NieuwsVerkiezingen Sri Lanka
Sri Lanka kiest ‘terminator’ Gotabaya Rajapaksa als nieuwe president
De presidentsverkiezingen in Sri Lanka zijn gewonnen door oppositieleider Gotabhaya Rajapaksa. Hij kwam uit de bus als grote winnaar van de verkiezingen in de Zuid-Aziatische eilandstaat.
De kandidaat van de regeringspartij, Sajith Premadasa, erkende zondag zijn nederlaag en feliciteerde zijn rivaal met diens overwinning. De 70-jarige voormalige defensieminister Rajapaksa, bijgenaamd ‘Terminator’, was nauw betrokken bij de militaire operatie tegen de Tamil-opstandelingen in de burgeroorlog die tien jaar geleden eindigde.
De keuze voor Rajapaksa lijkt het antwoord op de IS-aanslag van afgelopen Pasen op diverse kerken en westerse hotels waarbij ruim 260 doden vielen. Veiligheid was hét thema in de verkiezingscampagne van de twee belangrijkste kandidaten. Sinds de aanslagen is de economisch belangrijke toeristische sector in Sri Lanka in een impasse geraakt.
Bijna 16 miljoen burgers gingen zaterdag naar de stembus om te stemmen. Zondag bleek inderdaad een oude bekende te zijn teruggekeerd: ‘Gota’, zoals hij ook wel wordt genoemd, is de jongere broer van ex-president Mahinda Rajapaksa. Die regeerde van 2005 tot 2015 op dictatoriale en wrede wijze het land. In 2009 maakte hij samen met zijn broer hardhandig een einde aan de opstand van de Tamil Tijgers die vochten voor een onafhankelijke staat.
Omdat hiermee een einde kwam aan een decennia durende burgeroorlog worden de broers Rajapaksa door een groot deel van de boeddhistische meerderheid van de bevolking nog altijd als helden gezien. Vanwege deze wapenfeiten worden zij nu ook in staat geacht om korte metten te maken met het opkomende moslimextremisme in Sri Lanka.
Nationalistische sentimenten
Met de terugkeer van de Rajapaksa’s moet gevreesd worden voor onderdrukking van de religieuze minderheden in het land. In zijn strijd tegen de Tamils voedde Rajapaksa extreme nationalistische sentimenten die leidden tot bloedige aanslagen op moslimgemeenschappen. Tegenstanders en critici van het regime werden opgepakt, gemarteld en ‘verdwenen’ soms helemaal.
Zittende president Maithripala Sirisena, die in 2015 was verkozen, deed niet mee aan de verkiezingen maar stond zijn plaats af aan partijgenoot Sajith Premadasa, een zoon van een voormalig president die door de Tamil Tijgers is vermoord. In zijn campagne hamerde hij vooral op verbetering van sociale programma’s en het verbeteren van de eenheid in het land. Hij waarschuwde voor een nieuwe periode van onderdrukking en geweld als zijn rivaal Rajapaksa aan de macht komt.
De huidige regering van Sri Lanka staat bekend als zwak en corrupt. De aanslagen in april hebben haar positie verder ondermijnd omdat achteraf bleek dat signalen van een op handen zijnde aanslag door veiligheidsdiensten waren genegeerd. Die zwakte speelde Rajapaksa in de kaart.
De bijna twee miljoen moslims in Sri Lanka houden hun hart vast. Ze zijn vaker slachtoffer geworden van wraak, waarvoor de aanleiding een stuk futieler was dan de bloedige aanslagen.
De aanslagen op Eerste Paasdag in Sri Lanka zijn met inmiddels 359 doden de dodelijkste, maar zeker niet de eerste aanslagen op religieuze en culturele minderheden in Zuid-Azië. Waarom neemt geweld tegen minderheden daar zo toe?