit, maar ze bleven wel witter dan de vorige keer. Nu hou ik het gewoon bij.’
Hoewel de bleekklinieken nog steeds uit de grond schieten, is allang duidelijk wat je het beste kunt doen, zegt Joost Roeters. ‘Alle wetenschappelijke onderzoeken tonen aan dat thuisbleken met een bitje het meest effectief is, ook op lange termijn.’ Roeters is tandarts, universitair hoofddocent tandheelkunde aan de Radboud Universiteit en mede-auteur van het Handboek voor Esthethische Tandheelkunde.
Thuisbleken – onder begeleiding van een tandarts – duurt langer, maar het is te doen terwijl je slaapt. In het bitje wordt een bleekgel gespoten met een lage concentratie waterstofperoxide, zo’n 3 procent. Het bitje gaat een paar weken ’s nachts of overdag een paar uur in. Door die lange periode werkt het beter, zegt Roeters. ‘Het dringt dieper door in de tand en daardoor bleekt het ook je tandbeen. Dat is het binnenste deel van je tand en bepaalt grotendeels de tandkleur.’
Waterstofperoxide
In een bleekkliniek is het juist kort maar heftig. In de bleekgels zitten hoge concentraties waterstofperoxide: tussen de 10 en 35 procent. De patiënt ligt gemiddeld een uur in de stoel. Vaak wordt een lamp of een laser gebruikt om het proces te versnellen. Ook sommige tandartsen gebruiken deze methode.
‘Als je uit zo’n kliniek komt, zijn je tanden weliswaar vaak heel erg wit, maar dat komt gedeeltelijk doordat je tanden uitdrogen’, zegt Roeters. ‘Daardoor wordt het glazuur ondoorzichtiger, en dus witter. Als je een föhn op je tanden zou zetten, heb je hetzelfde effect. Pas vijf weken na het bleken kun je zeggen wat het echte resultaat is. Dan hebben de tanden al het vocht weer opgenomen.’
Ook bij het thuisbleken drogen de tanden uit en is pas later te zien wat het wordt, zegt hij. ‘Maar uiteindelijk is het effectiever. Uit onderzoek blijkt ook dat veel mensen niet tevreden zijn met de bleekkliniek en dan thuis alsnog met een bleeklepel of een bitje aan de gang gaan.’
Geschreeuw
Dat de bleekklinieken zo veel klanten trekken, bevreemdt hem. ‘Het thuisbleken is bovendien goedkoper. Maar ja, er is een hoop geschreeuw in de markt. Als er met een laser wordt gewerkt, denken mensen al snel dat dat het beste is. Ik nodig klinieken altijd uit om met onderzoeken te komen die aantonen dat hun methode beter is. Maar die heb ik nog nooit gezien. Ja, soms sturen ze hun folder. Maar dat is geen wetenschap.’
Beide bleekmethoden zijn wel veilig, zegt hij. ‘Soms zie je dat tanden tijdelijk gevoeliger worden. Maar meestal is dat van voorbijgaande aard. Je moet wel oppassen bij hoge concentraties waterstofperoxide. Daar kun je brandwonden van krijgen op je tandvlees, al gaat dat ook wel weer over.’
Tanden bleken is niet voor eeuwig. Bij thuisbleken met een bleeklepel duurt het gemiddeld twee tot vier jaar voordat er een opfrisbeurt nodig is. ‘Wanneer zo’n beurt nodig is na bleken in de kliniek met een lamp, is onbekend’, zegt Roeters. ‘Daar is geen onderzoek naar gedaan.’
Hardheid
Een ander risico is het afnemen van de hardheid van de tanden. De helft van de onderzoeken zegt dat het een fractie kán afnemen, zegt Albert Schuurs, tandarts, universitair hoofddocent aan het Academisch Centrum Tandheelkunde Amsterdam (ACTA) en mede-auteur van Tanden Bleken. ‘Maar meestal is het onbetekenend. De andere helft van de onderzoeken zegt dat er niets gebeurt.’
Schuurs vindt het, net als Roeters, van belang altijd een tandarts te raadplegen. ‘Je moet eerst kijken hoe het kómt dat de tanden verkleurd zijn. Als een tand dood is, is het soms veel efficiënter om van binnenuit te bleken.’ Ook als een patiënt veel vullingen of fluorverkleuringen heeft, moet een tandarts beoordelen wat er mogelijk is, stelt hij.
Zelf is Schuurs voorstander van snelbleken. ‘Misschien valt de kleur wat sneller terug, maar je loopt niet het risico dat een patiënt als een gek alsmaar doorgaat met bleken. Ik hoor ook vaak dat mensen het vervelend vinden om met zo’n bitje te slapen, en dat ze stoppen.’
Oncomfortabel
Ook bleekkliniek Perfectsmile zegt dit soort klachten te horen. ‘Het is oncomfortabel’, aldus een woordvoerder. ‘Die bitjes passen soms net niet, waardoor het prikt op je tandvlees. Wij maken ze wel eens, maar er is minder vraag naar. Ik ken geen vergelijkende onderzoeken naar beide methoden, volgens ons zijn ze even goed. Als mensen trouwens echt een Hollywoodsmile willen, moeten ze facings nemen, porseleinen schildjes op je tanden. Dat is wel een stuk duurder.’
Onlangs zag Schuurs een Belgische serveerster die aan het bleken was geslagen. ‘Die had spierwitte krijtjes. Ze was veel te lang doorgegaan. Haar tanden waren helemaal dof. Maar ze waren wel wit, ja.’