Soekarno-magie is uitgewerkt
Megawati dacht als dochter van Soekarno recht te hebben op het presidentschap. Na drie jaar was maar 39 procent van de Indonesi het daar nog mee eens exit 'ibu Mega'....
Drie jaar heeft Megawati Soekarnoputri op de stoel van haar vader mogen zitten. Die drie jaar zijn voor de Indonesi voldoende geweest om een ding zeker te weten: Megawati is haar vader niet. Een andere reden om haar op die zetel te zetten was er niet. Haar royale nederlaag in de presidentsverkiezingen bewijst dat de magie van de familienaam Soekarno is uitgewerkt. Zelfs de gezamenlijke macht van alle grote partijen, te elfder ure verenigd in een Coalitie van het Volk, heeft Megawati's val niet meer kunnen verhinderen.
Het afscheid moet Megawati pijn doen. Meer dan eens heeft zij laten merken dat zij het presidentschap beschouwde als iets waar zij, als oudste dochter van de legendarische stichter van de natie, recht op had. Zij was in Indonesiang niet de enige die dat dacht.
In 1993 werd zij tot voorzitter gebombardeerd van de Partai Demokrat Indonesia (PDI), de opvolger van haar vaders nationale partij. Drie jaar leidde zij de partij geruisloos, tot een ruzie om het leiderschap de partij in tweespleet. Megawati's aanhangers bezetten het PDI-hoofdkwartier, maar op 27 juli 1996 deden haar tegenstanders, gesteund door troepen van leger en politie een overval op het gebouw. Tal van partijleden kwamen om.
Reconstructies van het incident brachten onlangs een duistere kant van haar aan het licht: gebrek aan medeleven. Megawati was niet in het hoofdkwartier tijdens de aanval. Zij zou volgens geruchten vantevoren op de hoogte zijn geweest. Toen zij achteraf hoorde hoeveel doden er waren gevallen zei zij volgens getuigen: 'Ik heb ze toch niet gevraagd om voor mij te vechten?'
In 1996 wist niemand dat. Het bloedbad gaf Megawati de stoot die zij nodig had. Het maakte van haar en haar partij martelaren: slachtoffers van het Soeharto-bewind. Megawati werd op slag hsymbool van verzet en van de aspiraties van de bevolking, die naar verandering snakte. Ibu Mega, moeder Mega, werd zij genoemd. Vooral het arme deel van het volk droeg haar op handen. Dat vertaalde zich na de val van Soeharto in een enorme verkiezingsoverwinning. Bij de parlementsverkiezingen van 1999 haalde Megawati's PDI, inmiddels omgedoopt in PDI-Perjuangan (Strijd), de zege.
Niet Ibu Mega, maar Abdurrahman 'Gus Dur' Wahid werd echter door het volkscongres tot president benoemd. Zij moest genoegen nemen met het vice-presidentschap. Toen Gus Dur in 2001 door het parlement werd afgezet, werd zij president. Zij zou het land leiden als een huisvrouw, beloofde zij, want die weet hoe met geld om te gaan en hoe de familie bij elkaar te houden. Tijdens haar eerste bezoek aan het presidentieel paleis streek Megawati met haar vinger langs kasten en kozijnen om vast te stellen dat het zojuist schoongeboende paleis alsnog een stofbeurt nodig had.
Als president ontpopte Megawati zich als een zwijgzame, afstandelijke persoonlijkheid die genoot van de ceremoni kanten van haar positie, maar slecht uit de voeten kon met de serieuze kanten van het presidentschap. Haar 'kabinet van wederzijdse hulp' was een losse verzameling ministers die elke leiding ontbeerden en elkaar zo nu en dan naar het leven stonden.
Megawati liet iedereen begaan en deed alles om geen van de heersende machten tegen zich in het harnas te jagen. Met de mond beleed zij een 'oorlog tegen de corruptie', maar onder haar beleefden corruptie en nepotisme een nieuwe bloeiperiode. Zij schiep de sfeer waarin dat mogelijk was. Vanuit haar kantoor werden benoemingen geregeld en posten verdeeld, zoals dat ook onder de dictatoriale Soeharto gebeurde.
Aan kritiek had Megawati een hartgrondige hekel. Demonstranten die haar portret bezoedelden konden rekenen op gevangenisstraf. Zij hield er de bijnaam Soehartoputri, dochter van Soeharto, aan over. Megawati bleek ook meer op te hebben met de gouverneur van Jakarta dan met de vele tienduizenden armen wier krottenwijken hij liet platwalsen. Ook hier toonde zij een kennelijk gebrek aan medeleven.
Megawati's grootste verdienste is wellicht geweest dat zij tijdens haar korte bewind niet heeft verhinderd dat de Indonesische bevolking mondiger is geworden. De altijd zo onderdanige Indonesi durfden hun eigen keuze te bepalen. Bij de parlementsverkiezingen gaven zij Megawati al een eerste afstraffing: haar corrupte PDIP raakte eenderde van haar zetels kwijt. Nu is ook Megawati haar zetel kwijt. De kans dat zij hem ooit terugwint lijkt verkeken.