Tevreden rokers

De souplesse van Hoogervorst is een verademing vergeleken met het fundamentalisme waarmee zijn voorgangster Els Borst tegen de rokers ten strijde trok. Zij wilde Nederland voor honderd procent nicotinevrij maken, terwijl ze opvallend coulant was als het om cannabis, xtc en alcohol ging.

Dat Hoogervorst wel streng is ten opzichte van sportkantines en andere plaatsen waar veel jongeren komen, maakt duidelijk dat hij de gevaren van het roken serieus neemt. Aan de andere kant strijkt Hoogervorst terecht met de hand over het hart als het gaat om rokersruimten in psychiatrische inrichtingen, verzorgingshuizen en daklozencentra.

In de strijd tegen het roken is de afgelopen jaren veel gewonnen. Niet-roken is terecht de norm geworden in de publieke ruimte. De grote gevaren van roken voor de gezondheid zijn iedereen ingepeperd; het advertentieverbod voor sigaretten was een ultieme stap om de burgerij niet aan de verleiding van deze slechte gewoonte bloot te stellen.

De overheid moet in haar ijver de bevolking aan te zetten tot deugdzaamheid grenzen respecteren. Een volledig rookvrije horeca was duidelijk een stap te ver. In de eerste plaats omdat de bedrijfstak, die toch al in de problemen zit, te zwaar door een integraal verbod zou zijn getroffen. Maar ook omdat de uiteindelijke verantwoordelijkheid van de burger voor zijn eigen gezondheid en die van zijn medemensen niet door de overheid kan worden overgenomen. Tenslotte zou het rookvrij maken van Nederland een enorme extra belasting van het justitieel apparaat met zich meebrengen.

Hoogervorst eist terecht van de horeca dat niet-rokers zoveel mogelijk ontzien moeten worden. Waar mogelijk moeten rookvrije ruimten worden ingericht. Dit is overigens in het belang van de caféhouders en restaurateurs zelf, want de meeste niet-rokers zijn geen geheelonthouders.

De wapenstilstand tussen minister Hoogervorst en de horeca heeft ook betrekking op de coffeeshops. Rookvrije coffeeshops waren op zichzelf al moeilijk voorstelbaar - al is het technisch mogelijk cannabis zonder nicotine binnen te krijgen. Het zou dit kabinet sieren wanneer het op dezelfde pragmatische manier het cannabisprobleem zou aanpakken. In plaats van het verbieden van de productie en het gedogen van de consumptie, is het beter softdrugs op dezelfde manier te benaderen als nicotine. Het is ongezond en gevaarlijk, maar legaliseren is beter dan verbieden.