'Spannend, een vriendje met een vuurwapen'
Hij ging al jong de criminaliteit in om zijn verslaving aan softdrugs te bekostigen. En nooit vroegen zijn ouders hoe hij die scooter kon betalen.
'Vroeger lieten Marokkaanse probleemjongeren zich nog wel aanspreken door oude mannen. Ja oom, reageerde je dan als je werd terechtgewezen. Een politieagent had dat effect niet. Wat die zei, dat boeide niemand wat. Maar dat respect voor de oude mannen is verdwenen. De tijden zijn veranderd. Ze spreken de taal niet, weten niets van iPhones en Playstations. Mijn nichtje van 3 kan daar beter mee omgaan dan de vaderfiguren in de buurt.'
Naar wie ze nog wel luisteren? Abdelkarim (21), die zelf jaren in de drugscriminaliteit heeft gezeten: 'Naar foute vrienden. Niet naar ouders. Bij Marokkanen thuis wordt nauwelijks over problemen gesproken.'
Abdelkarim, die niet met zijn echte naam in de krant wil, is in Nederland geboren in een groot gezin. 'Mijn ouders hadden het heel moeilijk. Ze waren beiden analfabeet. Ze konden mij niet bijstaan.' Op de basisschool, een zwarte, was hij een goede leerling. 'Ik verplichte mezelf tienen te halen. Ik was bijdehand, wist van alles van de Koude Oorlog en de oude Marokkaanse koning Hassan II.'
Bij de overstap naar de middelbare school ging het mis. Abdelkarim wilde naar de havo of het vwo. 'Ik zat net twee weken in de brugklas toen ik een Turks vriendje uit de buurt tegenkwam. Hij had een vuurwapen. Ik vond dat spannend, vroeg of ik mocht schieten. Ik werd enthousiast. In de Turkse gemeenschap kom je makkelijk aan wapens. Bij Marokkanen ligt dat anders. Als er mot is, halen Marokkanen hun broers en neven erbij om iemand neer te steken, of in coma te slaan. Een Turk steekt niet. Die schiet een kogel in je hart of hoofd.
'Bij mij kwam het draaipunt toen ik met softdrugs begon. Eerst rookte ik een jointje per week, later was ik elke dag stoned. Ik bouwde contacten op in de drugswereld. Op school zakte ik in no time naar vmbo-niveau.
'Jointjes roken is een dure hobby, merkte ik. Oudere jongens hadden een oplossing voor mijn geldgebrek, een koeriersbaantje. Bij mijn eerste opdracht werd ik nog begeleid door een oudere jongen. Daarna kreeg ik mijn eigen handel.
'Steeds dieper zakte ik weg in de criminaliteit. Ik raakte betrokken bij heling. Mooie fietsen verkocht ik voor 400 euro aan doodgewone mensen. Ik rookte op school tijdens de pauze en op het werk. De problemen stapelden zich op. Ik had wel drie telefoons, was steeds bezig met dealtjes. Ik leefde van dag tot dag.
'Of mijn ouders nooit wat hebben gemerkt? Nee, ik wilde het ouderlijk huis niet bezoedelen. Heb nooit dure meubels, of een plasma-tv voor ze gekocht. Ik gaf mijn geld uit aan kleren, uitgaan, drugs en meisjes. Had ook een eigen scooter.
'Mijn ouders vroegen nooit hoe ik die scooter kon betalen. Zolang de politie niet aan de deur kwam en ik mijn school afmaakte, was er niets aan de hand.'
Abdelkarim maakte de overstap van vmbo naar de havo. Daar deed hij nogal lang over. Uiteindelijk begon zijn vader, die wist dat hij een goed stel hersens heeft, zich zorgen te maken.
'Hij zei: als je zo doorgaat, kom je in een fabriek te werken. Met je 40ste ben je versleten. Dat raakte me. Ik wilde niet de rest van mijn leven in die duistere wereld blijven. Ik wilde stoppen met roken, uit de criminaliteit, aan een hbo-opleiding beginnen.'
Met dat doel voor ogen is het Abdelkarim gelukt af te kicken. Geleidelijk dreef hij weg uit het criminele circuit. Hij kreeg andere vrienden, een normaal leven. 'Moeilijk was het wel, je mist het snelle geld. Ik heb nu allerlei rotbaantjes om één smartphone te kunnen betalen. Maar ik leef nu echt.'
Hij is aan een universitaire opleiding begonnen. En hij is verhuisd. Als hij terug is in zijn stad, ziet hij Marokkaanse jongens rondhangen en blowen. 'Wow, denk ik dan, ze worden steeds jonger. Het wordt ook harder allemaal, de grenzen schuiven op, ze hebben nu ook wapens.'
Zijn ouders weten nog steeds niet dat hij in drugs handelde. 'Ik ben nooit gepakt, daar was ik te slim voor.'
Abdelkarim heeft groot respect voor moeders als Fatima, die hun zoon uit de coffeeshop slepen. 'De meeste moeders weten niet hoe het er bij de jongeren aan toe gaat. De oudste zoon wordt eropuit gestuurd, die zelf vaak ook in die wereld zit. Ik ken genoeg gevallen waarbij broers met elkaar gaan samenwerken en zo een netwerk opbouwen. Die film Wolf weerspiegelt goed hoe het er in de criminaliteit aan toe gaat.'
Hij raadt ouders alles te bespreken met hun kinderen, de angst voor straf weg te nemen. 'Zeg nooit: als je dat doet, een jointje roken bijvoorbeeld, dan krijg je een stevig pak slag, dan mag je oprotten. Nu wordt bijna alles stiekem gedaan, roken, uitgaan. Zo kom je makkelijk in een verkeerd circuit, zonder dat iemand het merkt.'
undefined