Shakespeare's rotvogels in Central Park
In 1890 liet de welgestelde Amerikaan Eugene Schieffelin in Central Park, New York, honderd spreeuwen los. Hij had die in kooitjes per stoomschip uit Europa laten overkomen, want in Amerika kwamen deze vogels niet voor....
De Nederlandse bioloog en schrijver Tijs Goldschmidt, hoofdpersoon in deze uitzonderlijke televisievertelling, glimlacht wat ongemakkelijk onder zoveel grootsteedse directheid. Gold schmidt is in New York voor nader onderzoek naar een hardnekkig verhaal waarover hij al in zijn jongste boek Oversprongen schreef: dat Schieffelin en diens Acclimatisation Society zich vanaf 1871 inzetten voor de introductie in Noord-Amerika van die Europese dieren en planten die ten minste één maal in het verzameld werk van William Shakespeare worden vermeld.
De spreeuw, heeft Gold schmidt uitgezocht, komt welgeteld één maal voor bij Shakespeare, in Henry IV, dus het verhaal kan kloppen. Eenmaal in de Public Library in New York vindt de bioloog/schrijver de originele oprichtingsakte van de club, die zich inderdaad inzette voor de import van Europese dieren en planten. Maar Shakespeare blijft onvermeld, constateert hij sip. Wat hij wel vindt, is een oude familiebeschrijving van de van oorsprong Duitse Schieffelins, van wie Eugene algemeen bekend stond als hevig geïnteresseerd in zowel de kunsten als literatuur en wetenschappen. En als verwoed amateur-vogelaar.
Het zou dus kunnen kloppen, het verhaal van de via Shakespeare in Amerika geraakte spreeuw, maar veel dieper graven Goldschmidt en Noorderlicht niet. Misschien hoeft dat ook niet. Goldschmidt debuteerde met zijn boek Darwins Hofsvijver over de introductie van de Nijlbaars in het Victoriameer en welke ramp dat voor de ecologie betekende. Zijn filosofische kijk op de werkelijkheid maakte van haast elk oersaai gegeven alsnog een prachtige vertelling.
Nu declameert hij in Central Park verlegen een Amerikaans gedicht over twee spreeuwen waarnaar hij zeven weken non-stop heeft gezocht. Een gids wijst ter illustratie naar de nestkasten voor de inheemse spechten. Daarop zijn sinds kort verticale plastic pijpjes voor het gat gemonteerd. Zodat de klimmende specht er wel in kan. En Shakespeare's rotvogel niet.