Succesvolle zomer voor de Taliban
De Taliban hebben een succesvolle zomer achter de rug. De spectaculaire gevangenisuitbraak in Kandahar in juni zette de toon. Inwoners raakten ervan overtuigd dat de stad in handen van de opstandelingen kon vallen....
Intussen verbreken Taliban dodelijke records. In juli pleegden ze hun grootste zelfmoordaanslag tot nu, bij de Indiase ambassade in Kabul (58 doden), en ze wisten in augustus met een hinderlaag tien Franse militairen te doden. Verrassend waren ook de twee frontale aanvallen op Amerikaanse militaire bases in het oosten van het land. Eent werd verijdeld, maar een ander leidde ertoe dat de Amerikanen de post moesten opgeven.
Hoe komen de Taliban zo sterk?
De belangrijkste oorzaak is de zwakheid van de tegenpartij. Doordat er in grote delen van Afghanistan geen gouverneurs, politieagenten, militairen, onderwijzers of artsen zijn, voelen burgers zich in de steek gelaten. En daar waar wel ambtenaren functioneren, zijn corruptie en criminaliteit aan de orde van de dag.
Pijnlijk is het voorbeeld van de provincie Wardak, vlak onder Kabul. Een jaar geleden stuurde het ministerie van Binnenlandse Zaken een bataljon politieagenten naar Wardak. De eenheid heette 04, uit te spreken als sifr char . Maar al snel kregen ze de bijnaam sifr choor (0-plunderen). Stammenleiders reisden af naar Kabul om te klagen bij de regering. Maar daar kregen ze geen gehoor. Nu sympathiseren ze met de Taliban.
Lokale infiltratie is het sterkste punt van de Taliban. Daarbij maken ze handig gebruik van stammentwisten. Als ze eenmaal ergens voet aan de grond hebben, zetten ze een schaduwbestuur op. In Noord-Uruzgan is de Talibanpost van districtsgouverneur gewilder dan de officiële functie.
Talibanrechters zijn het populairst. Strijd om land is een belangrijke oorzaak van geweld. Maar als men via officiële kanalen een rechtszaak aanspant, kost dat jaren tijd en een berg smeergeld. Met de Taliban is het in een middag gepiept. Bovendien is er de zekerheid van afschrikking. Ophanging en het afhakken van handen zijn reguliere strafmaatregelen.
De andere bron van kracht voor de Talibanbeweging ligt buiten Afghanistan. Alle islamitisch-extremistische groepen die onder de naam Taliban samenwerken, opereren tamelijk ongestoord vanuit Pakistan. In het zuiden van Afghanistan vechten vooral traditionele Taliban, wier leiders in Quetta zouden zitten. In noordoosten van Afghanistan is er de Hizb-i-Islami van de voormalige mujahedinleider Gulbuddin Hekmatyar, die zijn hoofdkwartier heeft rond de Pakistaanse stad Peshawar.
Vanuit Waziristan opereren Baitullah Mehsud en Jalaluddin Haqqani, ook oud-mujahedinstrijder. . Mehsud zou zich vooral richten op het verwoesten van wederopbouwprojecten. Haqqani’s mannen strijden tegen Afghaanse en Amerikaanse militairen.
De infiltratie is goed merkbaar in de oostelijke provincie Khost. Jongeren worden daar gerekruteerd en naar Pakistan gestuurd voor training, volgens mauli Nusrullah Qasemi, het hoofd van de geestelijke raad in Khost.
Al Qaida heeft een enorme invloed op de Talibanbeweging, volgens meerdere bronnen. Het terreurnetwerk, dat eveneens zou opereren vanuit Pakistan, heeft de Taliban geprofessionaliseerd. Van Al Qaida-strijders hebben de Taliban internetpropaganda en zelfmoordaanslagen geleerd, en nieuwe militaire technieken.
‘Vroeger schoten Taliban bijna lukraak vanuit de laadbak van een truck’, zegt Brian Glyn Williams, hoogleraar Islamitische Studies aan de Universiteit van Massachusetts in Dartmouth. ‘Nu leggen ze complexe hinderlagen.’
Het zijn de lessen van Irak die nu in Afghanistan worden toegepast, volgens Williams. ‘De jihadi’s die uit Irak zijn verdreven door de lokale sjeiks, zetten nu de heilige strijd voort in Afghanistan.’
De toestroom van buitenlandse strijders wordt ook gesignaleerd door de ISAF-troepenmacht, de Afghaanse regering en lokale stammenleiders. Vooral Arabieren, Oezbeken en Turken komen naar verluidt naar Afghanistan om te vechten. Ze zijn radicaler en beter getraind dan de Taliban. Bij ingewikkelde hinderlagen fungeren buitenlandse strijders als planners en artilleristen en de Afghaanse Taliban als kanonnenvlees, zegt Haroun Mir van de Center for Research and Policy Studies in Kabul.
De strategie van de Taliban wordt volgens Mir bepaald door (voormalige) leden van de Pakistaanse inlichtingendienst ISI. Ook de Afghaanse president Karzai, de CIA en onafhankelijke experts wijzen op betrokkenheid van ISI-leden. Hun doel zou zijn om buitenlandse militairen te verjagen uit Afghanistan, wier aanwezigheid het grootste obstakel is voor de overwinning van de Taliban, ex-bondgenoten van Pakistan.
Door stevig in te zetten op cruciale plekken (Kandahar, Kabul, Lashkar Gah) proberen Taliban de buitenlandse troepenmacht te ontregelen, aldus Mir. ‘Ze weten dat ISAF niet voldoende militairen heeft om vlak achter elkaar op verschillende plekken te kunnen opereren.’ Niet alleen militairen worden aangevallen, ook zogeheten zachte doelen: politici, vrachtwagenchauffeurs en hulpverleners. Dit versterkt de onrust onder de lokale bevolking en westerlingen.
Voorlopig zal het geweld aanhouden, is de wijdverbreide verwachting. Of de Taliban uiteindelijk zullen overwinnen, hangt af van de Afghaanse en Pakistaanse regering. Hun zwakheid is de belangrijkste kracht van de Taliban.