Vijf lessenseksuele voorlichting

Seksuele voorlichting? Praat niet alleen over soa’s en zwangerschappen, maar ook over de clitoris

Middelbare scholieren vinden hun seksuele voorlichting onvoldoende, stelt een rapport van Rutgers woensdag. Samen met scholieren zocht het kenniscentrum voor seksualiteit ook uit hoe het dan wél moet. Dit zijn de vijf dingen die anders moeten.

Marieke de Ruiter

1. Seksuele voorlichting moet ook in de bovenbouw worden gegeven

Hoe de seksuele voorlichting van Aryan Rezaei (18) was? Hij kan het zich nauwelijks herinneren. De laatste les was in de tweede klas. Samen met zeventien andere jongeren interviewde hij in opdracht van Rutgers bijna driehonderd scholieren over hun ervaring met seksuele voorlichting op school. De belangrijkste conclusie: seksuele voorlichting moet ook in de bovenbouw worden gegeven. Volgens het onderzoek Seks onder je 25e is de helft van de jongeren tijdens de eerste keer ouder dan 18,6 jaar. De gemiddelde tweedeklasser is 13. Seksuele voorlichting moet beter aansluiten bij de levensfase van jongeren, vindt onderzoeker Marianne Cense van Rutgers daarom. ‘Jongeren in de onderbouw zijn bleu, ze zoenen. Jongeren in de bovenbouw zeggen: nu heb ik verkering en vraag ik me af hoe ik het moet doen. Maar dan hebben ze vaak geen seksuele voorlichting meer.’

Wilt u dit verhaal liever beluisteren? Hieronder staat de door Blendle voorgelezen versie.

2. Seksuele voorlichting moet niet worden beperkt tot de biologieles

Bij seks komt bovendien meer kijken dan biologie, vervolgt Cense. ‘Het gaat er ook om wat je wensen en grenzen zijn.’ Jongeren worstelen bovendien met technische vragen. Nine van Hemert (18), die ook deelnam aan het onderzoek, wilde bijvoorbeeld alles weten over de eerste keer. ‘Ik was benieuwd of jongens dat net zo spannend vonden, maar dat ga je natuurlijk niet op de man af vragen.’ De klas zou voor zo’n discussie de juiste plek zijn, denkt ze. Maar welk lokaal? Volgens Belle Barbé, die docenten traint in het geven van seksuele voorlichting, heeft de hele school de verantwoordelijkheid om met leerlingen in gesprek te gaan over seksualiteit. ‘Conciërges hebben veel contact met jongeren in de pauze, die zien het als leerlingen elkaar voor homo uitschelden. De docent Nederlands kan boeken erover op de lijst zetten.’

3. Het moet ook leuk zijn

Blader een biologieboek door en je zou bijna vergeten dat seks ook leuk is. ‘Het is vooral: draag een condoom, pas op voor soa’s en zwangerschappen’, zegt Rezaei. Seksuele voorlichting lijkt soms regelrechte rampenbestrijding. Maar Barbé ziet wel een lichtpuntje: uitgever Malmberg brengt volgend jaar een nieuwe versie uit van zijn veelgebruikte biologieboek. Daarin zal voor het eerst de clitoris in volle glorie te zien zijn. Dus niet alleen het knopje bovenaan de vagina, maar ook het orgaan daaronder. ‘Al het seksuele plezier dat een vrouw beleeft, komt van de clitoris. En de clitoris is het enige menselijke orgaan dat alleen dient voor plezier, dus dan moet het gesprek wel automatisch gaan over genot.’

Wat kun je als ouder thuis doen?

Als ouder van een puberjongen kun je er tegenwoordig vrij zeker van zijn: je zoon kijkt op internet naar porno. Hoort erbij, zullen sommige vaders en moeders denken, terwijl anderen bang zijn dat zoonlief de vaak onrealistische seksvideo’s als voorbeeld gaat nemen. Hoe kun je porno meenemen in de seksuele voorlichting? En in hoeverre moet je controleren wát hij precies online opzoekt?

4. De lessen moeten diverser

Het enige wat Rezaei zich zo’n beetje kan herinneren over de les in seksuele diversiteit, is dat homoseksualiteit bestaat. Hoe twee mannen of twee vrouwen seks hebben, geen idee. Sommige schoolgenoten wisten niet eens dat je homoseksualiteit niet afziet aan de buitenkant. En zo zijn er meer taboes. ‘Volgens de christelijke moraal hoort seks binnen het huwelijk op zijn missionaris’, zegt Barbé. ‘Dat zit zo diep in ons dat alle andere vormen van seks of relaties als vreemd worden beschouwd.’ De vraag die de meeste jongeren volgens Rutgers dan ook bezighoudt, is: ben ik wel normaal? Tijd om hun te leren dat zoiets als abnormaal niet bestaat, vindt Rutgers.

5. Docenten moeten een goede sfeer creëren

Geslachtsgemeenschap, dat woord gebruiken Van Hemert en haar klasgenoten nooit. Als een docent dat wél doet, leidt dat nog wel eens tot gegiechel. ‘Het is beter als een docent losjes is en onze taal spreekt. Wij zeggen seks.’ Veel docenten hebben volgens Barbé moeite met het geven van seksuele voorlichting. Omdat ze zelf ook seks hebben, komt het te dichtbij. Ze denken bovendien dat ze alle vormen van anticonceptie uit hun hoofd moeten leren. Ten onrechte, zegt de pedagoog. ‘Een goede docent faciliteert het gesprek over seks. Laat ze met elkaar in discussie gaan of het goed is om een naaktfoto te sturen. De vijf meest voorkomende soa’s vinden ze wel op internet.’

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden